Als de scholen van de scholengemeenschap tot eenzelfde schoolbestuur behoren, vormt het schoolbestuur de scholengemeenschap ‘bij beslissing’. Als de scholen van de scholengemeenschap tot verschillende schoolbesturen behoren, vormen die besturen een scholengemeenschap 'bij schriftelijke overeenkomst'.
Die beslissing of overeenkomst regelt de organisatie en de werking van de scholengemeenschap.
De schoolbesturen kiezen in de overeenkomst ook of zij de scholengemeenschap al dan niet de rechtsvorm van vzw geven. Wij stelden voor de besturen verschillende voorbeeldovereenkomsten op en ook een voorbeeld van beslissing.
Vanaf 1 september 2020 trad de beslissing of overeenkomst in werking. De beslissing of overeenkomst gold voor een periode van zes schooljaren, ze wordt telkens van rechtswege verlengd voor een zelfde periode van zes schooljaren op voorwaarde dat:
Beslissingen of overeenkomsten die pas in werking treden in de loop van de periode van zes schooljaren, eindigen ook op het einde van de zes schooljaren in kwestie.
Scholengemeenschappen die al bestaan op 31 augustus 2026 en die aan de voorwaarden hierboven voldoen, kunnen ook op 1 september 2026 van rechtswege worden verlengd. Toch vraagt Katholiek Onderwijs Vlaanderen aan alle scholengemeenschappen om een aanvraag in te dienen tegen 15 januari 2026 (so) en 15 februari 2026 (bao). Ook het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) vraagt aan alle scholengemeenschappen, zowel de nieuwe als diegene die van rechtswege verlengd kunnen worden, om hun samenstelling mee te delen voor 15 juni 2026. Zie Planningsprocedures Katholiek Onderwijs Vlaanderen.
Hoewel de scholengemeenschappen telkens voor een periode van zes schooljaren gevormd worden, bestaat er toch een mogelijkheid voor scholen om tijdens die periode in- of uit te stappen.
Een school kan instappen in een scholengemeenschap tijdens de zesjarige periode. Het is belangrijk dat scholengemeenschappen daar duidelijke afspraken over maken: welke scholen kunnen instappen? En onder welke voorwaarden?
In onze voorbeelden van samenwerkingsovereenkomsten, pleiten wij er voor dat het CASS (Comité van Afgevaardigden Schoolbesturen Scholengemeenschap) unaniem akkoord gaat met de instap van een nieuwe school. Schoolbesturen kunnen er uiteraard voor kiezen om daar soepeler mee om te springen en vrede nemen met een gewone of 2/3 meerderheid. De instap van de school gaat in op 1 september volgend op de beslissing van het CASS.
Een goede werking van een scholengemeenschap veronderstelt een zekere stabiliteit en continuïteit. Vandaar dat een school maar uit een scholengemeenschap kan stappen in twee uitzonderlijke gevallen:
Indien er meerdere schoolbesturen bij een scholengemeenschap betrokken zijn, sluiten zij een schriftelijke samenwerkingsovereenkomst af.
Als de besturen ervoor opteren om voor de scholengemeenschap een aparte rechtspersoon op te richten (zoals een vzw), dan spreken we over een structurele samenwerkingsovereenkomst.
Indien zij daar niet voor opteren, spreken we over een functionele samenwerkingsovereenkomst. De scholengemeenschap is dan een feitelijke vereniging.
Merk op dat het decreet basisonderwijs niet expliciet vermeldt dat scholengemeenschappen basisonderwijs de rechtsvorm van vzw kunnen aannemen. Die mogelijkheid bestaat wel degelijk, net zoals voor scholengemeenschappen secundair onderwijs.
Een vzw biedt meer rechtszekerheid en is vooral interessant als je als vereniging
Als je van plan bent om één of meerdere van die zaken effectief op te nemen als scholengemeenschap, dan raden wij aan om een vzw op te richten. Indien niet, zou je kunnen overwegen om een functionele samenwerkingsovereenkomst op te stellen.
Bij documenten vind je zowel samenwerkingsovereenkomsten voor scholengemeenschappen - feitelijke verenigingen als voor scholengemeenschappen - vzw's. Ook stelden we een voorbeeld van statuten voor een vzw-scholengemeenschap op.
Feitelijke vereniging
(Koepel-)vzw
Rechtspersoonlijkheid
Geen rechtspersoonlijkheid en kan bijgevolg niet autonoom optreden in rechtsverkeer en geen verbintenissen aangaan.
De leden zijn onverdeeld eigenaar van de bezittingen, maar ook onverdeeld aansprakelijk voor de schulden.
Wel rechtspersoonlijkheid en kan wel autonoom optreden in rechtsverkeer en verbintenissen aangaan.
De (koepel-)vzw is een juridisch ‘persoon’ die verschilt van de leden die er deel van uitmaken. Er is een duidelijk onderscheid tussen het vermogen van de vzw en dat van haar leden. De vzw kan enkel met haar eigen vermogen instaan voor het nakomen van de engagementen, het privévermogen van de leden blijft buiten schot.
Hiërarchisch verband
Noch bij een feitelijke vereniging, noch bij een (koepel) vzw ontstaat er een hiërarchisch verband, zij zijn nooit de hiërarchische overste van de deelnemende schoolbesturen.
Noch bij een feitelijke vereniging, noch bij een (koepel) vzw onstaat er een hiërarchisch verband, zijn zijn nooit de hiërarchische overste van de deelnemende schoolbesturen.
Leden
Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen lid zijn en dit zowel van een feitelijke vereniging als van een (koepel-)vzw. Dit geeft bijvoorbeeld de mogelijkheid om een onafhankelijke voorzitter aan te stellen die weliswaar voeling heeft met het onderwijsveld, maar niet gebonden is aan één van de deelnemende besturen.
Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen lid zijn en dit zowel van een feitelijke vereniging als van een (koepel-)vzw. Dit geeft bijvoorbeeld de mogelijkheid om een onafhankelijke voorzitter aan te stellen die weliswaar voeling heeft met het onderwijsveld, maar niet gebonden is aan één van de deelnemende besturen.
Aansprakelijkheid leden
Leden verbinden zich persoonlijk en kunnen aansprakelijk gesteld worden. Leden blijven met hun eigen vermogen instaan voor de verbintenissen van de vereniging. Het departement kan bijvoorbeeld bepaalde toelagen aan de scholengemeenschap terugeisen van één van de leden. Het is de schuldeiser die bepaalt welk lid hij aanspreekt.
Leden zijn niet gehouden om met hun persoonlijk vermogen in te staan voor de schulden van de vzw.
Een derde zal zich in eerste instantie wenden tot de vzw-rechtspersoon.
Bevoegdheden
De besturen leggen de bevoegdheden vast in de overeenkomst gesloten tussen de schoolbesturen (minimale bevoegdheden liggen decretaal vast).
De besturen leggen de bevoegdheden vast in een overeenkomst die bevestigd wordt in de statuten van de (koepel-)vzw.
Bestuursvorm
De bevoegdheden worden uitgeoefend door een zelf opgericht orgaan. Meestal onder de vorm van een college van afgevaardigden van de schoolbesturen. Deze afgevaardigden vertegenwoordigen ‘hun’ schoolbestuur in het CASS.
Het bestuur ligt in handen van het bestuursorgaan van de koepel vzw – de algemene vergadering stelt de bestuurders aan en verleent ze kwijting.
Aansprakelijkheid bestuurders
De personen die deel uitmaken van het CASS vertegenwoordigen hun schoolbestuur in het CASS. Zij moeten verantwoording afleggen tegenover de leden van de feitelijke vereniging en tegenover het schoolbestuur dat zij vertegenwoordigen.
De feitelijke vereniging kan geen verantwoordelijkheid dragen voor genomen beslissingen. Het zijn steeds de leden-schoolbesturen die zich verbinden en die de verantwoordelijkheid voor de beslissingen dragen.
Voor derden zal het niet altijd duidelijk zijn in welke hoedanigheid de leden van het CASS optreden. Indien het lid door een derde aangesproken wordt, zal hij moeten aantonen dat hij uitdrukkelijk gemandateerd werd door zijn schoolbestuur en dat het schoolbestuur verantwoordelijk is voor de genomen beslissingen en gestelde handelingen.
Het mandaat wordt best uitdrukkelijk gegeven en opgenomen in de notulen van de betreffende vzw. Zeer belangrijk om dit duidelijk te omschrijven: bij een fout van de gemandateerde is de mandaatgever aansprakelijk, tenzij geen duidelijk mandaat of beslissing buiten de grenzen van het mandaat.
De mandaatgever, het schoolbestuur, moet de verbintenissen nakomen die de gemandateerde in de uitoefening en binnen de grenzen van zijn mandaat aanging.
De bestuurders treden niet op in eigen naam en voor eigen rekening, maar in naam en voor rekening van de vzw. Zij verbinden dus niet zichzelf, maar enkel de (koepel-)vzw die zij vertegenwoordigen.
Bestuurders kunnen niet persoonlijk aangesproken worden door derden tenzij wanneer zij een fout maken of onzorgvuldig handelen.
De scholengemeenschap wordt bestuurd door een comité van afgevaardigden gemandateerd door de schoolbesturen van de scholengemeenschap, afgekort het CASS. Hoe het CASS wordt samengesteld, is uiteraard de vrije keuze van de betrokken besturen.
Wij suggereren om het aantal afgevaardigden waarop elk schoolbestuur recht heeft te berekenen in verhouding tot het aantal leerlingen. Het getuigt in ieder geval van goed bestuur als ieder schoolbestuur met één of meerdere scholen in de scholengemeenschap ten minste één vertegenwoordiger in het CASS heeft.
De werking, de interne taakverdeling, de wijze van vergaderen en beslissen van het CASS leg je best vast in een intern reglement.
De overheid heeft een aantal specifieke bevoegdheden toegekend aan de scholengemeenschappen.
Naast die decretaal opgelegde bevoegdheden kunnen schoolbesturen er uiteraard voor kiezen om nog meer bevoegdheden toe te kennen aan de scholengemeenschap. Wij denken bijvoorbeeld aan het organiseren van een gemeenschappelijk aankoopbeleid of het organiseren van nascholingen. Ook kan de scholengemeenschap de bevoegdheid krijgen om de communicatie te voeren over het studieaanbod in haar scholen.
Een meer diepgaande en inhoudelijke samenwerking tussen de scholen en hun besturen kan het opnemen van de verantwoordelijkheid voor het katholiek onderwijs in de regio alleen maar ten goede komen. Alle extra bevoegdheden die de besturen toekennen aan de scholengemeenschap, moeten opgenomen worden in de overeenkomst tussen besturen.
Schoolbesturen die willen nadenken over de inhoudelijke invulling en het proces naar één scholengemeenschap stapsgewijs aanpakken, kunnen gebruik maken van het model van intentieverklaring.
Het bestuur heeft twee mogelijkheden om die bevoegdheden te beheren:
Indien de schoolbesturen kiezen voor deze formule, dan blijft de scholengemeenschap onder de volledige verantwoordelijkheid en onder het hiërarchisch toezicht van de schoolbesturen ressorteren. De scholengemeenschap stelt dan afspraken voor en legt deze ter beslissing en bekrachtiging voor aan de schoolbesturen.
Wij raden de schoolbesturen aan om de mandatering van één van hun leden naar het CASS expliciet op te nemen in de notulen van een vergadering van hun bestuursorgaan:
Overdracht van beheer betekent dat de scholengemeenschap zelf (het CASS) de beslissingen neemt over de betreffende bevoegdheden. De schoolbesturen houden uiteraard wel toezicht over de overgedragen bevoegdheden.
Als de schoolbesturen ervoor kiezen om bepaalde bevoegdheden over te dragen naar de scholengemeenschap, dan moet dit opgenomen worden in de samenwerkingsovereenkomst. Dit geldt zowel voor de decretale bevoegdheden als voor de (eventueel) extra toegekende bevoegdheden.
Merk op dat alleen de bevoegdheden die niet tot 'het wezen' van de schoolbesturen behoren, kunnen overgedragen worden. Op de themapagina 'Scholengemeenschap basisonderwijs bevoegdheden' vind je welke bevoegdheden al dan niet kunnen overgedragen worden.
Wij raden de schoolbesturen aan om, naast de mandatering van één van hun leden naar het CASS, ook de overdracht van het beheer van één of meer bevoegdheden naar de scholengemeenschap expliciet op te nemen in de notulen van een vergadering van hun bestuursorgaan.
Besturen die een scholengemeenschap wensen te vormen, moeten een aanvraag indienen bij Katholiek Onderwijs Vlaanderen en bij de DPCC-bao en dit vóór 15 februari 2026. Zij gebruiken daarvoor het document dat aan AgODi bezorgd moeten worden.
Scholengemeenschappen die van samenstelling wijzigen of volledig nieuwe scholengemeenschappen, voegen aan deze aanvraag het advies van het LOC en de schoolraad van de verschillende scholen toe. Zij kunnen daarvoor gebruik maken van ons modelformulier.
Scholengemeenschappen die niet wijzigen en die bijgevolg van rechtswege verlengd worden, hoeven deze adviezen niet toe te voegen. Om de gedragenheid van het scholengemeenschapsproject te vergroten, adviseren wij wel om de beslissing tot verlenging te agenderen op de vergaderingen van de LOC’s, schoolraden, OCSG en zo nodig Medezeggenschapscollege.
De besturen wiens aanvraag goedgekeurd werd door de DPCC-bao, delen uiterlijk op 15 juni 2026 de beslissing of overeenkomst tot oprichting van de scholengemeenschap mee aan AgODi. Je gebruikt daarvoor het formulier dat door AgODi ter beschikking wordt gesteld.
De decreetgever legt ook expliciet op dat de schoolbesturen de personeelsleden moeten informeren over de vorming of de wijziging van de scholengemeenschappen. Voor 15 juni van het schooljaar voorafgaand aan de datum van de inwerkingtreding moeten zij elke beslissing of overeenkomst met betrekking tot de vorming of de wijziging van een scholengemeenschap meedelen aan alle betrokken personeelsleden. Ook als de scholengemeenschap ongewijzigd blijft, moet dit gebeuren.
Wijzigingen aan de scholengemeenschap die zich voordoen in de loop van de zes schooljaren, moeten met hetzelfde formulier aan AgODi gemeld worden.
Tot slot moeten schoolbesturen aan AgODi via mail of via gewoon schrijven laten weten welke van hun scholen niet tot een scholengemeenschap toetreden.
Wij hebben voor jullie een handig stappenplan opgesteld met alle belangrijke data en te ondernemen acties.