Voor een goede muzische ontwikkeling is het noodzakelijk om de muzische vorming van de leerlingen voortdurend in kaart te brengen en hun vorderingen op te volgen.
Je evalueert om zicht te krijgen op de muzische ontwikkeling die de leerling maakt, in welke de leerling groeit en welke competenties al behaald zijn. Daarbij houd je rekening met de gekozen doelen in de focus. Uit de Onderwijsspiegel 2023 blijkt dat de evaluatie voor muzische vorming op volgende punten kan verbeterd worden:
Evaluatie van de muzische ontwikkeling gaat verder dan:
Als leraar vertel je liever meer dan dat over een kind. Maar groei in muzische ontwikkeling is natuurlijk zeer subjectief. Moet je dan alles objectiveren? Zeker niet, dat zou een enorme vervlakking van het muzisch onderwijs zijn. Je zorgt voor een gezonde mix tussen objectieve en subjectieve evaluatie.
Muzische vorming evalueren start breed vanuit de leerling. Welke muzische bagage heeft de leerling reeds op zak? Daarna versmallen we de kijk op de leerling, in relatie tot de focus en de generieke doelen. Om nadien weer breed naar het kind te kijken en te kunnen zeggen hoe het muzisch gegroeid is. Een zandlopermodel als het ware.
Vertrekken vanuit het muzisch kind en niet vanuit het generieke doel is een voorwaarde om breed muzisch te kunnen evalueren. Onderstaande voorbeeld maakt dat duidelijk.
Drama: Thema ridders en prinsessen.
Rollen worden verdeeld. Fred speelt de ridder en Elsje de prinses. Beide kinderen moeten zich zo goed mogelijk in de rol inleven en in hun rol blijven tijdens de dialogen. Fred speelt de pannen van het dak en Elsje doet mee, maar zonder veel overtuiging en inleving.
Vertrek je nu vanuit de doelen (rolinleving) dan zal je het volgende vaststellen:
Deze bewering zou kunnen kloppen, maar laat ons nu eens vertrekken vanuit het muzisch kind.
We weten dat Elsje een stoere meid is en ze eigenlijk veel liever een ridder zou zijn dan een prinses. We toetsen dit af en draaien de rollen om.
Fred leeft zich nog steeds ten volle uit, maar nu als prinses. Zijn bewering blijft dus gelden. Maar Elsje speelt nu ook de rol van haar leven. Haar bewering gaat dus niet meer op.
Als we starten vanuit het muzisch kind krijgen we volgende resultaten:
We zien hier een duidelijk nuanceverschil in beide evaluaties van hetzelfde doel. Wil je een generiek doel breed evalueren moet je steeds vanuit het muzische kind vertrekken om een zo eerlijk mogelijk beeld te krijgen. Binnen muzische vorming speelt de kwetsbaarheid van de leerling een belangrijke rol. Het zou niet fair zijn om met deze kwetsbaarheid geen rekening te houden.
In hoeverre is de leerling muzisch gegroeid ten opzichte van zichzelf, de anderen en de te verwachte leeruitkomst, rekening houdend met het generieke doel dat je vooropgesteld had?
Je evalueert zowel het muzisch proces als het muzisch product. Binnen muzische opvoeding is het proces waardevoller dan het product. Daarom zijn observaties van cruciaal belang.
Je neemt bij het evalueren al je doelen die in de focus staan mee. Omdat je niet elk doel binnen muzische vorming kan, meten moet je een brede waaier aan evaluatievormen gebruiken om breed te evalueren.
De leraar evalueert de leerlingen tijdens en na het muzische proces. Dit doet hij aan de hand van feedback, het stellen van doelgerichte vragen, observaties, portfolio, opnames, opdrachten, kijkwijzers, werkstukken… Je evalueert als leraar in functie van de doelen in de focus en de leeruitkomsten die je voorop had gesteld. De manier van evalueren hangt sterk af van de didactiek. Je lesaanpak heeft invloed hebben op de manier van evalueren. Evalueren doe je vanuit vooropgestelde normen en criteria.
Door de leerlingen taal te geven (de bouwstenen) om over muzische vorming te spreken, zijn ze in staat om zichzelf in te schalen in hoeverre ze gegroeid zijn. Dit doen ze aan de hand van:
Zelfevaluatie is een onderdeel van een goed muzisch arrangement. Met zelfevaluatie oefenen de leerlingen in het gebruik van muzische taal door met elkaar te communiceren. Deze taal helpt hen om hun muzische ervaringen te verwoorden, te onthouden en te borgen. Zo ontwikkelen ze hun persoonlijk muzisch referentiekader dat ze nodig hebben om later kunstzinnige ervaringen beter te begrijpen. Eveneens is dit een boost voor hun cultureel bewustzijn. Bij groepsopdrachten is het zeker zinvol om als groep de opdracht te evalueren
Ook de medeleerlingen kunnen constructieve feedback geven op het proces en het product van een medeleerling. Dat kan zowel bij groepsopdrachten als individuele opdrachten. Hierdoor creëer je opnieuw kansen tot het oefenen van de muzische taal. Bij het evalueren van medeleerlingen spelen ook andere generieke doelen een belangrijke rol. Denk maar aan:
Doorheen je onderwijsarrangement verzamel je gegevens door observatie. Voor jezelf als leerkracht geef je hier al een kleine beoordeling. Is de leerling goed bezig of heeft hij/zij bijsturing nodig? Hij heeft hij/zij bijsturing nodig dan ga je handelen en de bijsturing geven door dit met de leerling te communiceren. Deze cyclus blijft eigenlijk constant draaien tijdens je arrangement. Zie schema krachtige leeromgeving.
Breed evalueren binnen muzische vorming kan je op verschillende manieren:
Het portfolio toont de muzische groei van de leerlingen op een eerlijke manier. Het portfolio is ook een manier om te rapporteren aan ouders.
Andere vormen van muzische evaluatie komen vaak voor in de een-op-een-relatie: