Hoe geef je onderwijsarrangementen muzische vorming voor je leerlingen vorm?
Goede muzische vorming in de klas gaat uit van een driesporenbeleid dat zich richt op de ontwikkeling van:
Muzische vorming beperkt zich niet tot de specifieke onderwijstijd die we in het lessenrooster voorzien. Om systematisch aan de doelen van dit leerplan te werken verweef je muzische vorming door een hele lesdag.
Tijdens jouw activiteiten muzische vorming zijn er momenten waarop je specifiek aan de slag gaat met een bepaald onderwerp. Het muzikale sprookje Peter en de wolf is bijvoorbeeld het verhaal bij uitstek om de instrumenten van een symfonisch orkest aan te brengen.
Ligt je focus bij gericht luisteren en het leren herkennen van klankkleuren (verschillen tussen houtblazers, koperblazers en slagwerk), dan is dit een zeer specifiek arrangement.
Ga je vanuit hetzelfde sprookje ook op zoek naar de oorsprong van het sprookje en bespreek je Moskou en de vegetatie in Rusland, krijg je een meer geïntegreerd aanbod.
Het ontwikkelveld ontwikkeling van oriëntatie op de wereld komt dan ook veelvuldig aan bod tijdens je arrangement.
Je zorg dat er ruimte is voor muzische kansen in je klas. Geef je leerlingen de ruimte om te verbeelden en creatieve oplossingen te zoeken. Zet ze aan tot nieuwsgierigheid. Benoem hun talenten. Zet aan tot experimenteren. Zie zelf de muzische kansen en benoem ze. Denk mee out of the box. Stel het gewone ook eens in vraag. Refereer eens naar een kunstenaar. Doe vooral.
Wanneer spreek je van een goed arrangement muzisch vorming?