In beleidsdocumenten kun je terugvinden of er een visie is op evalueren. Gaan alle leraren hier op eenzelfde wijze mee om?
Het type van evaluatiematerialen geeft een inzicht in hoe je omgaat met opvolging van leerlingen. Gebruik je vooral toetsen, of ook brede evaluatie-instrumenten? Zo krijg je een zicht op de verschillende evaluatiemethoden en de doelen die geëvalueerd werden.
Wat leren we uit leerlingencontacten over de manier waarop we leerlingen opvolgen?
Op welke manier wordt er feedback gegeven bij leerlingenwerk? Is dit kwaliteitsvolle feedback?
Documenten zoals heen-en-weerschriftjes, agenda’s, rapporten geven een indicatie van hoe er wordt gerapporteerd over de brede ontwikkeling van de leerlingen met de ouders.
Verslagen van klassenraden geven een inzicht in hoe beslissingen tot stand komen en op basis van welke criteria en argumenten beslissingen genomen worden (zie APR2).
Ouders kunnen feedback geven om de wijze waarop je leerlingen opvolgt, feedback geeft en met hen communiceert.
Op welke manier wordt het leerlingvolgsysteem gebruikt om leerlingen op te volgen? Wordt dit gebruik ook geëvalueerd en bijgestuurd om dit proces te verbeteren?