We beogen een optimale samenwerking tussen de vier partners op vlak van leerlingenbegeleiding. Hieronder doen we een aantal suggesties die de verbindende samenwerking kunnen versterken op het niveau van de school, het niveau van de leersteunraad en op het regionale niveau.
De school en het CLB maken afspraken over de schoolspecifieke samenwerking. Overweeg om de samenwerkingsafspraken te verbreden naar de 4 partners.
De overheid verwacht dat de school een structureel overleg organiseert met de PBD, het CLB en eventueel het LSC. Tijdens dat overleg kun je samen reflecteren over data (vanuit datawijzer, leersteunwijzer, data aangereikt door het CLB …) of afspraken maken over gezamenlijke begeleidings- en professionaliseringsnoden op het vlak van beleid op leerlingenbegeleiding.
We stellen vast dat de continue toename van leersteunvragen extra druk zet op de LSC en hen noodzaakt om vragen te clusteren of te werken met een prioritering. Soms vraagt men om leervragen over bepaalde onderwijsbehoeften te clusteren zodat het LSC hier meer leerkracht- of schoolteamgericht mee aan de slag kan gaan. Wanneer leerlinggerichte leersteun nodig is, zal het LSC dit bieden in overleg met de school, de ouders en indien mogelijk de leerling. Ook over welke competenties het LSC dient in te zetten, de aard en de hoeveelheid leersteun, overlegt het LSC met de school, de ouders en indien mogelijk de leerling. Concretiseer de afspraken over het on hold zetten of opheffen van een GC-, IAC-, of OV4-verslag.
Zorg voor een transparante communicatie en duidelijke afspraken en evalueer de samenwerking met je CLB, PBD en LSC.
Aandachtspunten
Ga na hoe je de samenwerking met externe partners (bv welzijn, maatwerkbedrijven ...) kunt versterken.
Elk LSC moet een leersteunraad oprichten waarin alle scholen gewoon onderwijs die bij het LSC zijn aangesloten vertegenwoordigd zijn. De scholen gewoon onderwijs zijn de belangrijkste stakeholders van de LSC en beslissen mee over het beleid ervan. Zo bepaalt de leersteunraad onder meer hoe de leersteun wordt toegewezen. De aangesloten scholen zitten dus mee in de "driver's seat". Omdat de beslissingen op de leersteunraad een direct effect kunnen hebben op de leerlingenbegeleiding op de school, is het belangrijk om de nodige aandacht aan dit overleg te besteden.
De leersteunraad kan ook andere partners betrekken zoals CLB, scholen voor buitengewoon onderwijs, welzijnspartners, een vertegenwoordiging van ouders, een vertegenwoordiging van leerlingen, een vertegenwoordiging van leraren, een vertegenwoordiging van leerondersteuners, ervaringsdeskundigen of andere relevante partners. De leersteunraad kan zo worden uitgebouwd tot een participatief overlegorgaan waarin alle stakeholders mee instaan voor kwaliteitsvolle leersteun.
Hou er rekening mee dat:
Een specifiek LSC richt eveneens een leersteunraad op waarin alle scholen waaraan het leersteun biedt, vertegenwoordigd zijn. De leersteunraad van een specifiek leersteuncentrum geeft minstens advies over de organisatie en het bieden van leersteun in de scholen gewoon onderwijs waar het specifiek leersteuncentrum leersteun biedt.
Mogelijkheden om samen te werken op regionaal niveau zijn: