Je weet het ongetwijfeld, om het engagement van en het leereffect bij onze leerlingen te verhogen zijn de activerende werkvormen niet meer weg te denken uit ons hedendaagse taalonderwijs. Bij activerende werkvormen worden onze leerlingen echt betrokken bij de leerstof en worden ze gestimuleerd om na te denken, te overleggen in de doeltaal en samen te werken; dit verhoogt hun leerprestaties, leert wetenschappelijk onderzoek ons.
Wij brengen je in dit artikel alvast een concrete werkvorm om mee aan de slag te gaan. Indien jij graag nog meer inspiratie wil krijgen over manieren waarop je je leerlingen kunt activeren in klasverband, dan is volgend professionaliseringsinitiatief zeker wat voor jou! Noteer alvast de data: je bent welkom op donderdag 23 januari in Brugge of vrijdag 31 januari in Gent. Schrijf je in!
Wil je iedereen actief betrekken en vol motivatie aan de praat krijgen? Probeer dan deze activerende werkvorm uit. Je kan die inzetten op je bestaande materiaal, wat je nodig hebt is twee invalshoeken rond hetzelfde thema. Dit zorgt voor een informatiekloof tussen twee groepen leerlingen. De leerlingen hebben elkaar nodig hebben om alle informatie te bekomen, ze voelen zich verantwoordelijk om dit op een goede manier te doen én zijn bovendien bereid om heel goed te luisteren.
Verdeel de groep in twee subgroepen.
Elke subgroep werkt onafhankelijk en leest een andere tekst/kijkt een andere video.
De leerling mag sleutelwoorden noteren op een briefje dat nadien in de achterzak blijft om slechts sporadisch te gebruiken tussendoor.
Je kunt de subgroepen onderling in duo's of trio’s laten nakijken of iedereen de boodschap voldoende begrijpt alvorens de cirkels te maken.
De B-groep vormt een cirkel binnen de A-groep, met gezichten naar elkaar toe.
De leden van de binnenste cirkel vertellen de tekst aan de persoon tegenover hen.
De buitencirkel luistert alleen en mag niet spreken.
De leraar geeft een signaal (bijvoorbeeld een handklap), waarna de binnenste cirkel naar rechts opschuift.
De verteller kan tussendoor even het spiekbriefje in de achterzak consulteren om zeker te zijn dat alle informatie juist wordt doorgegeven.
Herhaal het vertellen van de tekst 3 keer, telkens met een nieuwe partner.
Wissel de rollen om: de buitencirkel vertelt nu hun tekst aan de binnenste cirkel.
De leerlingen keren terug naar hun plaats.
Elke leerling schrijft de tekst op die hij/zij heeft beluisterd. Meer uitdagend kan zijn dat de leerlingen een conclusie schrijven op basis van wat ze zelf lazen en gehoord hebben.
Door herhaaldelijk luisteren, kent elke leerling de argumenten van de andere groep, zelfs als hij/zij deze niet zelf heeft gelezen of gezien.
Hier alvast een aantal concrete ideeën om aan de slag te gaan.
Op beginnersniveau:
Op meer gevorderd niveau:
De laatste stap zorgt ervoor dat je naar een resultaat toewerkt, waardoor je voorkomt dat het bij een gezellige babbel blijft. Als de teksten/fragmenten te lang zijn, is het beter om deze de les voordien te laten lezen of als voorbereiding thuis mee te geven. Het spiekbriefje is handig om specifieke woordenschat rond het onderwerp te laten inoefenen. Telkens wanneer de leerling van partner wisselt, mag die het briefje even raadplegen.