Zelfreflectie op een lijn

De leerlingen evalueren zichzelf, bijvoorbeeld rond hun wiskundige ontwikkeling: hoe goed kan ik wiskunde? Hoe graag doe ik wiskunde? Ze uiten hun zelfevaluatie door zich te positioneren op een lijn.

Op basis van foto’s van de opstelling van de leerlingen, ga je met hen in gesprek. Hiermee evalueer je persoonsgebonden doelen, zoals hoe een leerling kijkt naar zichzelf, in welke mate hij gelooft te kunnen groeien, hoe hij leerervaringen deelt en reflecteert op zichzelf.

Zelfreflectie op een lijn (1)

sla link op in klembord

Kopieer

Aan het begin van het schooljaar deel je de wiskundeboeken niet zomaar uit. Je vraagt de leerlingen elk een boek van de stapel te nemen en op een lange lijn (op de speelplaats, met krijt) te gaan staan.

Je vraagt de leerlingen hoe graag ze wiskunde doen.

De ene kant van de lijn betekent ‘helemaal niet graag’, de andere kant van de lijn betekent ‘heel graag’. De leerlingen kunnen aan één van de uiteindes staan, maar ook elke positie in het midden is mogelijk. Ze krijgen even tijd om een plek in te nemen. Dan staat iedereen stil.

Je neemt een foto van de opstelling van de leerlingen op de lijn. Daarna vraag je de leerlingen hoe goed ze wiskunde kunnen. De leerlingen kiezen opnieuw een positie op de lijn, gaande van ‘helemaal niet goed’ tot ‘zeer goed’. Je neemt opnieuw een foto van de opstelling.

Zelfreflectie op een lijn (2)

sla link op in klembord

Kopieer

Na een tijd (enkele weken of maanden, in het midden of op het einde van het schooljaar ...) herneem je dezelfde oefening. De leerlingen positioneren zich opnieuw op een lijn.

Reflectiegesprek tussen leraar en leerling

sla link op in klembord

Kopieer

Tijdens een leraar-leerlinggesprek worden beide foto's besproken:

  • Komt het beeld dat de leerling van zichzelf schetst overeen met het beeld dat de leraar van hem heeft? Heeft de leerling een positief, realistisch zelfbeeld?
  • Kijk eens waar je stond op de eerste foto's.
  • Waar sta je nu op de tweede reeks foto's?
  • Is er een verschil? Tussen de foto's die gaan over hoe graag je wiskunde doet en/of over hoe goed je wiskunde kan?
  • Hoe is dit verschil er gekomen? Wat is er in tussentijd gebeurd? Wat heb je geleerd?
  • Stel: we nemen binnen een maand een nieuwe foto. Waar wil je staan? Hoe ga je groeien? Hoe kan je dit aanpakken?
  • Wat heb je nodig om verder te groeien?
  • Waar loop je tegenaan?
  • Is er een verschil tussen wiskunde graag doen en goed kunnen? Hoe komt dit?
  • ...

Over deze databank

De evaluatiebox biedt een veelheid aan verschillende evaluatie-instrumenten aan waaruit jij en je collega's kunnen kiezen. Daarbij kun je uitgaan van een bepaald ontwikkelveld, -thema of specifieke doelen. Je kunt ook een keuze maken op basis van een bepaalde referentieperiode. De evaluatiebox bevat ook gevalideerde, leergebiedgebonden toetsen. Dit om tegemoet te komen aan de decretale verplichting om op het einde van het gewoon basisonderwijs minstens drie leergebieden te toetsen met het oog op interne kwaliteitsontwikkeling. Gebruik de filters om gerichter te zoeken.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio