Wat moet je doen en wat wordt gevraagd?
De overheid verleent scholen grote autonomie met betrekking tot de evaluatie van leerlingen. Ze legt wel op wat je in het schoolwerkplan moet vermelden en de wijze waarop je het leerproces van de leerlingen moet beoordelen en rapporteren. (decreet basisonderwijs art. 47)
§ 1. Ieder schoolbestuur maakt voor elk van zijn scholen een schoolwerkplan dat ten minste volgende elementen bevat:
3° de wijze waarop het leerproces van de leerlingen wordt beoordeeld en hoe daarover wordt gerapporteerd;
Het decreet zegt ook hoe een school voor een ononderbroken voortgang van het leerproces van elke leerling zorgt. (art. 8)
Het gewoon basisonderwijs wordt zodanig georganiseerd dat, op grond van een pedagogisch project, in de school een opvoedings- en leeromgeving gecreëerd wordt waarin de leerlingen een ononderbroken leerproces kunnen doormaken. Die omgeving wordt aangepast aan de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Een school die beslist het ononderbroken leerproces van een leerling te onderbreken door deze leerling het aanbod van het afgelopen schooljaar gedurende het daaropvolgende schooljaar nogmaals te laten volgen, neemt deze beslissing na overleg met het CLB. De genomen beslissing wordt ten aanzien van de ouders schriftelijk gemotiveerd en mondeling toegelicht, waarbij de school ook aangeeft welke bijzondere aandachtspunten er in het daaropvolgende schooljaar voor de leerling zijn.
In het decreet is geen sprake van een verplichting om met één of andere vorm van leerlingvolgsysteem te werken. Het decreet beschrijft wel dat de school de leerlingen systematisch dient op te volgen en hoe leerlingenbegeleiding vorm dient te krijgen. (art. 3 8° quater)
8° quater brede basiszorg: fase in het zorgcontinuüm waarbij de school vanuit een visie op zorg de ontwikkeling van alle leerlingen stimuleert en problemen tracht te voorkomen door een krachtige leeromgeving te bieden, de leerlingen systematisch op te volgen en actief te werken aan het verminderen van risicofactoren en aan het versterken van beschermende factoren;
Het schoolreglement moet de afspraken over leerlingenevaluatie en rapporten bevatten, en het inzagerecht van ouders in de evaluatiegegevens. (art. 37)
§ 2. Voor het kleuteronderwijs bevat het schoolreglement ten minste de volgende elementen:
7° het recht op inzage door de ouders en hun recht op toelichting bij de gegevens die op de leerling betrekking hebben, waaronder de evaluatiegegevens, die worden verzameld door de school. Indien na de toelichting blijkt dat de ouders een kopie willen van de leerlingengegevens, hebben ze kopierecht.
§ 3. Voor het lager onderwijs bevat het schoolreglement ten minste de volgende elementen:
5° afspraken in verband met huiswerk, agenda's, leerlingenevaluatie en rapporten;
11° het recht op inzage door de ouders en hun recht op toelichting bij de gegevens die op de leerling betrekking hebben, waaronder de evaluatiegegevens, die worden verzameld door de school. Indien na de toelichting blijkt dat de ouders een kopie willen van de leerlingengegevens, hebben ze kopierecht.
De toekenning van het getuigschrift basisonderwijs moet ook in het schoolreglement. (art. 37)
§ 3. Voor het lager onderwijs bevat het schoolreglement ten minste de volgende elementen:
2° de procedure volgens dewelke het getuigschrift basisonderwijs wordt toegekend, met inbegrip van de beroepsprocedure vermeld in onderafdeling E van deze afdeling;
Uitgebreide info over het getuigschrift basisonderwijs vind je bij Getuigschrift basisonderwijs.
In Art. 11quater van het decreet lezen we alles over de verplichte taalscreening bij aanvang van de leerplicht.
§ 1. Vanaf het schooljaar 2021-2022 voert de school voor elke leerling in het gewoon onderwijs bij het begin van de leerplicht een verplichte screening uit, die nagaat wat het niveau van de leerling inzake de onderwijstaal is. Deze screening kan nooit voor de inschrijving van de leerling uitgevoerd worden.
De regering bepaalt met welk instrument de screening bij het begin van de leerplicht gebeurt, alsook het moment en de manier van afname.
In Art. 44ter vermeldt het decreet welke toetsen scholen moeten afnemen in functie van de interne kwaliteitsontwikkeling.
Afdeling 2bis. Gebruik van gevalideerde toetsen voor interne kwaliteitszorg
Art. 44ter.
Op het einde van het gewoon lager onderwijs neemt de school van elke leerling, vanaf het schooljaar 2017-2018, een gevalideerde toets af voor ten minste twee leergebieden en vanaf het schooljaar 2018-2019 voor ten minste drie leergebieden.
De resultaten van deze toetsafnames zijn gericht op het verkrijgen van informatie op schoolniveau over de mate waarin de leerlingenpopulatie de eindtermen bereikt en ze worden aangewend in het kader van interne kwaliteitszorg. De resultaten kunnen één van de elementen zijn waar de klassenraad rekening mee houdt bij de toekenning van een getuigschrift zoals bepaald in artikel 53.
Meer informatie lees je in deze omzendbrief.
Onlangs werd Art. 44quater aan dit decreet toegevoegd in verband met de Vlaamse (= centrale) toetsen.
Art. 44quater.
§ 1. Op het einde van het vierde jaar gewoon lager onderwijs, vanaf het schooljaar 2023-2024, en op het einde van het gewoon lager onderwijs, vanaf het schooljaar 2025-2026, nemen alle leerlingen, met uitzondering van de anderstalige nieuwkomers en de leerlingen met een individueel aangepast curriculum, deel aan de Vlaamse toetsen.
In afwijking van het eerste lid kan de school beslissen om anderstalige nieuwkomers en leerlingen met een individueel aangepast curriculum te laten deelnemen aan de Vlaamse toetsen.
Een school voor buitengewoon lager onderwijs kan beslissen haar leerlingen te laten deelnemen aan de Vlaamse toetsen.
…
De deelname aan de Vlaamse toetsen aan het einde van het gewoon lager onderwijs vanaf het schooljaar 2025-2026 vervangt de verplichte afname in het gewoon lager onderwijs van een gevalideerde toets voor ten minste drie leergebieden als vermeld in artikel 44ter.
Meer informatie lees je in deze omzendbrief.
Het referentiekader voor onderwijskwaliteit zet verwachtingen voor kwaliteitsvol onderwijs uit. Het stimuleert scholen om een eigen (kwaliteits)beleid te maken en een eigen weg uit te tekenen. We halen er de meest directe elementen uit die verband houden met evaluatie:
Lees meer in het bronnenboek.
De inspectie gaat na in welke mate de school kwaliteitsvol onderwijs verstrekt dat tegemoet komt aan de kwaliteitsverwachtingen. Met betrekking tot evaluatie vraagt de inspectie voor basisonderwijs toegang tot: