De niveauoverstijgende en globale informatie over het item Onderwijsplanning lees je onder Onderwijsplanning: Wat? Waarom? Hoe?
In het geval van uitbreiding spreken we over ‘programmatie’, in het geval van ‘inkrimping of herschikking’ hebben we het over ‘rationalisatie’.
Elk initiatief dat je als schoolbestuur neemt om het onderwijsaanbod in een of meer van je scholen uit te breiden, in te krimpen of te herschikken, vatten we onder de noemer ‘structuurwijzigingen’.
Als je als schoolbestuur één van die initiatieven wil nemen, kan dat niet ‘zomaar’. Je moet voor sommige van deze initatieven de interne planningsprocedure van Katholiek Onderwijs Vlaanderen en de externe planningsprocedure van de overheid volgen. Dat betekent dat je bepaalde stappen moet volgen en de verschillende deadlines moet respecteren.
Je vindt voor beide planningsprocedures en voor elke structuurwijziging een samenvatting van alle acties, indiendata en aanvraag-/meldingsformulieren in het schematisch overzicht.
Welke stappen houdt de interne planningsprocedure van Katholiek Onderwijs Vlaanderen in? Wat moet je als schoolbestuur concreet doen?
Voor de aanvraag van een structuurwijziging in het gewoon basisonderwijs gebruik je het digitale aanvraagformulier gewoon basisonderwijs.
De aanvraag gaat uit van het schoolbestuur. De voorzitter van het schoolbestuur neemt het initiatief om het aanvraagdossier samen te stellen. In onderlinge afspraak kan hij de directeur van de aanvragende school of de directeur-coördinatie van de scholengemeenschap mandateren om dat van hem over te nemen.
Dit betekent concreet dat je als schoolbestuur achtereenvolgens de volgende stappen zet:
Als het advies van de schoolraad en/of het MCSG verdeeld of ongunstig is, voeg je een uittreksel uit het verslag van de vergadering van de schoolraad en/of het MCSG toe aan het digitale aanvraagdossier.
Als het advies van het LOC en/of het OCSG verdeeld of ongunstig is, voeg je het protocol van niet-akkoord van het LOC en/of het OCSG toe aan het digitale aanvraagdossier.
Je vult het digitale aanvraagformulier ten laatste 15 februari van het voorafgaande schooljaar in. Het formulier wordt automatisch bezorgd aan Katholiek Onderwijs Vlaanderen en de DPCC-bao van jouw regio.
Een aantal scholen investeert in nieuwe schoolinfrastructuur. Andere scholen zien zich bij een stijging van de schoolbevolking genoodzaakt om capaciteit uit te breiden en om te investeren in extra schoolinfrastructuur. Soms kan een school daartoe capaciteitssubsidies aanwenden.
Als deze nieuwe of extra schoolinfrastructuur gerealiseerd wordt op nieuwe locaties, kan er een weerslag zijn op het onderwijsaanbod en/of leerlingenrekrutering van andere scholen.
Het in gebruik nemen van nieuwe locaties of vestigingsplaatsen is DPCC-materie. Het schoolbestuur brengt de DPCC-bao zo snel mogelijk - zonder rekening te houden met de voorgeschreven indiendata en zeker vóór de aanvang van de bouwwerken of de aankoop van gronden/gebouwen - op de hoogte van de geplande nieuwe of extra schoolinfrastructuur. De DPCC-bao zal alle betrokken scholen voor overleg samen brengen.
Tijdens de interne planningsprocedure, dienen een aantal stappen te worden doorlopen op geijkte tijdstippen en rekening houdend met vastegelegde termijnen. De indiendatum van 15 februari is zo bepaald dat er én voor de scholen én voor de adviesraad basisonderwijs én voor de DPCC voldoende tijd is om de aanvraagdossiers grondig voor te bereiden en te beoordelen.
Afwijken van deze deadline kan enkel in uitzonderlijke omstandigheden. De betrokken DPCC zal oordelen of een laattijdig dossier ontvankelijk kan worden verklaard.
Gegronde redenen zijn: overmacht, onverwachte noden of wendingen,...
Kort na ontvangst van de verschillende aanvraagdossiers laat iedere DPCC-bao aan de scholen en scholengemeenschappen van haar regio weten welke aanvragen er werden ingediend. Aanvragen van het ene schoolbestuur kunnen immers gevolgen hebben voor het andere schoolbestuur. Als een aanvraag gevolgen kan hebben op scholen van een aangrenzende regio, zal de DPCC-bao ook die scholen informeren.
Als je het als schoolbestuur niet eens bent met een aanvraag van een ander schoolbestuur, kun je dit laten weten aan de DPCC-bao. Je moet dan een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de DPCC-bao van jouw regio en dit binnen een termijn van tien kalenderdagen.
De DPCC-bao kan, voorafgaand aan haar beslissing, een overleg organiseren tussen de aanvrager en de bezwaarmaker.
De DPCC-bao informeert de scholen en de scholengemeenschappen over de beslissingen die ze heeft genomen. Als je als schoolbestuur in beroep wil gaan tegen een beslissing van de DPCC-bao, kun je, hetzij als aanvrager, hetzij als bezwaarmaker, binnen een termijn van zeven kalenderdagen beroep aantekenen bij de Centrale beroepscommissie van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, ter attentie van de voorzitter bruno.vanobbergen@katholiekonderwijs.vlaanderen. De Centrale beroepscommissie neemt een eindbeslissing.
De DPCC-bao informeert de scholen en scholengemeenschappen eveneens over de beslissing die ze heeft genomen met betrekking tot de ontvankelijkheid van een laattijdig ingediend dossiers. Als je als schoolbestuur in beroep wil gaan tegen de onontvankelijkheid van een laattijdig dossier, kun je, binnen een termijn van zeven kalenderdagen beroep aantekenen bij de Centrale beroepscommissie van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, ter attentie van de voorzitter bruno.vanobbergen@katholiekonderwijs.vlaanderen. De Centrale beroepscommissie oordeelt in dit geval enkel over de ontvankelijkheid en de gegrondheid van de laattijdigheid maar neemt geen inhoudelijke eindbeslissing.
In het Statuut van de DPCC vind je alle informatie over de samenstelling, de bevoegdheden en de werking van de DPCC en van de Centrale Beroepscommissie.
Het kan zijn dat je als schoolbestuur een gepland en goedgekeurd initiatief uiteindelijk toch niet realiseert op 1 september. Je plande bijvoorbeeld om op de vestigingsplaats voor kleuters een eerste graad lager onderwijs toe te voegen, maar door een te geringe belangstelling is het eerste en het tweede studiejaar niet georganiseerd bij de start van het schooljaar.
Dat betekent niet dat je het beoogde initiatief zomaar mag verschuiven naar het jaar nadien. Als je een aangevraagde en goedgekeurd structuurwijziging om welke reden dan ook niet kunt realiseren op 1 september, moet je die altijd opnieuw aanvragen. Je doorloopt opnieuw de volledige interne planningsprocedure en bezorgt je aanvraag opnieuw bij Katholiek Onderwijs Vlaanderen en DPCC-bao.
De overheid wil zicht houden op de evoluties in het onderwijslandschap. Daarom heeft zij een eigen planningsprocedure uitgewerkt. Wij noemen die procedure de ‘externe planningsprocedure’. Voor de meeste structuurwijzigingen is er een meldingsplicht. Voor andere structuurwijzigingen is er geen actie vereist.
Aandachtspunt: als schoolbestuur van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, kun je voor sommige structuurwijzigingen de externe planningsprocedure, maar aanvatten nadat je de interne planningsprocedure doorlopen hebt en nadat je aanvraag door de DPCC-bao goedgekeurd werd.
Je vindt voor beide planningsprocedures en voor elke structuurwijziging een samenvatting van alle acties, indiendata en aanvraag-/meldingsformulieren in het schematisch overzicht.
Een nieuwe basisschool oprichten of programmeren kan niet zomaar. Als je als schoolbestuur dat initiatief wil nemen, moet je bepaalde decretale voorwaarden respecteren:
Basisscholen met twee of meer vestigingsplaatsen die aan die drie decretale voorwaarden voldoen, kunnen zich opsplitsen in twee autonome basisscholen. Eén van de vestigingsplaatsen wordt dan de nieuwe programmatieschool met een nieuwe instellingsnummer. De andere vestigingsplaats behoudt het oorspronkelijke instellingsnummer en gaat in herstructurering.
De (nieuwe) programmatieschool telt voor haar omkadering gedurende zes schooljaren op 1 oktober van het lopende schooljaar en niet op 1 februari van het voorgaande schooljaar.
De overheid omschrijft vier rationalisatie- en programmatie-initiatieven in het gewoon basisonderwijs als een herstructurering. Het gaat over de volgende structuurwijzigingen:
De verhuizing van een volledige school of van een volledige vestigingsplaats naar een nieuwe locatie waar de school nog geen vestigingsplaats heeft, is geen herstructurering. De ingebruikname van een tijdelijke vestigingsplaats is evenmin een herstructurering.
Scholen die in herstructurering gaan, tellen voor hun omkadering gedurende 1 schooljaar op 1 oktober van het lopende schooljaar in plaats van op 1 februari van het voorgaande schooljaar.
Als een school de herstructureringen doorvoert ná 1 september, dan heeft deze herstructurering pas uitwerking op 1 september van het volgende schooljaar.
Meer informatie over de herstructurering, verhuizing en tijdelijke vestigingsplaats lees je in de Ministeriële Omzendbrief bao/97/10 ‘Programmatie en Rationalisatie in het Gewoon Basisonderwijs’.
We onderscheiden twee soorten fusie:
Er zijn twee fusievormen:
Meer informatie over de rationalisatienormen, over de fusie en over het genadejaar lees je in de Ministeriële Omzendbrief bao/97/10 ‘Programmatie en Rationalisatie in het Gewoon Basisonderwijs’.
Schoolbesturen kunnen niet autonoom beslissen om een school of vestigingsplaats te sluiten. Als schoolbestuur moet je ook deze structuurwijziging ter goedkeuring voorleggen aan de DPCC-bao.
Het komt voor dat een school of vestigingsplaats niet langer leefbaar is. Elk aanvraag tot sluiting van een school of een vestigingsplaats heeft zijn eigen verhaal. Het is gekleurd door verscheidene elementen, zoals het aantal leerlingen, de spreiding van de scholen en vestigingsplaatsen, de infrastructuur, de financiële mogelijkheden of de beschikbare omkadering.
Het sluiten van een school of een vestigingsplaats kan gevoelig liggen. Daarom is het zeer belangrijk dat je hierover tijdig overlegt en transparant communiceert met de ouders en met het personeel. Ter ondersteuning van dit overleg en deze communicatie stelt Katholiek Onderwijs Vlaanderen een nota ter beschikking: De leefbaarheid van de kleine dorpsschool. Troeven, knelpunten en uitdagingen.
De reglementering over de structuurwijzigingen in het gewoon basisonderwijs lees je in vier ministeriële omzendbrieven:
Heb je vragen met betrekking tot een structuuwijziging of bij de te volgen procedure? Zowel Vlaanderenbreed als in de regio's kan je terecht bij de medewerkers van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.
Voor vragen rond de gevolgen van een structuurwijziging voor het personeel in het basisonderwijs kan je terecht bij suzy.sterck@katholiekonderwijs.vlaanderen.