Welke vormen van leerlingenparticipiatie bestaan er naast de leerlingenraad?
Een leerlingenraad is slechts één mogelijke vorm van leerlingenparticipatie. Het is ook onmogelijk om alle leerlingen warm te maken voor deelname aan de leerlingenraad en het engagement dat daarmee gepaard gaat. De vormen van leerlingeparticipatie die hier worden besproken, hebben als doel om ook deze leerlingen te betrekken bij het schoolgebeuren. Dit vereist enige creativiteit, al moet vaak minder ver gezocht worden dan we denken. De nodige aandacht voor communicatie is alleszins essentieel. In de praktijk blijkt er vaak een link te bestaan tussen de leerlingenraad en de hieronder opgesomde vormen van leerlingenparticipatie.
Informele participatie verwijst naar het leerlingbetrokken klimaat dat in een school heerst. He laat zich niet vangen in formules, procedures en activiteiten. Informele participatie is minder zichtbaar, maar is niettemin inherent aan het schoolleven. Het bepaalt in grote mate de participatiecultuur die in een school heerst. Het gaat hier o.a. over de openheid en luisterbereidheid van de school ten aanzien van de leerlingen. In scholen met een sterke participatiecultuur worden de leerlingen aangemoedigd vrij hun mening te uiten en hechten directie en leraren belang aan een vlotte doorstroming van informatie, gemoedelijke schoolrelaties en spontaan overleg tussen alle betrokkenen. Leerlingen kunnen steeds bij directie en leraren terecht met voorstellen, vragen of om problemen te signaleren. Dit geldt voor het ganse schoolteam en blijft niet beperkt tot de directie en enkele leraren. Bovendien zijn de opgesomde elementen niet alleen van toepassing op het schoolniveau maar ook op het klasniveau.
Bij de organisatie van deze meer praktische en directe vorm van participatie is de leerlingenparticipatie vaak geen expliciete doelstelling. In de praktijk blijkt een ruim aanbod van dergelijke activiteiten echter een participatief schoolbeleid te bevorderen, op voorwaarde dat de actieve inbreng van de leerlingen zich niet beperkt tot de deelname, maar ook betrekking heeft op de organisatie en invulling van de activiteit. Vaak heeft dit tot gevolg dat meer leerlingen deelnemen en dat hun betrokkenheid hoger zal liggen.
Voorbeelden van semi-formele participatie zijn:
Formele participatie verwijst naar de participatie die vrij zichtbaar is in de school en die expliciet wordt ingesteld door de school. De leerlingenraad is de meest voorkomende vorm van formele participatie. Hier belichten we enkele andere voorbeelden. Vaak worden ze georganiseerd door de leerlingenraad, maar het kan ook anders. De reden dat we deze participatiemethoden hier vermelden en niet bij de leerlingenraad is dat de klemtoon hier ligt op het participeren van leerlingen die geen lid zijn van de leerlingenraad. Toch zijn ze alle mogelijk in combinatie met een leerlingenraad en maken ze vaak deel uit van de werking van de leerlingenraad.
1. Met elkaar overleggen, problemen aanpakken en voorstellen uitwerken
Dat leerlingen niet in de leerlingenraad willen zitten, sluit niet uit dat ze af en toe aan een project van de school of de leerlingenraad willen meewerken. Men kan deze leerlingen daarom de kans geven om tijdelijk aan iets mee te werken waar ze in geïnteresseerd zijn of er goed in zijn. Dat kan via volgende kanalen:
Als de school of de leerlingenraad een idee of voorstel concreet wil uitwerken (bv. examenrooster, herinrichting van de speelplaats, een schoolradio, een volleybaltornooi, schoolbal, een multiculturele dag, ...), dan kan ze daarvoor een werkgroep oprichten. Deze werkgroep kan bestaan uit leerlingen en één begeleider of uit een gemengde groep van leerlingen en leraren. Afhankelijk van het thema kunnen ook de directeur en ouders hierin worden opgenomen. De kracht van dit systeem is dat alle leerlingen van de school voortdurend de kans krijgen om te participeren en dat zij enkel deelnemen aan activiteiten die hen interesseren en waarin ze denken sterk te zijn. Deze werkgroepen kunnen de kern vormen van de leerlingenparticipatie in een school. De leerlingenraad kan de activiteiten van de werkgroepen opvolgen en zelf voorstellen doen. Als in elke werkgroep één of meerdere leden van de leerlingenraad zetelen, verloopt dit uiteraard een stuk vlotter.
Werkgroepen hoeven niet altijd tijdelijk te zijn, maar kunnen ook een permanent karakter hebben. Leerlingen die geen lid zijn van de leerlingenraad krijgen zo de kans om actief te zijn in een werkgroep rond milieu, sport, pastoraal, cultuur, ...
Een verbetergroep werkt op dezelfde manier als een werkgroep, maar vertrekt vanuit een bepaald probleem. Bv. onvoldoende afspraken tussen leraren i.v.m. huiswerk en toetsen, pesterijen op de speelplaats, overmatige afvalproductie op school... De verbetergroep bekijkt het probleem van naderbij en werkt een oplossing uit.
Wanneer de directeur, leerlingenraad, schoolraad of een werkgroep een plan heeft uitgewerkt om een project of vernieuwing op poten te zetten, kan men eerst de mening van de anderen vragen via een klankbordgroep. Alle belanghebbenden op school worden uitgenodigd om te komen luisteren naar het voorstel en er hun advies over te geven. Op basis van de reacties en suggesties kan het plan worden bijgestuurd en verder uitgewerkt.
Volgende voorbeelden hebben als doel te weten te komen wat er leeft bij de andere leerlingen en welke klemtonen zij zouden willen leggen:
Alle leerlingen krijgen de kans om op een blaadje papier te schrijven en/of aan te kruisen waar de school of de leerlingenraad volgens hen werk van moet maken. Aan de leerlingen kan ook gevraagd worden of zij bereid zijn hieraan mee te werken. Bij de enquête wordt een korte tekst gevoegd met uitleg over het waarom van de enquête en wordt vermeld wanneer de leerlingen geïnformeerd worden over de resultaten. De verwerking van de ingevulde enquêtes kan eventueel tijdens de lessen wiskunde gebeuren. Achteraf geeft de school of de leerlingenraad ook aan wat er verder met de resultaten zal gebeuren.
Op één of meerdere centrale plaatsen op school wordt een bus gezet of wordt er in elektronische vorm één op de website van de school geplaatst. De ideeënbus kan enkel een succes zijn als de leerlingen weten wie de bus leegmaakt, wanneer de ideeën worden bekeken en wat er dan verder mee gebeurt. De ideeën worden bij voorkeur niet anoniem gepost.
Enkele keren per schooljaar wordt er een open forum georganiseerd. Alle leerlingen kunnen hier vrijwillig aan deelnemen. Een open forum kan zowel tijdens de middagpauze als tijdens de lesuren plaatsvinden. De school of de leerlingenraad kan het initiatief aan de andere leerlingen laten om zelf voorstellen te doen of er kan naar suggesties of reacties gevraagd worden n.a.v. concrete projecten. Indien er werkgroepen zijn, kunnen zij dit forum organiseren om verslag uit te brengen over hun activiteiten en de leerlingen de kans te geven voorstellen te doen. Ook hier wordt de deelnemers achteraf geïnformeerd over de resultaten.
Een school of leerlingenraad ontwikkelt best een eigen dynamiek en hoeft de leerlingen niet systematisch te raadplegen telkens men een nieuwe activiteit plant of organiseert. Toch is dit in een aantal gevallen nuttig. De school of de leerlingenraad kan op verschillende manieren naar de mening van de leerlingen peilen:
Op vaste tijdstippen voorziet de school of de klassenleraar een moment om met de klas dieper in te gaan op concrete vragen. Als de leerlingenraad is samengesteld uit klasvertegenwoordigers kunnen de leerlingen ook enkele punten bespreken die kort daarna in de leerlingenraad op de agenda staan.
Als de school een belangrijke beslissing moet nemen en ze rekening wil houden met de mening van de leerlingen dan kan ze een referendum organiseren. Iedereen krijgt de kans zich voor of tegen een concreet voorstel uit te spreken. Het voorstel handelt over een duidelijk afgebakend thema en is in een ondubbelzinnige vraagstelling gegoten. De leerlingen kunnen betrokken worden bij het opstellen van vragen. De leerlingen worden vooraf goed geïnformeerd en er wordt vooraf bepaald en gecommuniceerd welke gevolgen de bevraging kan hebben. De school en leerlingenraad staan vooraf stil bij de verwachtingen die men bij de leerlingen creëert door een referendum te organiseren. Meer informeel kan men ook gebruik maken van polls bv. via sociale media of het schoolplatform om op een eenvoudigere manier na te gaan wat leeft bij de leerlingen.
Elke klas krijgt bezoek van een lid van de leerlingenraad die in de klas een idee of vraag toelicht en peilt naar reacties van de leerlingen. Achteraf koppelt iedereen de informatie terug naar de leerlingenraad. Uiteraard neemt dit wel wat tijd in beslag en moeten de directeur en leraren ermee akkoord gaan dat hieraan een deel van de les wordt gewijd.
In een lokaal liggen stukken papier met diverse thema's op. Leerlingen schrijven gewoon op wat ze van elk thema denken en kunnen schriftelijk reageren op elkaar.
Leerlingen spreken willekeurig enkele medeleerlingen aan op de speelplaats over hun mening over een bepaald onderwerp. Dit kan heel formeel maar ook via een soort babbelbox. Een babbelbox is een camera waarvoor leerlingen een reactie of boodschap kunnen inspreken.