Personeelsleden uit het onderwijs krijgen vanaf 1 september 2023 het recht om in specifieke omstandigheden een flexibele werkregeling aan te vragen.
Hierbij dient opgemerkt te worden dat het gaat om een recht op aanvraag, niet om een recht op het verkrijgen van deze flexibele werkregeling.
Decretale basis: DRP hoofdstuk IIsepties: Flexibele werkregeling
Deze maatregel is van toepassing in alle onderwijsniveaus.
Het Decreet lerarenambt omschrijft de rechthebbenden als:
personeelsleden die volgens de geldende regelgeving recht hebben op loopbaanonderbreking voor ouderschapsverlof, medische bijstand, mantelzorg of palliatieve zorg hebben ook recht op het aanvragen van een flexibele werkregeling. Het personeelslid moet deze loopbaanonderbreking niet opnemen om een flexibele werkregeling aan te vragen.
Concreet betekent dit dat elk personeelslid (tijdelijk of vast benoemd) werkzaam in het onderwijs het recht heeft een flexibele werkregeling aan te vragen.
Het personeelslid dat een flexibele werkregeling aanvraagt, doet dit minstens 2 maanden voor de gewenste begindatum en bezorgt daarvoor een schriftelijke aanvraag aan het schoolbestuur. De vermelde aanvraagtermijn kan in onderling akkoord tussen het schoolbestuur en het personeelslid worden ingekort. De aanvraag vermeldt de gewenste begin- en einddatum en het ingeroepen zorgdoeleinde.
Het schoolbestuur heeft het recht om documenten op te vragen die de aanvraag tot flexibele werkregeling staven. Het schoolbestuur beoordeelt de aanvraag en formuleert hierop een schriftelijk antwoord. Het kan:
Het schoolbestuur geeft een schriftelijk antwoord binnen een termijn van 30 dagen na ontvangst van de aanvraag.
Het uitblijven van een antwoord van het schoolbestuur of een niet of onvoldoende gemotiveerde weigeringsbeslissing wordt gelijkgesteld met een akkoord.