17 januari 2024 – Betere prestaties van leerlingen op interdiocesane proeven

Toen ik deze voorspelbare actuele vragen op mijn scherm zag verschijnen iets na de middag, was mijn eerste gedachte: zou de voorzichtig-positieve teneur over de betere resultaten op de interdiocesane proeven, zoals die de dag voordien maar ook nog op deze dag zelfs overvloedig in de audiovisuele media én in de geschreven pers aan bod waren gekomen, ook terug te vinden zijn bij de drie vragenstellers (twee uit de oppositie, één uit de meerderheid), bij minister Weyts en bij de vier interveniënten?

Voor de omstandige basisinformatie over de zaak verwijs ik hier graag naar het persbericht van Katholiek Onderwijs Vlaanderen (met linken naar het nieuwe onderzoek van professor Kristof De Witte en Letizia Gambi en ook de voorgaande onderzoeksartikelen). Wat de talrijke persartikelen (ook in journaals) betreft, levert een eenvoudige online zoekopdracht van de lezer wel voldoende stof op om diens nog eventuele bijkomende lees- en kijk/luisterhonger te stillen. Dat laat ik hier voorts buiten beschouwing.

Enkele vaststellingen bij de bespreking dan. Eén. Mijn oorspronkelijke gedachte in vraagvorm kon algemeen gesproken positief beantwoord worden. De beeldspraak van minister Weyts kon ik appreciëren: één zwaluw maakt de lente niet, maar één zwaluw in de winter is toch al mooi. Misschien bestonden er wel meningsverschillen over de (belangrijkste) verklaring voor het terecht geprezen ‘lichtpuntje’, zoals interveniënt Jean-Jacques De Gucht, die hier nu wél aanwezig was, liet doorschemeren. Maar één zaak lijkt mij zeker: overheidsmaatregelen zijn ongetwijfeld belangrijk, maar het zijn nog altijd wel onderwijsmensen op de werkvloer die “het” moeten doen.

Twee (en daar gingen de vragen eigenlijk vooral over). Het was nu zaak om op die weg door te gaan. En je raadt het al, beste lezer: toen volgde, niet onverwacht, heel wat herhaling van allerlei al genomen of nog te nemen maatregelen (tot en met de Vlaamse toetsen toe). Onderwijskwaliteit, inderdaad, als aandachtspunt deze legislatuur, zoals ook de week voordien in de Onderwijscommissie nog uitvoerig aan bod gekomen was in de vraag om uitleg van Elisabeth Meuleman en in de gedachtewisseling met de voorzitter en vicevoorzitter van de Commissie van Wijzen, die logischerwijs ook in deze plenaire vergadering expliciet vermeld werd.

Drie. Na en cours de route nog wat beschouwingen over de verschillende scenario’s (in het Vlaams Parlement en in de tv-studio’s en andere media) bij slecht resp. goed nieuws over onderwijs, wat toch al weer wat frictie opleverde tussen de vragenstellers van Groen en Vooruit enerzijds en de minister anderzijds, zwierden de twee vragenstellers van de oppositie finaal toch nog wat straffer het lerarentekort op het bord van de minister, waarbij heel concreet een van de door Hannelore Goeman vermelde elementen (“een fundamentele (sic!) hervorming van de lerarenopleiding”) mij de wenkbrauwen deed fronsen, maar dat kon de trouwe lezer van deze rubriek zich zeer zeker goed voorstellen vanuit eerdere stukken. En nu ik dit hier zo schrijf, is ineens mijn laatste gedachte bij deze zaak: wie zou de volgende minister van Onderwijs worden…?

Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio