LPD 2 De leerlingen werken op een veilige en duurzame manier met materialen, chemische stoffen, organismen en technische systemen. Dient gelezen te worden in functie van "voorkomen".
Met andere woorden, je hoeft niet specifiek op zoek te gaan naar situaties waarin chemische stoffen en organismen voorkomen. De klemtoon van het leerplandoel ligt op het veilig en duurzaam werken, als leerlingen in contact komen met chemische stoffen en organismen moeten ze dit ook veilig en duurzaam doen.
Je kunt hierbij denken aan volgende mogelijkheden:
Met andere woorden, je hoeft niet specifiek op zoek te gaan naar situaties waarin chemische stoffen en organismen voorkomen. De klemtoon van het leerplandoel ligt op het veilig en duurzaam werken, als leerlingen in contact komen met chemische stoffen en organismen moeten ze dit ook veilig en duurzaam doen.
Je kunt hierbij denken aan volgende mogelijkheden:
- legionella- bacterie bij stockeren of verwarmen van water
- een product of verpakkingsmateriaal dat op natuurlijke wijze afgebroken wordt
- het manipuleren en reinigen van materialen en onderdelen is dikwijls gekoppeld aan een specifieke sector zoals voedingssector (HACCP), landbouw, installaties met biologische producten
Wat in het leerplan staat is wat minimaal aangeboden moet worden, waarbij je de leerplandoelen ook minimaal mag lezen. Afhankelijk van jouw uitrusting, jouw leerlingengroep, jouw voorkeur, de bedrijven waarmee je samenwerkt … kun je bepaalde doelen of onderwerpen verdiepen of verbreden. Vertrek wel telkens van goed omschreven leerdoelen als uitgangspunt voor je aanbod en evaluatie.
Alles wat aangeboden wordt, mag je evalueren (hoeft niet noodzakelijk met cijfers). Probeer als leraar wel zicht te houden op wat de leerling als basis moet kennen/kunnen (leerplandoelen) en wat je extra aanbiedt, zodat hiermee rekening kan gehouden worden bij de deliberatievraag.
Alles wat aangeboden wordt, mag je evalueren (hoeft niet noodzakelijk met cijfers). Probeer als leraar wel zicht te houden op wat de leerling als basis moet kennen/kunnen (leerplandoelen) en wat je extra aanbiedt, zodat hiermee rekening kan gehouden worden bij de deliberatievraag.