De aanleiding tot deze vraag om uitleg was wel enigszins anders, maar toch was de vraag zelf heel verwant aan een recente actuele vraag in de plenaire vergadering (niet langer geleden dan 23 februari 2022) en op 16 december 2021 ging het er ook al over in de Onderwijscommissie. Het hoeft geen betoog dat deels enkele elementen uit de antwoorden en besprekingen van toen nu terugkwamen.
Concreet was het vertrekpunt van vragensteller Katia Segers nu de, volgens haar, minder goede resultaten op de zgn. peiling “Kritisch denken, mediawijsheid en problemen oplossen” uit 2021, georganiseerd door het Steunpunt Toetsontwikkeling en Peilingen (3de graad secundair onderwijs). Met name daarbij de kloof in de resultaten tussen de diverse onderwijsvormen vond vragensteller Segers onaanvaardbaar. Resultaten, die ze gedetailleerd toelichtte in haar inleiding. Een en ander bracht haar snel op de wereld van (zgn.) sociale media en cyberpesten. Wat vond minister Weyts van de vermelde resultaten (nwvr: vragensteller Segers had dezelfde vragen ook gesteld aan minister van Media Benjamin Dalle)? Haar tweede vraag (“Erkennen de ministers het belang van het aanleren van kritisch denken en het leren omgaan met de verschillende media bij jongeren…?”) vond ik dan weer zo overbodig en haar derde en vierde vraag (zeker wat minister Weyts betrof) hadden een zo voorspelbaar al gekend antwoord dat ik me soms afvraag wat toch de rationale achter zulke vragen van parlementsleden is… Soit, het maakt er mijn taak hier des te makkelijker op. Vooraf nog even dit. Omdat ik zelf niet wil blijven steken in zgn. negatieve resultaten op (gestandaardiseerde) toetsen, voeg ik hier graag een positieve referentie toe i.v.m. wat concrete leraren in dit verband concreet doen op de werkvloer. Dat lijkt mij finaal veel belangrijker dan welke toetsen én eindtermen ook.
Minister Weyts overliep nogmaals de resultaten in kwestie. Enigszins opmerkelijk vond ik wel zijn toelichting bij de bewuste keuze die gemaakt was om álle betrokken leerlingen (ongeacht hun onderwijsvorm) dezelfde toets te laten doen. Het ging daarbij opnieuw over de “hoogte van de latten” (en de al of niet aanvaardbare verschillen in resultaten tussen die leerlingen), waarover ik al zo vaak de afgelopen jaren geschreven heb dat ik dat hier niet meer ga herhalen… en uiteraard ook over de rationale achter de nieuwe eindtermen. In dat laatste verband had de Vlaamse regering overigens op 18 maart 2022 een beslissing genomen i.v.m. de vraag van de Federatie Steinerscholen Vlaanderen vzw om gelijkwaardigheid van hun eigen, vervangende eindtermen, maar dat zou hier te ver leiden. Minister Weyts verwees uiteraard nog naar de bestaande kenniscentra Digisprong en Mediawijs en in het kader van OBPWO liep voor de B-stroom een onderzoeksproject over effectieve leeromgevingen.
De rest van de bespreking (repliek en slotwoord van vragensteller Segers, tussenkomsten van interveniënten Kathleen Krekels, Johan Danen en Loes Vandromme, en het tweede antwoord van minister Weyts) leverde weinig nieuws op. De prijs van de meest relevante tussenkomst ging voor mij naar Loes Vandromme met twee heel pertinente vragen (over de praktijkcommissie eindtermen, zonder reactie van de minister; en over het einde van de peilingen, ook zonder reactie van de minister). Voor het overige: heel veel herhaling, o.a. ook over het voorstel van resolutie dat Segers’ fractie al driemaal ingediend had (cf. 23 februari 2022 supra).
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over het behalen van de eindtermen kritisch denken en mediawijsheid van Katia Segers” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen