Inspirerend voorbeeld bij het leerplandoel “Een oplossing ontwerpen voor een probleem of uitdaging door wetenschappen, technologie of wiskunde geïntegreerd aan te wenden.” in de studierichting Basiszorg en ondersteuning (LPD 14)

Het leerplandoel “Een oplossing ontwerpen voor een probleem of uitdaging door wetenschappen, technologie of wiskunde geïntegreerd aan te wenden” komt zowel in de 1ste, 2de als 3de graad aan bod. In dit inspirerend voorbeeld vind je een situatieschets waarin we het doel hebben uitgewerkt.

Het voorbeeld bouwt verder op de algemene tekst over dit leerplandoel. Deze verheldert de volgende elementen:

  • de beginsituatie over de studierichtingen heen;
  • de eigenheid van het ontwerpproces;
  • de keuze van een probleem of uitdaging;
  • het geïntegreerd aanwenden van wiskunde, wetenschappen of technologie;
  • algemene suggesties voor een didactische aanpak.

Het is zinvol om met je collega’s in overleg te gaan over de wijze waarop leerinhouden van Wiskunde, Techniek en Natuurwetenschappen aan bod zijn gekomen en hoe samenwerking tussen de vakken kan verlopen.

Opdracht en probleemstelling

sla link op in klembord

Kopieer

Beginsituatie

sla link op in klembord

Kopieer

Om vanuit dit voorbeeld met LPD 14 aan de slag te gaan, wordt er verondersteld dat leerlingen in de loop van het schooljaar onderstaande leerinhouden verworven hebben:

  • De leerlingen zijn vertrouwd met de patronen van Gordon in functie van het ordenen van gegevens.
  • De leerlingen leerden over het omgaan met gezondheidsproblemen zoals functiebeperking: beperkte mobiliteit.
  • De leerlingen leerden recepten aanpassen in functie van het aantal personen en behoeften (wiskunde).
  • Het bewegingsstelsel is behandeld (natuurwetenschappen).
  • De leerlingen brachten een bezoek aan de thuiszorgwinkel en maakten kennis met verschillende hulpmiddelen (technologie).
  • De leerlingen leerden fenomenen of toepassingen uit het dagelijkse leven verklaren aan de hand van kracht, hefboom, druk (natuurwetenschappen).

Situatieschets

sla link op in klembord

Kopieer

Jozefien is een alleenstaande vrouw van 83 jaar. Ze wordt een dagje ouder en voelt dat ze minder kracht heeft, vooral in haar rechterhand. Vaak heeft ze het ook lastig met haar evenwicht en coördinatie. Je bent stagiair bij Familiehulp en gaat als Huishoudhulp in de zorg 3 voormiddagen in de week langs bij Jozefien. De overige 2 dagen is je collega daar aan de slag.

  • Je kan de situatieschets verder stofferen in functie van andere leerdoelen die je wil betrekken of om een leerlijn uit te werken door de derde graad heen. Je kan daarbij een keuze maken om meer informatie te geven bij het begin van de derde graad zodat de leerlingen zich ook beter kunnen inleven in de concrete situatie. Naargelang de graad vordert, kan je informatie voorzien die je niet op voorhand deelt, maar waarnaar ze moeten vragen als om zelf een zicht te krijgen op de situatie.
  • Je kan de casus complexer maken of kiezen voor andere doelgroepen en/of contexten:
    • Jozefien is hardhorend of is anderstalig;
    • Er is weinig ondersteuning vanuit mantelzorg;
    • Jozefien heeft een aantal gezondheidsproblemen die binnen het bestek van de derde graad kunnen behandeld worden;
    • Jozefien woont in een serviceflat;
  • Naast de materiële situatie leent een dergelijke situatie zich ook zeer goed om in dialoog te gaan met een simulant. Je kan die op voorhand een aantal richtlijnen meegeven om op die manier de complexiteit van de casus te bewaken. Zo kan je ervoor kiezen om net meer spontaan informatie te laten geven terwijl je ook kan opleggen om bepaalde informatie alleen te bezorgen als de leerlingen ernaar vragen.
  • Je kan in de keuze van situaties ook uitgaan van ervaringen die de leerlingen op stage hebben meegemaakt.

Mogelijke problemen of uitdagingen

sla link op in klembord

Kopieer

  • Jozefien kookt graag maar heeft veel hinder van de beperkingen aan haar hand om zelf een maaltijd te bereiden. Ook het eten en drinken zelf zijn niet altijd even eenvoudig.
  • Haar 3 kinderen zijn het huis uit en haar man is overleden waardoor ze nu maar voor 1 persoon moet koken wat ze absoluut niet gewoon is. Hoe moet ze nu boodschappen doen en hoeveel moet ze meebrengen?

Leerplandoelen

sla link op in klembord

Kopieer

Centrale leerplandoelen

sla link op in klembord

Kopieer

De volgende leerplandoelen komen nadrukkelijk aan bod. Ze staan centraal bij de didactische evaluatie van de opdracht.

  • III-BaOn-a LPD 14 De leerlingen ontwerpen een oplossing voor een probleem of een uitdaging in de context van zorg en ondersteuning door wetenschappen, technologie of wiskunde geïntegreerd aan te wenden.
  • I-II-III-GFL LPD 10 De leerlingen genereren creatieve ideeën om een probleem op te lossen en bespreken de uitvoerbaarheid ervan aan de hand van criteria.

Flankerende of optionele doelen

sla link op in klembord

Kopieer

De volgende leerplandoelen beschrijven kennis en vaardigheden die relevant kunnen zijn om de ontwerpopdracht uit te voeren. Een gerichte selectie uit deze doelen kan geheel of gedeeltelijk, vooraf of gelijktijdig aan bod komen bij de realisatie van de opdracht in de klaspraktijk.

Het is belangrijk dat de probleemstelling aansluiting kan vinden bij de beginsituatie van de leerlingen. Als leraar zal je dus moeten inschatten wat de beginsituatie van de leerlingen is en bepaalde leerplandoelen nog eens moeten toelichten zodat je tot een kwaliteitsvol ontwerp komt.

In functie van het aanwenden van wiskunde, wetenschappen of technologie:

  • III-Wis-a LPD 1 De leerlingen lossen vanuit betekenisvolle contexten problemen op door wiskundige concepten en vaardigheden in te zetten.
  • III-Wis-a LPD 2 De leerlingen voeren met functioneel gebruik van ICT eenvoudige berekeningen uit met gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen in betekenisvolle contexten.
  • III-Mavo-a LPD 11 De leerlingen beargumenteren binnen een gesimuleerd persoonlijk of gezinsbudget keuzes bij aankopen rekening houdend met de totale kostprijs en de financieringskost.
    • Belang van financiële engagementen op korte en lange termijn
    • Eenmalige en terugkerende kosten
    • Consumentenkrediet
  • III-Mavo-a LPD 20 De leerlingen verklaren fenomenen of toepassingen uit het dagelijkse leven aan de hand van snelheid, kracht, hefboom, druk, zichtbaar licht, straling of elektriciteit.

In functie van verdere integratie in het specifieke deel:

  • III-BaOn-a LPD 3 De leerlingen observeren, signaleren en rapporteren veranderingen bij cliënten en onregelmatigheden in de woon-, leef- en speelomgeving in functie van de continuïteit van de zorg en ondersteuning.
  • III-BaOn-a LPD 6 De leerlingen werken samen in team in functie van continuïteit van zorg en ondersteuning.
  • III-BaOn-a LPD 16 De leerlingen lichten de werking van lichaamsstelsels toe rekening houdend met de samenhang tussen de verschillende stelsels.
  • III-BaOn-a LPD 28 De leerlingen brengen wensen en behoeften, beperkingen en mogelijkheden van cliënten in verschillende levensfasen in kaart.

Ontwerpen van een oplossing

sla link op in klembord

Kopieer

De situatie verkennen

sla link op in klembord

Kopieer

De kans is groot dat leerlingen snel en oplossingsgericht aan de slag gaan. Dat is niet verkeerd, maar kan ertoe leiden dat bepaalde oplossingen onvoldoende toereikend of zelfs helemaal niet passend zijn. Je stimuleert de leerlingen om gegevens te verzamelen via observatie of gerichte vraagstelling. Daarbij kan je volgende vragen omzetten naar de casus die je voor ogen hebt:

  • Wat is de precieze context waarin het probleem of uitdaging zich stelt? Wat is de persoonlijke situatie en/of context?
  • Is het een probleem voor Jozefien of ziet de hulpverlener een probleem?
  • Doet het zich in alle omstandigheden en/of alle omgevingen voor?
  • Welke elementen beïnvloeden het probleem? Welke informatie heb je nog nodig om een goed beeld te krijgen?
  • Voor wie wordt de oplossing ontworpen: voor de leerling zelf, een gekende gebruiker of doelgroep, een ongekende gebruiker of doelgroep?
  • Moeten de leerlingen overgaan tot een meer systematische vorm van behoeftebevraging/behoeftenonderzoek? Zal je de patronen van Gordon kunnen gebruiken om informatie te classificeren?
  • Is er regelgeving waarmee de leerlingen moeten rekening houden? Behoort het geven van een oplossing wel tot het eigen domein of is doorverwijzing noodzakelijk?
  • Is een kosten-batenanalyse noodzakelijk?
  • Krijg je het probleem voldoende helder geformuleerd?

Welke doel heb je voor ogen?

sla link op in klembord

Kopieer

Natuurlijk wil je dat het probleem opgelost is of de uitdaging een antwoord heeft gekregen. In sommige situaties zal dat meteen helder zijn, maar bij bepaalde casussen ga je toch nadenken over de kwaliteit van je oplossing. Misschien is het probleem ook wel gelinkt aan enkele andere elementen die ook een oplossing vragen. Zo kan het zijn dat je Jozefien niet alleen ondersteunt in het omrekenen van de hoeveelheid aan ingrediënten die ze nodig heeft om te koken. Het zou ook kunnen dat er sprake is van eenzaamheid of gebrek aan sociale contacten. Samen koken met anderen kan een andere kwaliteit aan de voorgestelde oplossing geven. Je kan de leerlingen volgende vragen stellen:

  • Zijn er andere problemen gekoppeld aan de uitdaging die voorligt?
  • Waaraan moet een eventuele oplossing voldoen om geslaagd te zijn?

Oplossen via het integreren van wiskunde, wetenschappen of technologie

sla link op in klembord

Kopieer

Uitgaande van de geformuleerde probleemstelling kan wiskunde, wetenschappen of technologie in de oplossing worden geïntegreerd.

  • Jozefien eet graag maar heeft veel hinder van de beperkingen aan haar hand om zelf een maaltijd te bereiden en op te eten. Ze heeft last van trillen, krachtverlies en coördinatieproblemen.
  • Alhoewel de derde graad Basiszorg en ondersteuning eerder beperkt inzoomt op pathologie zou je hier vanuit het functieverlies wel concreter kunnen ingaan op de wetenschappelijke verklaring voor die gevolgen:
    • Wat kan bij het ouder worden oorzaak zijn van trillingen, krachtverlies en coördinatieproblemen?
    • Welk aandeel kan je als huishoudhulp hebben in het ondersteunen van Jozefien?
    • Anticiperen op minder soepel bewegen en problemen met het evenwicht door het anders inrichten van de woonruimte.
  • In deze probleemstelling kan je ook technologie betrekken en focussen op begrippen zoals druk, hefboom, kracht … (natuurwetenschappen) waarvan gebruik wordt gemaakt in hulpmiddelen om fysieke tekortkomingen te compenseren.
    • Je kan via de verantwoordelijke voorstellen om een ergotherapeut te consulteren.
    • In overleg kan die hulpmiddelen introduceren die het klaarmaken van maaltijden of de maaltijd gebruiken kunnen vergemakkelijken: verzwaard bestek, tremorbeker, isolerende beker met ergonomisch handvat, antislipmatje, bokaalopeners, schuine tuitbekers, boterhammenplank voor eenhandigen, asymmetrische borden, ergonomisch bestek …
    • Niet elk hulpmiddel is hier van toepassing. Vanuit de aard van het probleem kan je de werking van de hulpmiddelen nader onderzoeken.
      • Zo bevat een tremorbeker een inzetstuk dat de vorm heeft van een waaier. De bewegingen van de vloeistof worden als gevolg van het trillen versterkt zodat koffie of water uit de beker geslingerd worden. Het waaierstuk remt die beweging af waardoor het morsen sterk afneemt.
      • Veel ondersteuningsmiddelen werken op het principe van kracht en weerstand anders inzetten. Door in te spelen op deze elementen kan de getroffen hand ontlast worden of is het niet nodig deze te gebruiken. Denk daarbij aan dunschillers met zuignappen, fixeerplanken of een multifunctionele bereidingsplank.

Implementeren in het lesgebeuren

sla link op in klembord

Kopieer

Je kan verschillende werkvormen hanteren door leerlingen individueel dan wel in groepjes te laten reflecteren over de gestelde vragen. De groepen kunnen vertrekken vanuit dezelfde basiscasus maar tijdens het proces verschillende antwoorden of contexten aangeboden krijgen. Op die wijze kan je, rekening houdend met de groepssamenstelling, diversifiëren en een aantal leerlingen gaan uitdagen.

Je kan nagaan op welke wijze de leerlingen de verschillende stappen door het proces inventariseren en illustreren via een portfolio, een fotomontage, een andere vorm van visualisatie … (=procesevaluatie).

×
Kijkt als...
Niveau
Regio
Kan ik je helpen?