Bij het voeren van een bewegingsbeleid neem je best de volgende stappen: - Informeer alle teamleden over de waarde van ‘het bewegen’ en ‘het bewegend leren’;
- Maak de positie van de leraar lichamelijke opvoeding als volwaardige partner binnen het team duidelijk;
- Geef het juiste ‘gewicht’ aan lichamelijke opvoeding, ook bij het aanwenden van het lestijdenpakket (zie waarborgregeling lichamelijke opvoeding):
- Deel leerlingengroepen verantwoord in om veilig, zinvol en renderend bewegen mogelijk te maken;
- Zorg ervoor dat de geplande lesmomenten lichamelijke opvoeding zo min mogelijk doorkruist worden;
- Werk vanuit een langetermijnvisie, gericht op continuïteit, en vertaal dat in een zinvol personeelsbeleid;
- Creëer optimale omstandigheden om aan de doelen rond lichamelijke opvoeding te kunnen werken;
- Zorg voor een vlotte organisatie, bijvoorbeeld door opeenvolgende leeftijdsgroepen na elkaar te plannen;
- Voorzie in voldoende middelen, onder andere op het vlak van accommodatie, materiaal en financieel;
- Creëer een veilig motorisch leer- en leefklimaat op school;
- Zorg voor een goede speelplaatswerking en op beweging gerichte speelplaatsinrichting;
- Zorg voor een degelijke en ontwikkelingsstimulerende werking op het vlak van observatie en evaluatie en communiceer erover als basis voor concrete remediëring;
- Bouw een vangnet voor kinderen met motorische zorgvragen uit;
- Betrek de zorgcoördinator, de beleidsondersteuner, de ambulante leraar en eventueel andere interne en externe partners;
- Heb aandacht voor het bewegen binnen het zorgbeleid, bijvoorbeeld door de leraar lichamelijke opvoeding bij een multidisciplinair overleg (MDO) te betrekken;
- Zie bewegen als middel tot preventie of remediëring;
- Voorzie een degelijk en uitdagend nascholingsaanbod voor leraren lichamelijke opvoeding en andere teamleden;
- Informeer ouders over de waarde van ‘het bewegen’ en ‘het bewegend leren’.