Maar toen moest de laatste vraag om uitleg van de namiddagvergadering nog volgen… Ik kon jammer genoeg niet meer live aanwezig zijn toen, want moet soms ook nog andere dingen doen. Gelukkig beschikt het Vlaams Parlement over een prima instrument om zulke afwezigheid te compenseren. Ik heb de hele vertoning eventjes (moeten) laten bezinken en wil daarover alleen graag nog dit kwijt.
Eén. In de volgorde der dingen rond het belangrijke thema van de nieuwe minimumdoelen basisonderwijs was het eigenlijke thema van deze vraag om uitleg van Roosmarijn Beckers intussen ietwat achterhaald: dat eigenlijke thema was het Vlor-advies (op eigen initiatief) bij de al iets oudere visienota “Vaststelling van kwaliteitsvolle minimumdoelen in het basisonderwijs” (Vlaamse regering, 28 februari 2025).
Twee. Roosmarijn Beckers (cf. ook twee vragen om uitleg van Kim Buyst) had de minister al op 13 maart 2025 geïnterpelleerd over de zaak, waardoor deze bespreking weer heel wat herhaling opleverde.
Drie. Intussen was ook een belangrijke mededeling/conceptnota i.v.m. de zaak de Vlaamse regering gepasseerd op 29 april 2025 (nwvr: de minister putte daaruit voor haar antwoord, maar het ging dus om publiek beschikbare informatie) én de dag na deze commissievergadering stelde minister Demir zelfs al de nieuwe minimumdoelen (voor abonnees) zelf voor. Van die laatste moest de decretale vertaling uiteraard nog volgen. Dat werk was bezig.
Maar vier: met overigens ook heel wat herhalingen uitte minister Demir vooral haar grote ongenoegen en boosheid (later in het debat klonk het al wat milder als “een beetje ontgoocheld”) over de teneur van het bedoelde Vlor-advies en schuwde daarbij de grote woorden over de slecht gestelde onderwijskwaliteit en te beperkte curricula in Vlaanderen niet (zeker ook in vergelijking met enkele niet nader genoemde buitenlanden). Meteen aangevuld met wat mij nu eerder voorkwam als een dreigement dan als een herstructurering van de Vlor als strategische adviesraad: de fusie met de SERV dus. Er waren onderwijskansen afgepakt van een volledige generatie (sic), aldus de minister. Interveniënt Loes Vandromme distantieerde zich later expliciet van de wijze waarop de minister over de Vlor gesproken had. Zelf wil ik dat hier ook doen ten aanzien van het verhaal over “macht” dat interveniënt Koen Daniëls nog wat later vertelde… maar bij de oproep om te werken aan de onderwijskwaliteit als een collectieve aangelegenheid sluit ik me dan weer wél graag aan. Die was vanuit meerdere fracties te horen in het debat.
Vijf. De uitleg van de minister over het vermeende verschil tussen de zgn. basisgeletterdheid in de eerste graad secundair onderwijs en nu de minimumdoelen voor Nederlands en wiskunde (op individueel leerlingniveau) in het basisonderwijs verstond ik eerlijk gezegd niet. Het concept basisgeletterdheid hield per definitie toch in dat elke leerling die minimumdoelen moest behalen… net zoals datzelfde nu opgelegd wordt voor een bepaalde set minimumdoelen in het basisonderwijs. Waar zit het verschil dan? Voor andere minimumdoelen geldt wel dat ze ‘slechts’ op populatieniveau bereikt moeten worden. Dus evenzeer twee verschillende soorten minimumdoelen. Alleen gebruik je de aparte benaming basisgeletterdheid niet meer voor het basisonderwijs. Dat is alles. Maar misschien miste ik iets, wat altijd mogelijk is.
Zes ten slotte. Aan het spelletje (politiek en ander) zwartepieten in het debat ga ik bewust niet meedoen. Daarvoor vind ik het hele thema te belangrijk en vooral veel te complex…
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over het advies van de Vlaamse Onderwijsraad over de visienota 'Vaststelling van kwaliteitsvolle minimumdoelen in het basisonderwijs' van Roosmarijn Beckers” aan minister Zuhal Demir.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen