Annabel Tavernier vatte de belangrijkste elementen uit het recente Vlor-advies in kwestie samen. Op 18 juni 2021 had de Vlaamse regering een eerste stap gezet in het decretale werk ter zake en in de commmissievergadering van 1 juli 2021 had hij het vervolg daarvan aangekondigd. Vragensteller Tavernier vroeg naar de reactie van de minister op dat Vlor-advies, maar haar laatste vraag over de volgende stappen in het implementatieproces leek me wat overbodig.
Minister Weyts stipte aan dat in het legistieke proces het nu, na de adviezen van Vlor, SERV en het Vlaams Partnerschap Duaal Leren, was aan de onderhandelingen met de sociale partners, zoals gebruikelijk. Het ging om een gezamenlijk dossier met minister van Werk Hilde Crevits. In het voorjaar van 2022 zou het dossier op de tafel van de Onderwijscommissie komen, zodat vanaf september 2022 de zaak van start kon gaan in het volwassenenonderwijs.
Vragensteller Tavernier haalde daarop weer het wierookvat boven voor “haar” minister en vroeg nog naar de evaluatie van eerdere ESF-proeftuinen in dit verband. Ook interveniënt Loes Vandromme deed dat, maar herinnerde vooraf ook nog even aan de penibele financiële situatie van de centra voor volwassenenonderwijs, die de week voordien op de commissieagenda gekomen was.
Met die ESF-projecten was rekening gehouden in het voorontwerp van decreet. Het ging om positieve ervaringen, zowel voor de cursisten als voor de bedrijven. Vragensteller Tavernier sloot af op een zo mogelijk nóg positievere noot door van een vierdubbele “win” te spreken. Daar konden we niet tegen zijn.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over het advies van de Vlaamse Onderwijsraad over de invoering van duaal leren in het volwassenenonderwijs van Annabel Tavernier” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen