Op 9 mei 2023 had de Raad Hoger Onderwijs van de Vlor een advies op eigen initiatief uitgebracht over een controversiële aangelegenheid in het hoger onderwijs, met name naar aanleiding van het decreet over de instroom en het optimaliseren van de studie-efficiëntie in het hoger onderwijs, dat op 1 september 2023 in werking zou treden. Het advies suggereerde vijf mogelijke indicatoren voor de concrete monitoring van studievoortgangsmaatregelen. Thijs Verbeurgt en Brecht Warnez hadden het Vlor-advies goed gelezen en wilden weten wat minister Weyts daarmee zou doen.
De minister was verheugd over het werk van de Vlor. Maar hij zag ook nog wel andere, relevante en noodzakelijke elementen voor de concrete doelen van het vermelde decreet en voor de geplande evaluatie ervan: de Databank Hoger Onderwijs (DHO) 2.0, maar ook instellingseigen data. Daarrond was zijn administratie met de hogeronderwijsinstellingen aan de slag. En er was een eigen tool voor elke instelling via Mijn Onderwijs, waarbij ze het instellingseigen beleid konden monitoren ten opzichte van zichzelf en van de andere hogeronderwijsinstellingen op Vlaams niveau. De minister wees nog op de (gedeeltelijke) autonomie van de instellingen op het stuk van studievoortgangsbeleid.
Vragenstellers Verbeurgt en Warnez maanden de minister aan tot vaart maken, gelet op de snelle datum van inwerkingtreding, en wat met het door de Vlor gevraagde bijkomende onderzoek? De meest wijze tussenkomst bij de drie interveniënten (Kathleen Krekels, Johan Danen en Gwendolyn Rutten) vond ik deze keer die van Gwendolyn Rutten, die meer dan terecht wees op een klassiek oud zeer in de politiek én elders van de tegenstelling tussen enerzijds de roep om planlast terug te dringen en anderzijds de roep om voortdurend van alles en nog wat te registreren voor een zgn. informatierijke omgeving ten bate van het zgn. beleidsvoerend vermogen van een organisatie. Het juiste evenwicht daarin vinden, inderdaad, dat was de boodschap. Maar niet gemakkelijk.
Minister Weyts bekeek nog of bijkomend onderzoek nodig was. In ieder geval was het werk volop bezig. Vragensteller Verbeurgt leek mij (maar dat kan aan mij liggen…) nogal eigenaardig te reageren op het planlastpunt van interveniënt Rutten en iets te licht te gaan over dataverzameling in hogeronderwijsinstellingen. Veel (opgelegde) dataverzameling staat volgens mij gewoon niet los van “regulering”, zoals ik Verbeurgt meende wél te horen beweren. Zijn punt over studenten onnodig “uit het systeem duwen” deelde ik wel volkomen, maar dat lijkt mij veeleer een zaak van goed onderwijs en goede begeleiding (en uiteraard van intelligentie, doorzettingsvermogen, studievaardigheid enz. van de kant van de student) dan van omstandige dataverzameling… Vragensteller Warnez was tevreden met het antwoord van de minister en vond de talige ingreep van de Vlor (geen ‘knip’, maar ‘drempel’) een correctere weergave van de maatregel in het genoemde decreet.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over het advies van de Vlaamse Onderwijsraad over de monitoring van studievoortgangsmaatregelen van Thijs Verbeurgt en over de behoefte aan indicatoren voor de monitoring van de studievoortgangsmaatregelen in het hoger onderwijs, aangehaald in een advies van Vlaamse Onderwijsraad van Brecht Warnez” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen