De Digisprong: al heel wat laptops waren intussen uitgedeeld, maar nu zouden die te weinig gebruikt worden (cf. ook de bespreking van en stemming over het zgn. ontwerp van Relancedecreet op 9 juni 2022 in de Onderwijscommissie en op 22 juni 2022 afgehandeld in de plenaire vergadering). Waddist en de Ambrassade hadden daarover recent signalen te kennen gegeven. Omdat ik die bron niet meteen terugvond, heb ik daar, voor de aardigheid, toch eens wat nauwkeuriger naar gekeken. Wat bleek? De bron van enkele vragenstellers was (wellicht) niet Waddist, maar wel enkele krantenartikelen op 12 en 13 juni 2022. Na (te) lang zoekwerk zag ik dat Waddist die bewuste vraag gesteld had op… 11 mei 2022. Kun je nagaan hoe kranten soms te werk gaan… Wat met de nodige professionalisering van de leraren? En met een ICT-beleidsplan op school? Uiteraard was ook opnieuw de kwestie van de nodige recurrente ICT-financiering voorwerp van een vraag.
Als mijn lange zoektocht één voordeel had, dan was het dat ik minister Weyts helemaal gelijk kon geven, toen hij zijn antwoord begon met een duidelijke relativering van de bewuste bron. Ere wie ere toekomt: ook vragensteller Karolien Grosemans vermeldde als enige van de vragenstellers dat het om zegge en schrijve 256 antwoorden ging op een vraag op de bewuste app. Vragenstellers Karolien Grosemans en Hilâl Yalçin waren de enigen die ook andere bronnen vermeldden (Fourcast for Education en MICTIVO).
Waarop kwamen het antwoord van minister Weyts en de verdere bespreking dan samengevat neer? De minister schetste de aan de gang zijnde uitrol van de Digisprong met enkele concrete details. Hij wachtte daarnaast op het nieuwe MICTIVO-onderzoek (MICTIVO IV in schooljaar 2023-2024). Nadien volgden nog enkele zaken waarvan we de meeste al gehoord hadden: een degelijke visie op ICT-beleid moest op school het vertrekpunt zijn (niet de hardware als zodanig), de extra middelen voor ICT-coördinatie (cf. ook anciënniteit voor zijinstromers; apart ambt), het Relancedecreet (middelen vóór het einde van 2022) enz. Op het thema van de ICT-professionalisering (en de rol daarin van de cvo’s met de ondersteuning daarbij van het kenniscentrum Digisprong; de inkanteling van Klasse in Digisprong kende ik zelf nog niet) ging de minister trouwens gedetailleerd in. Voor de structurele dimensie van de financiering herhaalde hij zijn gekende redenering, maar hij voegde iets toe over een zgn. Digisprongfonds met het oog op de toekomst. Bij mijn weten was dat nieuw, maar misschien was het ook gewoon een nieuw label voor middelen die hij al eerder als recurrent gepresenteerd had. Afwachten dus. In het algemeen: een veel positiever verhaal dan sommige vragenstellers het lieten voorkomen.
Voor het overige, kan ik het kort houden. Nog een vraag over het preciezere wat en hoe van het kenniscentrum Digisprong. Leren van de digitale ervaringen in het hoger onderwijs (vragensteller Danen). Vragensteller Grosemans maakte er een wat ironisch optreden van, wat de kritische houding van de Vooruitfractie en de Groenfractie betrof. Eerlijk gezegd, begreep ik haar punt wel. Trouwens, vragensteller Goeman zelf bleek er ook deels begrip voor te kunnen opbrengen. Dat zij vervolgens het ‘socialistische’ gratis aan het laptopverhaal toevoegde, botste dan weer op weerstand van de minister. Vragensteller Yalçin benadrukte de “verduurzaming” van het hele verhaal.
Op één zaak (en ik hoorde er een echo van in een tussenkomst van vragensteller Goeman) wil ik zelf nog even wijzen: ICT-professionalisering in cvo’s voor leraren is allemaal goed en wel, maar er lijkt mij toch een belangrijk verschil te bestaan tussen “allerlei (klassieke) (kantoor)softwarepakketten leren gebruiken” enerzijds en “didactisch leren werken met digitale vakinhouden”, wat mij eerder een taak lijkt voor lerarenopleidingen, anderzijds. Overigens, voor zover die digitale vakinhouden al bestaan: er bestaat zeker al heel wat, maar ik vermoed dat er op dat stuk nog heel wat marge voor verbetering is. Ik bedoel: echte didactische tools voor concrete vakken (met verschillende benaderingen naargelang van de leerdoelen in kwestie), en niet alleen zomaar (basale of zelfs met differentiatiemogelijkheden) (online) oefeningen voor uiteenlopende vakinhouden (hoe belangrijk en nuttig ook), of quizachtig toetsmateriaal, of het gemak van zgn. bordschema’s en oplossingensleutels die makkelijk op een smartboard (met nog wat extra toeters en bellen) geprojecteerd kunnen worden en tegenwoordig legio zijn bij handboeken.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over het effectieve gebruik van laptops door leerlingen van het secundair onderwijs van Johan Danen, over het beperkte gebruik van laptops op school van Karolien Grosemans, over de gratis laptops die in de kast blijven liggen van Hannelore Goeman en over het beperkte gebruik van laptops in de klas en de ICT-bijscholing van leerkrachten van Hilâl Yalçin” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen