Hilâl Yalçins vraag om uitleg, de laatste van deze commissievergadering, ging over een thema dat al zijdelings aangeraakt was in de bespreking van de vragen over de PAV-peiling: de zgn. virtual reality en de dito brillen. Er was intussen een actieplan ter zake en een subsidie van 6,5 miljoen euro. Yalçin had diverse vragen: over de precieze finaliteit van de subsidie, de professionalisering van onderwijsmensen in de materie, de rol van ICT-coördinatoren, een uitleendienst ter zake en een mogelijke rol van de RTC’s.
Dit initiatief was genomen op basis van een Vlaanderenbrede studie van de Thomas More Hogeschool over de interesse bij scholen en leraren in ‘extended reality’, zo begon minister Weyts. Twee acties waren al goedgekeurd door de Vlaamse regering: de uitleendienst voor ‘extended reality’, getrokken door de RTC’s, en het lerend netwerk ‘extended reality’, getrokken door de Thomas More Hogeschool. Andere acties zouden nog volgen. Het subsidiebedrag ging dus niet rechtstreeks naar de scholen. De minister gaf een concrete verdeling van de middelen over die twee actoren en de timing in kwestie. Het kenniscentrum Digisprong zou worden ingeschakeld als coördinator en ondersteuner.
Vragensteller Yalçin was erg positief over het initiatief en wilde nog weten welke scholen precies in aanmerking kwamen. Interveniënt Karolien Grosemans had geen bijkomende vragen, maar was minstens even opgetogen over de zaak. Minister Weyts meldde nog dat het initiatief bedoeld was voor alle tso- en bso-scholen, met focus op de tweede en derde graad.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over het actieplan met betrekking tot het gebruik van virtual reality in het onderwijs van Hilâl Yalçin” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen