18 maart 2021 – Lerarenplatform

Loes Vandromme bracht in herinnering dat het programmadecreet (p.6) bij de aanpassing van de begroting 2020 het lerarenplatform in het basisonderwijs met een schooljaar verlengd en de werking ervan met een maand vervroegd had. Meer details kun je lezen in de omzendbrief daarover. Naast diverse andere maatregelen was ook dat toen een element in het kader van het Lerarenloopbaandebat/pact. Denk gelijk ook aan de zeven hoorzittingen over het lerarentekort en de onderwijskwaliteit, die al zo vaak op deze pagina’s ter sprake kwamen. Maar hoe zat het met het lerarenplatform in het schooljaar 2021-2022: wat leverde de eventuele evaluatie op, zou het opnieuw verlengd worden en zo ja, wanneer?

Minister Weyts wist te melden dat het project inderdaad geëvalueerd was (schooljaren 2018-2019 en 2019-2020). Hij gaf de respectieve cijfers van het zgn. inzetbaarheidspercentage, dat in stijgende lijn gegaan was. De eventuele nieuwe verlenging van het lerarenplatform ging hij bekijken met de sociale partners, gelet ook op de niet-geringe, budgettaire kost. De vraag van vragensteller Vandromme kwam dus nog een ietsje te vroeg.

Zij voegde nog wel enkele interessante bedenkingen toe over het concrete gebruik van het lerarenplatform, waarmee ze overigens een verband legde met de vraag om uitleg over onervaren leraren in moeilijke klassen. Maar dat, zoals Vandromme betoogde, ervaren leraren via dat lerarenplatform veel minder ingezet werden voor “moeilijke vervangingen” (nwvr: mijn aanhalingstekens) verbaasde mij geenszins, hoe wijs zo’n aanpak ook wel zou mogen zijn. Vandromme wilde daarnaast ook kinderverzorgers en zorgcoördinatoren laten meetellen voor het inzetbaarheidspercentage. Interveniënt Johan Danen herhaalde Vandrommes vraag naar timing en in vraagvorm haar suggestie om eventueel hier of daar iets te wijzigen aan het systeem. Interveniënt Karolien Grosemans bevestigde dat nog eens en voegde nog een vraag toe over een verwant thema: volstonden de huidige, extra 12 miljoen euro voor korte en flexibele vervangingen?

Op dat laatste kon minister Weyts niet concreet antwoorden, maar hij verwees wel meteen naar nóg een andere verwante personeelsmaatregel in de coronacontext, de zgn. Bijsprong, voor de aanpak van leerachterstand. De middelen daarvoor waren van 10 naar 20 miljoen verhoogd wegens het grote succes, aldus de minister, en wellicht zou zelfs dat niet volstaan. De ook voor het lerarenplatform begrote 20 miljoen euro zouden niet genoeg zijn, wist de minister nu al, en het vervolg daarop liet hij, zoals gezegd, afhangen van het gesprek met de sociale partners, dat blijkbaar niet zo vlot liep.

Vragensteller Vandromme wees er ten slotte op dat haar vragen vanuit het onderwijsveld zelf gekomen waren en hoopte dat het sociale overleg een consensus zou opleveren over het belang van goed werkende vervangingssystemen.

Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over het lerarenplatform van Loes Vandromme” aan minister Ben Weyts.

Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio