25 maart 2021 – Voorlopers in ICT-beleid versus visienota Digisprong

De zgn. Digisprong was deze commissievergadering al kort ter sprake gekomen, maar nu wilde Jo Brouns ingaan op een actueel, specifiek probleem in verband met die digitaliseringsplannen, namelijk wat scholen betrof die al een eindweegs gevorderd waren in dezen en een Bring-your-own-device-aanpak (BYOD) hanteerden. Als achtergrond verwees vragensteller Brouns naar het interessante Vlor-advies van 21 januari 2021, maar zelf voeg ik daaraan nog graag toe: actuele vragen van 16 december 2020 en de gedachtewisseling over de visienota in kwestie op 4 februari 2021. De te horen knelpunten in het onderwijsveld spoorden perfect met het vermelde Vlor-advies. Net over met name drie samenhangende aspecten had Brouns telkens één vraag: het eigenaarschap bij de leerling, de duurzame integratie en de pedagogisch-didactische autonomie van scholen.

Minister Weyts vertrok in zijn antwoord van het herkenbare principe van onderwijsvrijheid, dat ook in dit verhaal gold: de overheid bepaalde het doel, de school bepaalde de weg naar dat doel. Intussen weten we wel (en wij wisten dat al véél langer dan vandaag) dat inzake onderwijsdoelen de overheid slechts minimumdoelen bepaalt, die dus per definitie niet alle onderwijstijd in beslag mogen nemen, en het tot de onderwijsvrijheid van scholen behoort om daaraan eigen doelen toe te voegen om een eigen pedagogisch project te mogen ontwikkelen en realiseren. Dat is dus véél meer dan alleen maar een pedagogische methode mogen bepalen. Maar het is altijd goed dat de Raad van State daaraan nog eens herinnerd heeft op 20 november 2020, want die stelling was vorige legislatuur al, onder invloed van bepaalde politieke krachten in onderwijsland, duidelijk ondergesneeuwd geraakt. Overigens, als die overheidsdoelen dan soms ook nog eens (impliciet) de pedagogisch-didactische methode bepalen, dan is het grondwettelijke onderwijsvrijheidshek helemaal van de dam …

Na wat eerder generieke toelichting over hoever de vrijheid van scholen zou reiken in het Digisprongverhaal, zei de minister dan toch expliciet dat hij met de BYOD-kwestie rekening zou houden. Digisprong ging ook over veel meer dan allemaal maar laptops, zo benadrukte minister Weyts nog: het was een … inderdaad, ware digitaliseringstrein, die maar in één richting reed … vooruit! De treinmetafoor werd warm gehouden en de minister voegde er zelfs, wellicht ongewild, nog een kleine actualiteit inzake politieke naamsverandering aan toe. De relevante miljoenen euro’s werden uiteraard ook nog eens in herinnering gebracht.

Maar kwamen er ook middelen voor de leraren, wilde vragensteller Brouns vervolgens weten. En ook nog: wat was de stand van zaken in verband met het nieuwe statuut van de ICT-coördinator in het voorontwerp van Onderwijsdecreet XXXI en was er budgettair een provisie aangelegd met het oog op de verdere toekomst van dit digitaliseringsverhaal? Interveniënt Roosmarijn Beckers uitte haar bezorgdheid over te veel aandacht aan hardware en te weinig aan ondersteuning en daarmee over de ontoereikendheid van de nu geplande middelen. Interveniënt Karolien Grosemans vroeg dan weer of er over een regeling voor leraren al gesproken was in het sociale overleg en of een nieuwe raamovereenkomst om de connectiviteit en de telecomdiensten in het onderwijs te faciliteren klaar zou zijn tegen begin volgend schooljaar. Interveniënt Johan Danen ten slotte had nogal wat woorden nodig om te vragen naar de timing van het verdere vervolg.

Minister Weyts vond, niet onterecht dacht ik, dat de meest dringende vraag van de scholen de verdeling van de middelen betrof. Hij zou op korte termijn met een voorstel daarover naar de Vlaamse regering gaan en dan kon de communicatie volgen. De vermelde raamovereenkomst voor telecom zou tegen september klaar zijn. In dit hele verhaal was de minister wel gebonden aan de begrotingsregels.

Vragensteller Brouns was het eens met die eerste, meest dringende vraag van de minister, maar herhaalde toch nog eens, zelfs omstandig, de drie eerder geduide bekommernissen en helemaal aan het eind … was er toch de treinmetafoor, hoewel ik zelf de klare wijn-metafoor verkoos, maar dat terzijde.

Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio