Sociale voorzieningen

Als werkgever ben je verplicht om de volgende sociale voorzieningen ter beschikking te stellen van je werknemers:

  • sanitaire voorzieningen, met inbegrip van kleedkamers, wastafels, douches en toiletten;
  • een refter (behalve bij akkoord van het comité preventie en bescherming op het werk om er geen in te richten);
  • een rustlokaal (te voorzien indien een risicoanalyse de noodzaak ervan doet blijken);
  • een lokaal voor zwangere werkneemsters en werkneemsters die borstvoeding geven (zie CAO 80 voor meer informatie betreffende contractuelen en de website van Onderwijs Vlaanderen voor gesubsidieerd personeel);
  • dranken (toegang tot drinkwater of een andere drank, afhankelijk van de aard van het werk en de aard van de risico’s).

Je beslist als werkgever zelf over de ligging, de inrichting en de uitrusting van de sociale voorzieningen, maar je vraagt uiteraard wel eerst het advies van de preventieadviseur-arbeidsarts en het Comité voor preventie en bescherming op het werk.

Bovendien hou je ook rekening met de minimumvereisten die opgesomd staan in de Codex van het welzijn op het werk, bijlage III. 1-1. Die minimumvereisten gaan onder andere over de minimale oppervlakte en de schoonmaak. Bij controles moet je bijvoorbeeld een onderhoudsplan kunnen voorleggen waaruit blijkt dat de toiletten dagelijks gereinigd worden.

FOD WASO heeft voor de verschillende types sociale voorzieningen de minimumvereisten samen gebracht in overzichtelijke fiches: douches, toiletten, wastafels, rustlokalen, kleedkamers en refters.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio