Indexering persoonlijke bijdrage internaten

Algemeen

sla link op in klembord

Kopieer

Als een onderwijsinternaat financieel gezond wil blijven, dan is het aangewezen om de persoonlijke bijdrage die wordt aangerekend aan de ouders te indexeren.

Wat betekent indexeren?

sla link op in klembord

Kopieer

De persoonlijke bijdrage indexeren betekent dat je de persoonlijke bijdrage mee laat evolueren met de index en dus met de inflatie of met het prijspeil. Het resultaat van een indexering is dat je altijd ongeveer hetzelfde kunt blijven kopen.

Cijfervoorbeeld: een internaat heeft elk schooljaar 10 kilo confituur nodig. De jaarlijkse voorraad confituur wordt elk jaar in augustus aangekocht.

  • Augustus 2023: de confituur kost 10 euro per kilo. Het internaat kan de voorraad confituur voor schooljaar 2023-2024 aankopen voor 100 euro.
  •  Augustus 2024: de prijs van de confituur is gestegen naar 11 euro per kilo. 10 kilo confituur kost nu 110 euro. 

Als het onderwijsinternaat de persoonlijke bijdrage heeft geïndexeerd, dan zijn de opbrengsten van de persoonlijke bijdrage van schooljaar 2024-2025 hoger dan de opbrengsten van de persoonlijke bijdrage van schooljaar 2023-2024. De hogere persoonlijke bijdragen laten toe om ook voor schooljaar 2023-2024 10 kilo confituur te kopen, ook al kost de jaarlijkse voorraad confituur nu 110 euro.

Als het onderwijsinternaat de persoonlijke bijdrage niet heeft geïndexeerd, dan zijn de opbrengsten van de persoonlijke bijdragen van schooljaar 2024-2025 even hoog als de opbrengsten van de persoonlijke bijdragen van schooljaar 2023-2024. Het onderwijsinternaat heeft voor schooljaar 2024-2025 evenveel geld ter beschikking voor de aankoop van confituur als in schooljaar 2023-2024: 100 euro. Met die 100 euro kan het onderwijsinternaat nu maar 9 kilo confituur kopen voor schooljaar 2024-2025. Het onderwijsinternaat heeft niet meer genoeg middelen om de gewenste hoeveelheid confituur aan te kopen voor schooljaar 2024-2025. Het onderwijsinternaat zal moeten besparen. De internen zullen gedurende 1 maand droog brood moeten eten.

Waarom de persoonlijke bijdrage indexeren?

sla link op in klembord

Kopieer

Onderwijsinternaten vervullen een belangrijke maatschappelijke rol. Het is van belang dat de onderwijsinternaten die rol ook in de toekomst kunnen blijven vervullen. Daarom moeten onderwijsinternaten blijven voortbestaan. Om het voortbestaan van onderwijsinternaten te kunnen blijven garanderen, moeten onderwijsinternaten over voldoende middelen beschikken om de uitgaven te bekostigen. Een onderwijsinternaat dat zijn leveranciers niet meer kan betalen, moet na verloop van tijd zijn deuren sluiten.

De middelen van de onderwijsinternaten komen voornamelijk voort uit twee bronnen: enerzijds zijn er middelen die de Vlaamse overheid verstrekt en anderzijds zijn er de persoonlijke bijdragen.

Decretaal heeft de Vlaamse overheid voorzien in de indexering van het werkingsbudget van de onderwijsinternaten. Hierdoor kan de koopkracht van het werkingsbudget van de onderwijsinternaten behouden blijft doorheen de tijd. Helaas leeft de Vlaamse overheid die decretale regels niet altijd toe. Door volledige en gedeeltelijke desindexeringen bespaart de Vlaamse overheid op werkingsbudgetten. Over-indexering van de overheidssubsidies komt spijtig genoeg niet voor. Voor de handhaving van de koopkracht staan de onderwijsinternaten dus zelf in.

Vóór het huidig decreet bestonden de opbrengsten van een onderwijsinternaat gemiddeld voor ongeveer de helft uit werkingsbudget verstrekt door de overheid en voor ongeveer de helft uit persoonlijke bijdragen. Door het huidige decreet zijn de werkingsbudgetten verminderd. De daling van de werkingsbudgetten wordt gedeeltelijk gecompenseerd door een besparing op personeelskosten: de meeste onderwijsinternaten hebben hun gesubsidieerde omkadering zien toenemen waardoor het aantal personeelsleden dat ze met eigen middelen moeten betalen, afgenomen is.

Onvolledige indexering van het werkingsbudget

sla link op in klembord

Kopieer

De werkingsbudgetten voor schooljaar 2024-2025

sla link op in klembord

Kopieer

Het Decreet over de onderwijsinternaten voorziet voor schooljaar 2023-2024 in een werkingsbudget van 1 300 euro per interne. In de Beleids- en begrotingstoelichting 2025 Onderwijs en Vorming is voorzien in een indexering van het werkingsbudget met 1,004%. Hierdoor bedraagt het werkingsbudget van schooljaar 2024-2025 per interne 1 313,05 euro.

In de begroting van 2025 is een kleinere indexering voorzien dan decretaal is vastgelegd. De indexering die decretaal vastgelegd is, komt uit op 1,711%. Bij een correcte indexering van het werkingsbudget zou het werkingsbudget van schooljaar 2024-2025 per interne 1 322,24 euro bedragen. Onderwijsinternaten krijgen voor schooljaar 2024-2025 dus 9,19 euro werkingsbudget te weinig als de Vlaams minister voor Onderwijs niet voor extra werkingsbudget zorgt voor schooljaar 2024-2025.

Beleid met betrekking tot de persoonlijke bijdrage

sla link op in klembord

Kopieer

Om toch over evenveel middelen te beschikken als in schooljaar 2023-2024, zul je de persoonlijke bijdrage met meer moeten laten toenemen dan alleen maar met de index.

Cijfervoorbeeld: veronderstel een onderwijsinternaat dat in 2023-2024 een persoonlijke bijdrage vroeg van 2 900 euro. In 2023-2024 beschikte dit onderwijsinternaat in totaal over 4 200 euro middelen per interne: 2 900 euro persoonlijke bijdrage + 1 300 euro werkingsbudget.

Als de inflatie 1,711% bedraagt voor schooljaar 2024-2025 en het onderwijsinternaat voor schooljaar 2024-2025 evenveel wil kunnen aankopen als voor schooljaar 2023-2024, dan moet het onderwijsinternaat over 4 271,86 euro per interne beschikken voor schooljaar 2024-2025: 4 200 euro x 1,711% = 4 271,86 euro.

Als het werkingsbudget per interne voor schooljaar 2024-2025 maar 1 313,05 euro bedraagt, dan is een persoonlijke bijdrage nodig van 2 958,81 euro (= 4 271,86 euro – 1 313,05 euro). De persoonlijke bijdrage moet dan toenemen met 58,81 euro (= 2 958,81 euro – 2 900 euro). Een toename met 58,81 euro komt neer op een stijging met 2,028%. Dat is meer dan de 1,711% inflatie.

Als het onderwijsinternaat de persoonlijke bijdrage alleen maar indexeert overeenkomstig de inflatie, dan komt de persoonlijke bijdrage uit op 2 949,62 euro. Maar dat heeft tot gevolg dat het onderwijsinternaat 9,19 euro minder kan besteden dan in schooljaar 2023-2024.

Afwachten tot het vanzelf weer goed komt?

sla link op in klembord

Kopieer

Als je verwacht dat de minister van Onderwijs snel met voldoende extra werkingsbudget over de brug komt, dan kun je kiezen om de persoonlijke bijdrage alleen maar te verhogen met de index. De extra toekenning van werkingsbudget vormt dan een compensatie van het tekort dat voortvloeit uit de gedeeltelijke desindexering.

Ben je pessimistisch over een toename van het werkingsbudget, dan is afwachten geen goed idee.

Als je ervoor kiest om eenmalig niet te indexeren, houd er dan rekening mee dat de vermindering van koopkracht die daaruit voortvloeit, alleen kan worden weggewerkt door de persoonlijke bijdrage van een later schooljaar met meer dan de index te laten toenemen. Als je in volgende schooljaren verhoogt overeenkomstig de index dan sleep je de koopkrachtvermindering jaar na jaar verder mee (elk jaar opnieuw, voor altijd). Eenmalig niet indexeren blijft voor eeuwig doorwegen, tenzij het onderwijsinternaat de persoonlijke bijdragen later sterker verhoogt dan de index.

Er wordt voorspeld dat de invoerheffingen die president Trump recent heeft ingevoerd wereldwijd tot extra inflatie zal leiden. Doordat het werkingsbudget van de onderwijsinternaten is ingedeeld bij de groep die maar voor 60% geïndexeerd wordt, kan een afwachtende houding dan snel tot veel extra koopkrachtverlies leiden.

Wat als de ouders niet kunnen betalen?

sla link op in klembord

Kopieer

Ouders die het financieel moeilijk hebben, zullen niet altijd correct gecompenseerd worden voor de stijging van het prijspeil. Niet alle soorten inkomens worden op hetzelfde moment en altijd voor het volle pond geïndexeerd.

Het is daarom belangrijk om voldoende oog te hebben voor financieel zwakkere gezinnen. Je kunt die ouders proberen proactief te benaderen en hen toe te leiden naar het OCMW, andere hulporganisaties of hen zelf een sociaal tarief aanbieden of schuld kwijtschelden.

Maar dat kan geen reden zijn om de normale persoonlijke bijdrage niet te indexeren. Wil je een sociaal tarief of schuldkwijtschelding kunnen aanbieden, dan moet je onderwijsinternaat zelf financieel gezond zijn. Een onderwijsinternaat dat het zelf financieel moeilijk heeft, heeft niet de financiële ruimte om ouders met financiële problemen te helpen.

Gelijk oversteken

sla link op in klembord

Kopieer

Het zou goed zijn als alle onderwijsinternaten voor schooljaar 2025-2026 in indexering voorzien.

Niet alle onderwijsinternaten hebben onmiddellijk een even grote nood aan een indexering van de persoonlijke bijdragen. Maar omdat het effect van niet indexeren permanent is en doorgaans zelfs toeneemt doorheen de tijd is het een kwestie van tijd vooraleer de financiële ruimte die er nu is, toch opgebruikt geraakt. Je riskeert dan later, als enige, een (sterkere) verhoging van de persoonlijke bijdrage te moeten doorvoeren. Het is dus vooruitziend om gelijke tred te houden met de andere onderwijsinternaten.

Voor ouders is een algemene prijsverhoging in alle onderwijsinternaten die ze kennen, gemakkelijker te aanvaarden dan wanneer ze horen dat er onderwijsinternaten zijn waar de persoonlijke bijdragen wel worden verhoogd en andere onderwijsinternaten waar dit niet gebeurt.

We raden aan dat internaatdirecteurs op de regionale vergaderingen uitwisselen hoe ze hiermee zullen omgaan in de praktijk.

Verschillen in persoonlijke bijdrage

sla link op in klembord

Kopieer

Er bestaan grote verschillen in persoonlijke bijdragen. Enerzijds zijn er regionale verschillen die onder meer te wijten zijn aan het gebied waar een onderwijsinternaat internen rekruteert. Anderzijds zijn er verschillen die voortkomen uit wat het onderwijsinternaat aanbiedt aan infrastructuur en/of dienstverlening.

Tabel met gemiddelde, minimum en maximum persoonlijke bijdragen per regio:


Regio

2021-2022

2022-2023

2024-2025

gemiddelde

gemiddelde

gemiddelde

laagste

hoogste

Regio Antwerpen

2 682,78

2 682,78

2 682,78

2 300,00

3 350,00

Regio Mechelen-Brussel

2 669,14

2 705,50

3 083.38

2 655,50

3 790,00

Regio Limburg

2 459,64

2 473,92

2 745,41

2 300,00

3 200,00

Regio Oost-Vlaanderen

2 836,41

2 900,50

3 039,10

1 950,00

4 250,00

Regio West-Vlaanderen

2 987,68

3 012,78

3 072,02

2 250,00

6 250,00

Vlaanderen

2 727,13

2 755,09

2 956,73

1 950,00

6 250,00

Voor 2024-2025 zijn peda’s waar de internen zelf voor maaltijden zorgen, buiten beschouwing gelaten. De persoonlijke bijdragen in die peda’s bedragen 1.300 en 1.500 euro.

De verschillen zijn organisch gegroeid en kunnen ook in de toekomst blijven voortbestaan.

Tool voor de indexering van de persoonlijke bijdrage

sla link op in klembord

Kopieer

Met deze tool kan je de indexering van de persoonlijke bijdrage berekenen.

Vul de blauwe cellen in.

Bij simulatie 1 verhoog je de persoonlijke bijdrage op basis van de gezondheidsindex van januari 2025 ten overstaan van de gezondheidsindex van januari 2024. In deze simulatie verhoog je de persoonlijke bijdrage met 4,094%.

Bij simulatie 2 verhoog je de persoonlijke bijdrage op basis van de evolutie van de gezondheidsindex op jaarbasis in de periode maart 2022 – maart 2025. In deze simulatie verhoog je de persoonlijke bijdrage met 4,514%.

Bij simulatie 3 verhoog je de persoonlijke bijdrage zodat de koopkracht van de som van de persoonlijke bijdrage en het gewone werkingsbudget constant blijft. Je compenseert dus voor de gevolgen van de gedeeltelijke desindexering van het werkingsbudget van schooljaar 2024-2025 in schooljaar 2025-2026. De persoonlijke bijdrage is 9,57 euro hoger dan bij simulatie 1. Die 9,57 euro is gelijk aan 9,19 euro x de gezondheidsindex van januari 2025/de gezondheidsindex van januari 2024. In procenten verschilt deze toename in functie van de hoogte van de persoonlijke bijdrage van schooljaar 2024-2025: de compensatie van 9,57 euro in procent van de persoonlijke bijdrage is hoger bij een lage persoonlijke bijdrage dan bij een hoge persoonlijke bijdrage.

Je ziet per simulatie telkens twee resultaten: in het groene gebied zie je de resultaten als je de persoonlijke bijdrage afrondt op 5 euro. In het oranje gebied zie je de resultaten als je de persoonlijke bijdragen afrondt op 10 euro.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio