Uit nog een ander hangend voorontwerp van decreet, namelijk zgn. OD XXXV (Vlaamse regering, 6 december 2024: nota en voorontwerp van decreet (art. 9 en 31)), haalde onderwijscommissaris Koen Daniëls ook één bepaalde maatregel: over de mogelijkheid van lesbijwoning van hoogbegaafde lagereschoolleerlingen in een school van het secundair onderwijs, naar analogie met wat al bestond tussen het secundair en het hoger onderwijs. Daarover leek mij weinig tot geen (politieke) controverse te zijn. De vragen gingen over de evaluatie van de so-ho-invalshoek, over aspecten van de praktische uitvoering (concrete operationele elementen, zoals bv. wat bij een ongeval tijdens de verplaatsing van de ene school naar de andere?) en over de nodige verdere stappen.

Naast de herhaling van wat in het voorontwerp van decreet stond, leek het belangrijkste mij dat het kabinet van de minister binnenkort samenzat met het expertisecentrum hoogbegaafdheid en de administratie voor de evaluatie van het voorbije jaar en dat de minister aan de administratie en het expertisecentrum zou vragen om duidelijker te communiceren over wat precies de mogelijkheden waren voor deze doelgroep.

Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over de beslissing om hoogbegaafde leerlingen vakken van het secundair onderwijs te laten volgen van Koen Daniëls” aan minister Zuhal Demir.

Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen