5 mei 2022 - Gedachtewisseling over de Onderwijsspiegel 2022: een bondig, persoonlijk commentaar

Een interessante, haast drie uur durende vergadering, zoals we die jaarlijks hebben over de Onderwijsspiegel i.v.m. het voorafgaande schooljaar, i.c. dus Onderwijsspiegel 2022 over schooljaar 2020-2021. Meteen zal het voor de lezer duidelijk zijn dat het nu een erg atypische onderwijsspiegel was wegens een erg atypisch schooljaar. Corona, weet je nog? Mijn commentaar gaat dan ook veel korter zijn dan vorige jaren en ik wil vooral inzoomen op enkele specifieke zaken, zij het dan mét verwijzing naar dingen die ook in het verleden regelmatig wel ter sprake kwamen bij dit soort gelegenheden of andere parlementaire activiteiten.

Wat dat laatste bijvoorbeeld betreft, verwijs ik in deze inleiding al maar naar twee relevante, recente vragen om uitleg over de Onderwijsinspectie, die ook in deze bespreking expliciet herhaald werden. Dan hoef ik die voorts hieronder niet nog eens op te nemen in mijn lijstje van aandachtspunten. Het ging concreet toen om een vraag om uitleg van Loes Vandromme op 10 februari 2022 en een vraag om uitleg van Koen Daniëls op 31 maart 2022.

De sprekers van dienst waren ook enigszins anders dan bij vorige gelegenheden, op de inspecteur-generaal na: Lieven Viaene (inspecteur-generaal Vlaamse Onderwijsinspectie), Wendy Franquet (coördinerend inspecteur Vlaamse Onderwijsinspectie) en Goedroen Juchtmans (inspecteur-onderzoeker Vlaamse Onderwijsinspectie). Ook dit jaar was er een zgn. Spiegeldag (online) geweest op 30 maart 2022 en de traditiegetrouw erg informatieve powerpointpresentatie die nu gebruikt werd door de sprekers, was eigenlijk dezelfde als die op 30 maart 2022.

Enkele aandachtspunten dan in telegramstijl:

  • aanvankelijk was er slechts een povere aanwezigheid van de onderwijscommissarissen in de zaal, maar gelukkig verbeterde dat wat nadien;
  • de inhoud van de Onderwijsspiegel was, zoals gezegd, dus niet zoals anders wegens een gebrek aan reguliere doorlichtingen; de Onderwijsinspectie had zich in de bewuste coronatijd noodgedwongen ook in een coronamodus moeten positioneren; dat was al bekend; er waren wel specifieke, interessante delen in het rapport over het volwassenenonderwijs (schaalvergroting, nieuw financieringsmechanisme, coronaperikelen) en over HBO5 Verpleegkunde (ook een bijzondere doorlichtingssituatie, maar dan zaten we eigenlijk ook al buiten het tijdvenster van de Onderwijsspiegel want in het lopende schooljaar; cf. infra);
  • het viel me op dat Goedroen Juchtmans voor de coronaperiode (ondersteunende online gesprekken en interviews daarover later; wellicht ook nog najaar 2021 en eerste maanden van 2022) zo sterk benadrukte dat de betrokken scholen spraken van “de Onderwijsinspectie als belangrijke, ideale partner voor feedback”; vanzelfsprekend leek mij dat, wanneer je als school een goed figuur wil slaan bij doorlichtingen en welke school wil dat niet?; dus op zich prima voor zulke (feedback)dialoog (en wellicht toch wel een nieuwe wind ten opzichte van een bepaald verleden); maar toch kon ik me niet helemaal van de indruk ontdoen dat, waar het gaat om onderwijskwaliteit op zich te realiseren, scholen met die ‘afhankelijkheid van de Onderwijsinspectie’ gelijk toch ook wel van enige misplaatste bescheidenheid ter zake blijk geven; toegegeven, misschien zijn scholen (nog) niet altijd even vertrouwd met de ‘kwaliteitsinstrumenten’ à la het “OK” op zich (en de taal daarvan; ik heb daar in het verleden ook al weleens kritisch naar gekeken…), maar dát is nog iets ánders dan de “realisatie van goede onderwijskwaliteit” zelf;
  • overigens, daarbij aansluitend, kwam ook dit naar boven blijkbaar, zoals Goedroen Juchtmans rapporteerde: zij erkende dat er een discrepantie vast te stellen was tussen al die door scholen als positief ervaren gesprekken met de Onderwijsinspectie en het (schriftelijke) rapport nadien;
  • de principes van de Inspectie 2.0 mogen op zich dan wel interessant zijn, maar alles zal toch afhangen van de concrete toepassing daarvan bij concrete doorlichtingen (gesprekken, andere instrumenten én…het finale rapport; cf. ook infra); idem trouwens voor wat er later in het kader van datageletterdheid zal gebeuren met de Vlaamse toetsen; voor de Onderwijsinspectie was het dus duidelijk nog zoeken naar een evenwicht tussen haar controlerende en stimulerende rol, zo besloot Goedroen Juchtmans;
  • het OK was actueel genoeg, maar het moest meer vertaald worden in een toegankelijkere taal (cf. het probleem om niet alleen het beleidsteam van een school maar ook de leraren mee te krijgen);
  • de planlastradar/calculator (nog een andere, nieuwe taak van de Onderwijsinspectie) had vertraging opgelopen en daarover kon nu nog geen informatie gegeven worden want dat vereiste ook een dialoog met scholen;
  • in verband nog met de datageletterdheid wees Lieven Viaene op het belang van de aanwerving van zg. inspecteurs-onderzoekers en van de toekomstige zgn. “datawijzer” (met rijke informatie voor de scholen), die verwacht werd in september 2022 en waarover hij later graag aan de politici een toelichting wilde geven;
  • het delicate dossier dan van de lopende doorlichtingen bij HBO5-opleidingen Verpleegkunde: daarover zei (ik parafraseer) inspecteur-generaal Lieven Viaene [video: vanaf 2:15:23] dat hij ook zelf gefrustreerd was over die aanpak op basis van de huidige regelgeving en dat er voldoende ongunstige adviezen nodig waren om een signaal ter zake aan de regelgever te kunnen geven: toch een bijzondere uitspraak want jammer voor de betrokken scholen wier concrete praktijk inderdaad al duidelijk en terecht geëvolueerd was, weg van een achterhaalde regelgeving…;
  • in het kader van de gedifferentieerde doorlichtingen was een risicoanalyse belangrijk, maar dat zou gaan om een dynamische profielschets (met breed opgevatte parameters o.b.v. diverse beschikbare data) en dat was nog volop in ontwikkeling;
  • schoolbesturen waren geen voorwerp van de huidige doorlichtingen, maar Lieven Viaene verwees in dat verband naar Nederland, waar schoolbesturen wél gesubsidieerd worden; het was mij uit zijn tussenkomst niet zo duidelijk of hij zo’n systeem ook voor Vlaanderen wenste of niet;
  • ten slotte nog graag een klassieke vraag van Koen Daniëls (cf. ook supra op 31 maart 2022): quid met het verschil tussen inspectieverslagen (over de realisatie van eindtermen wiskunde et al.) en de resultaten op internationale toetsen à la PISA et al.?; Lieven Viaene had vroeger al gewezen op de diverse aard van doorlichtingen en zulke toetsen, maar kon op dat stuk nu melding maken van een OBPWO-onderzoek van de UAntwerpen en de KU Leuven, dat in 2023 zou gefinaliseerd worden; afwachten dus.

Je kunt de video [vanaf 12:40] van de bespreking bekijken op de website van het Vlaams Parlement.

Reageren op dit commentaar kan bij Wilfried Van Rompaey wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen.

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio