Als voorlaatste vraag om uitleg van deze vergadering een vraag van Johan Danen over een van de internationale onderwijsonderzoeken. Nu eens niet over PISA of PIRLS, maar wel over de International Civic and Citizenship Education Study (ICCS) voor de leerlingen van het tweede leerjaar van de eerste graad secundair onderwijs. Kennis, vaardigheden en attitudes in verband met burgerschap, daarover ging het in dat onderzoek. Vlaanderen had daaraan deelgenomen in 2009 en 2016, maar zou dat nu in 2022 niet doen. Vragensteller Danen gaf enkele (wisselende) scores van de Vlaamse leerlingen en legde, niet onlogisch, de link met de (nieuwe) Vlaamse eindtermen. Danens opmerking “Een nieuwe deelname zou toelaten om te monitoren wat de impact is van de invoering van de nieuwe sleutelcompetentie Burgerschap.” leek mij wat overdreven, gelet op het nog prille karakter van die inderdaad (vernieuwde) sleutelcompetentie, maar dat terzijde. Wat was er gedaan met de resultaten van ICCS 2016? Waarom geen deelname aan ICCS 2022? Wat met deelname aan een volgende cyclus en met verdere monitoring rond burgerschap?
Minister Weyts legde uit hoe de ICCS-resultaten van 2016 een impact gehad hadden op het recente (transversale) eindtermenverhaal en verwees naar de opdracht van de zgn. praktijkcommissie in dit verband. Niet-deelname aan ICCS 2022 was gewoon een kwestie van keuzes maken, ook budgettair. Hij herinnerde aan de accenten in het onderwijsbeleid op Nederlands en wiskunde (met een link naar het rapport van de commissie-Brinckman) en aan enkele andere internationale studies zou wél worden deelgenomen, met inderdaad een sowieso al substantieel prijskaartje. Én er waren ook nog de eigen Vlaamse peilingen.
Vragensteller Danen betreurde toch die niet-deelname. Hij vreesde ook dat de burgerschapscompetenties als eerste zouden sneuvelen in de B-stroom van het secundair onderwijs, gelet op de tijdbestedingsproblemen rond de ingevoerde eindtermen. Alle leerlingen moesten voor hem dezelfde eindtermen i.v.m. burgerschap en mediawijsheid bereiken en daarmee belandden we terug in de bespreking van een vraag om uitleg één week eerder.
Wat de rol van de praktijkcommissie betrof, was ik best wel blij met de tegenreactie van interveniënt Koen Daniëls op de vrees die vragensteller Danen geuit had. Hij maakte en passant nog even reclame voor het parlementaire informatiecentrum met zijn zeer goede gidsen en voor ‘De Kracht van je Stem’ in het Vlaams Parlement.
Interveniënt Loes Vandromme van haar kant wees niet voor het eerst op de gelijkwaardigheid van álle sleutelcompetenties. Hoe zat het met de verdere monitoring van dat soort eindtermen, gelet op de toekomstige stopzetting van de peilingen? En het belangrijkste misschien was nog haar stelling over de inspraak van leerlingen bij het schoolbestuur en de -directie, ingebed in de schoolcultuur, als echte burgerschapsvormingspraktijk.
Minister Weyts stelde dat zulke eindtermen voorwerp waren van de doorlichting door de Onderwijsinspectie. Hij motiveerde zijn keuze voor niet-deelname aan ICCS 2022 ten slotte expliciet met een verwijzing naar de gedachtewisseling eerder die ochtend over de zgn. Vlaamse toetsen, waarover je elders op deze pagina’s nog mijn persoonlijke reflectie kunt lezen… Vragensteller Danen besloot met zijn geloof te herhalen in de voorliggende eindtermen (dezelfde voor de A- en de B-stroom). De praktijkcommissie moest de haalbaarheid van het geheel der eindtermen bekijken. Of vragensteller Danen vond c.q. verwachtte dat dat geheel haalbaar zou zijn of niet, kon ik niet opmaken uit zijn woorden.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over de keuze van Vlaanderen om niet deel te nemen aan de International Civic and Citizenship Education Study van Johan Danen” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen