Toen in ’s middags de thema’s zag verschijnen van deze actuele onderwijsvragen was het eerste wat ik dacht: “Dit dreigen alweer vragen te worden: niet over het beleid van de minister (waarover parlementaire vragen horen te gaan), maar over “andere zaken”, hoe schrijnend ook.” We hadden ook nog maar pas de kwestie van het externe meldpunt i.v.m. grensoverschrijdend gedrag gehad (weliswaar voor het hoger onderwijs, maar dat zou hoe dan ook een veel generieker meldpunt worden). Trouwens, met een meldpunt alleen was het probleem in kwestie nog niet opgelost. Dat kan zeker een minister niet alleen… maar dat beseffen sommige politici nog altijd niet… Werd mijn vermoeden bevestigd of moest ik na de parlementaire bespreking zelf toch enige nuance aanbrengen in mijn houding? Toegegeven, in zekere zin wel, maar toch.
Eerst nog even enkele traditionele verwijzingen naar de media: voor de casus in Lier de regionale televisie rtv en de krant De Standaard; voor de totaal andersoortige casus in Ninove Het Nieuwsblad op 25 november, 26 november en 29 november (voor abonnees). Maar hoe zat het in het Vlaams Parlement?
Vragensteller Hannelore Goeman leek me er weer vanuit te gaan dat controle (door de overheid of andere: klachtenprocedures en opvolging van die procedures) te allen tijde waterdicht was en was duidelijk geïnspireerd door de recente verwante kwesties in de kinderzorg resp. het hoger onderwijs. Waar was trouwens de tijd dat voormalig parlementsvoorzitter Peumans bij actuele vragen opmerkte: één vraag alstublief? Nu vijf vragen en daarbovenop de persoonlijke vraag aan minister Weyts. Wat ging hij doen? Alsof… maar zie mijn houding hierboven. Tussen haakjes, bij de vragen later van Kim De Witte herinnerde de huidige parlementsvoorzitter Liesbeth Homans inderdaad aan die reglementaire kwestie van één en slechts één vraag…
Vragensteller Elisabeth Meuleman legde de link naar het optreden van inspecteur-generaal Lieven Viaene in de media in verband met de laatste doorlichting in de betrokken Ninoofse school, die blijkbaar 10 jaar geleden plaatsvond. Maar nu was de Onderwijsinspectie, op vraag van de minister, opnieuw ter plaatse gegaan (zo wist de vragensteller uit de info in de media) en er zou een nieuw inspectierapport zijn. Wat stond daarin en wat ging de minister daarmee doen?
Vragensteller Kim De Witte was de enige die wees op het feit dat het hier om geïsoleerde gevallen ging, -- verontwaardigde politici durven dat nogal eens vergeten --, maar ook zijn vragen impliceerden een grote mate van stuurbaarheid in zulke schrijnende zaken én door de minister én door de scholen, de koepels en de inspectiediensten, en “hoe kunnen we (nwvr: mijn cursivering) de kwaliteitszorg op school verder versterken om die veilige plek te bieden aan alle leerlingen en aan leerkrachten die op een andere manier willen omgaan met leerlingen?”. Wie die “we” dan precies wel was, was mij niet zo duidelijk. Wat leverde het debat voorts op?
Minister Weyts rapporteerde van zijn (al bekende) acties intussen en stelde zich als een wijs man op. Op bepaalde zaken ging hij inderdaad wijselijk niet concreet in wegens nog onvoldoende duidelijk. Je weet, beste lezer, dat (bepaalde) journalisten en (bepaalde) politici doorgaans minder terughoudendheid aan de dag leggen. Chapeau dus voor minister Weyts.
Zijn oproep tot terughoudendheid had echter niet meteen veel effect. Getuige daarvan de lap die vragensteller Goeman als repliek erop gaf. En vragensteller Meuleman maakte gebruik van Lieven Viaenes mediaoptreden om diens uitspraak over een gebrek aan middelen politiek kracht bij te zetten. Vragensteller De Witte ging nog door op andere “sturingsmogelijkheden” bij dit soort problemen, zowel van schooldirecties als van CLB’s.
De tussenkomsten van drie interveniënten (Koen Daniëls, Ilse Malfroot en Loes Vandromme) brachten eigenlijk geen nieuwe elementen aan. Minister Weyts zelf schetste gedetailleerd hoe het zat met de bestaande klachtenprocedures en wat hij al beleidsmatig ondernomen had ten aanzien van de Onderwijsinspectie. En er werd voortgewerkt om de zwijgcultuur van weleer verder te doorbreken.
Uit de slotwoorden van de vragenstellers, met name dat van Elisabeth Meuleman, haal ik nog één element: was de Ninoofse school nu tien (zoals Lieven Viaene gezegd had) of vijf jaar geleden (zoals minister Weyts zei) nog geïnspecteerd? Maakte dat verschil finaal nu zoveel uit, wat de eigenlijke grond van de zaak betrof, dacht ik bij mezelf, maar dat terzijde.
Lees de bespreking van de “Actuele vraag over het beter beschermen van kinderen op school van Hannelore Goeman, over het wangedrag van leerkrachten tegenover leerlingen met autisme in Ninove van Elisabeth Meuleman en over grensoverschrijdend gedrag in het onderwijs van Kim De Witte” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen