28 maart 2024 – Ontwerp van decreet tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, wat betreft de taalafdeling Nederlands-Vlaamse Gebarentaal: in het kort

Voor de behandeling van dit ontwerpdecreet in de Onderwijscommissie herinner ik graag aan een vraag om uitleg op 27 april 2023, waar het ging over een pioniersproject rond een bijzonder type van tweetalig basisonderwijs: Nederlands en Vlaamse Gebarentaal. Het voorliggende ontwerpdecreet zorgde nu voor de decretale verankering van dat model. Daar kwam legistiek wel een en ander bij kijken, wat mooi beschreven staat in de memorie van toelichting (p.3-8). Het ging, kort gezegd, om de mogelijkheid (uiteraard geen verplichting) voor kinderen die doof of slechthorend zijn en kinderen die dit wensen, les te krijgen in Vlaamse Gebarentaal én het Nederlands in het gewoon onderwijs. In zijn toelichting van de decretale regels voor wie zulk onderwijs wilde organiseren verwees minister Weyts ook naar het enige proefproject op dit moment, Sint-Joris Beernem en de startersgids “Samen op taalreis”.

Uit de parlementaire vragen- en antwoordronde onthoud ik alleen:

  • dat met name Hannelore Goeman en Johan Danen dit liever in een breder debat over inclusief onderwijs gezien hadden;
  • dat, — zo vermoed ik tenminste, want het bedoelde tv-moment in het VTM-Nieuws op een niet nader bepaalde datum, waarop Loes Vandromme door mensen aangesproken was, kon ik niet terugvinden —, de door haar duidelijk bekritiseerde uitspraak van minister Weyts in dat tv-moment dat ouders altijd konden kiezen of ze hun (horende) kinderen al of niet in een klas met dove kinderen konden laten les volgen eigenlijk op een misverstand berustte; ik denk op basis van zijn latere reactie dat de minister toen alleen bedoelde dat ouders inderdaad altijd voor dit nieuwe model van tweetalig basisonderwijs kunnen kiezen of net niet, maar áls ze ervoor kiezen, is het evident dat horende en dove kinderen dan samen les volgen; overigens bleek het Beernemse systeem ook nog een gemengd systeem te zijn in deze zin dat een deel van de tijd horende en dove kinderen samen les hadden en een deel van de tijd apart; en ik denk dus niet dat de minister bedoelde wat Vandromme op basis van kritische stemmen van andere mensen meende verstaan te hebben van zijn toenmalige uitspraak, namelijk als zouden ouders in het algemeen in een gewone school waar dit nieuwe tweetalige model niet bestaat maar waar er (toevallig) een doof kind (of meerdere) in een klas zit, er altijd voor kunnen kiezen dat hun kind dan bewust niet in die klas zou zitten maar wel in een andere klas;
  • dat het besluit van de Vlaamse regering als uitvoering bij het voorliggende ontwerpdecreet nog in de klassieke procedure hangende was (cf. Vlaamse regering, 19 januari 2024).

Via de stemming werd het ontwerpdecreet aangenomen. Er waren twee onthoudingen, zoals aangekondigd door Hannelore Goeman en Johan Danen.

Ten slotte verwijs ik graag naar de video-opname [vanaf 1:16:25] en het formele parlementaire verslag.

Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen.

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio