In deze namiddagvergadering alweer meerdere vragen die te maken hadden met de moeilijke personeelssituatie in het onderwijs. Om te beginnen deze vragen over burn-out naar aanleiding van de meest recente cijfers in de driejaarlijkse Werkbaarheidsenquête van de SERV/Stichting Innovatie & Arbeid. In 2019 was er de Werkbaarheidsmonitor werknemers en in 2020 de Werkbaarheidsmonitor zelfstandige ondernemers. De cijfers voor onderwijs waren slecht. Werkdruk (niet onverwacht, leek mij) was de meest doorslaggevende factor voor een burn-outrisico. Wat kon de onderwijsminister doen? En meteen zaten we, ook héél erg volgens de verwachting, weer midden in diverse, bekende zaken als de recente onderwijscao’s (en de proeftuinen ter zake), de planlastradar van de Onderwijsinspectie, een flexibel hr-beleid, het lerarentekort, kortom, …een lerarenloopbaanpact…
Minister Weyts gaf inderdaad een heel omstandig overzicht van al die al genomen of nog te nemen maatregelen of ook gewoon bestaande hr-mogelijkheden, die we al vaak gehoord hadden. En ook over de planlastradar luidde het opnieuw: corona had daar roet in het eten gegooid en de minister kon er nog geen timing opplakken.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over burn-outsymptomen bij onderwijspersoneelsleden van Karolien Grosemans en over burn-out bij onderwijspersoneel van Loes Vandromme” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen