Met het tweede thema van de commissievergadering borduurden Roosmarijn Beckers en Kim Buyst voort op de begrotingsbesprekingen van eerste helft november (maar cf. ook een vraag om uitleg van 5 juni 2025), en wel naar aanleiding van een artikel in het Leuvense studentenblad Veto over de lage inschrijvingscijfers in de bewuste masteropleiding. Alleen dat laatste was een nieuw element ten opzichte van de meest recente vorige gelegenheid waarop dit thema besproken werd.
Minister Demir behielp zich dan maar met de generieke aard van een masteropleiding, de praktijk van de DLR’s voor zo’n opleiding (domeinspecifieke leerresultaten), de aankondiging dat de accreditatie van de nieuwe masteropleiding door de NVAO pas in het academiejaar 2027-2028 zou volgen en de herhaling van de relevante vermelding in het Centenboekje (met cijfers voor “professionalisering basisonderwijs”, maar wel alleen in 2028 en 2029). Zij durfde wel niet zo stellig als de twee vragenstellers de actuele inschrijvingscijfers op conto schrijven van de huidige onduidelijkheid over de verloning. Het ging daarnaast ook nog over de precieze taakstelling van zo’n nieuwe master basisonderwijs, maar eerlijk gezegd, leek mij dat alvast minder een probleem. Er was namelijk altijd gezegd (en zo is de opleiding ook geconcipieerd) dat het doelpubliek o.a. houders van een professionele bachelor kleuter/lager onderwijs was (maar ook andere instroomwegen waren relevant), dat zulke masters ook zelf les (bleven) geven en dat ze, net via hun wetenschappelijke scholing, een meerwaarde konden betekenen voor de onderwijskwaliteit in basisscholen. Dat konden ook de vragenstellers toch niet ontkennen. De onduidelijkheid over de verloning, een zaak voor het sociaal overleg, daarentegen was wél problematisch, en de vragenstellers (en bv. ook interveniënt Stephanie D’Hose) lieten niet na om ook dit dossier in het rijtje te klasseren van “erfenis van de vorige Onderwijsminister”, die de huidige Onderwijsminister parten speelde.
Kwamen voorts in de bespreking nog aan bod:
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen