Na de commotie over het onderwijs aan gedetineerden was het tijd voor een van de stokpaardjes van Kathleen Krekels: het hoogbegaafdenbeleid (cf. het project ‘Voorbeeldscholen cognitief sterk functioneren’ en opvolger). Ondanks het enthousiasme bij de betrokkenen en bij vragensteller Krekels waren er enkele bezorgdheden (vooral een middelenverhaal en de manier waarop betrokken personeelsleden hun tijd besteden). Vragensteller Krekels had een hele reeks vragen over diverse aspecten van de verdere ontwikkeling van dit beleid, waarvoor de middelen alvast verdubbeld waren tot iets meer dan 1 miljoen euro/jaar.
Minister Weyts bood in zijn antwoord een overzicht van het pionierswerk (ook de ratio achter de budgetverhoging) tot nog toe en zette het succes ervan in de verf. Maar vragensteller Krekels herhaalde toch de organisatorische bezorgdheden uit haar inleiding, want daarop was de minister niet echt ingegaan. Quid met de link naar het zgn. Leerpunt en naar de nieuwe leersteuncentra, wilde interveniënt Loes Vandromme nog weten. Ook interveniënt Thijs Verbeurgt vond het een positief verhaal, maar stelde vast dat de minister inzake onderwijs aan gedetineerden (cf. voorafgaande vraag om uitleg) toch heel anders handelde.
Minister Weyts pareerde de bezorgdheid over de inzet van de betrokken personeelsleden (in de eigen ankerschool versus in het lerende netwerk) met de ‘olievlekstrategie’, die net de bedoeling was van het hele project. Met de bevraagde linken van het interuniversitaire steunpunt met het Leerpunt en de leersteuncentra zat het wel goed, aldus nog de minister.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over een structureel hoogbegaafdenbeleid in het onderwijs van Kathleen Krekels” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen