1 juli 2021 - Toekomstige uitbreiding van duaal leren

Loes Vandromme vond inspiratie voor haar vraag om uitleg over duaal leren in een “gezamenlijk advies” van de Vlor en de SERV. Bij nader toezien bleek het geen formeel advies, maar wel een gezamenlijke oproep in een brief van 17 juni 2021 aan minister Weyts. Daarin werd enige mildheid gevraagd voor wie nu afstudeerde in het systeem van duaal leren. De coronacrisis, weet je wel. En daarnaast stonden er in die brief ook nog zes actielijnen voor de verdere groei van duaal leren, die vragensteller Vandromme samenvattend overliep. Die ideeën kwamen overigens ook niet voor het eerst hier ter sprake. Hoe zou minister Weyts, ook in de context van de coronacrisis, zich opstellen in dit hele verhaal, en in samenspraak met zijn collega minister Crevits?

Koen Daniëls vertrok niet, althans niet expliciet, van de Vlor/SERV-brief aan minister Weyts, maar reflecteerde eerder over de eigen aard van duaal leren en enkele problemen die zich daarbij meer algemeen stelden. Hoe zou de minister duaal leren nog bekender maken bij leerlingen en ouders en hen wijzen op de gelijkwaardigheid van die alternatieve leerweg? En hoe zou er een evenwicht gezocht worden tussen het aantal werkplaatsen dat werd aangeboden en het aantal leerlingen dat een bepaalde richting volgde?

Corona had inderdaad een impact gehad, aldus minister Weyts, maar al bij al viel die nogal mee. Er was intussen inderdaad een gezamenlijke visie op trajectbegeleiding in duaal leren en de onderwijsverstrekkers vertrokken nu vanuit die gezamenlijke visie om de trajectbegeleiders van hun scholen en centra te professionaliseren. Voor de verdere communicatie, samen met minister Crevits, rekende minister Weyts op de resultaten van de VIONA-studie (Vlaams Interuniversitair Onderzoeksnetwerk Arbeidsmarktrapportering) ter zake dit najaar. Hoewel de overheid bij de afstemming van vraag en aanbod zeker niet de enige actor was, probeerde ze bij de programmatie toch diverse elementen en stakeholders te betrekken om te zorgen voor een optimale match. De scholen ondernamen ook zelf veel inspanningen om de samenwerking met bedrijven aan te gaan, mét ondersteuning van de sectorale partnerschappen.

Vragensteller Vandromme ging nog wat in op de trajectbegeleiding en de VIONA-studie. Quid met de uitbreiding van duaal leren naar het hoger onderwijs? Vragensteller Daniëls had een signaal gekregen over wat misliep bij de begeleiding vanuit de school, waarbij blijkbaar de begeleiding uitbesteed werd aan andere organisaties. Quid met de rol van sectororganisaties? Interveniënt Kristof Slagmulder herhaalde enkele kernideeën en pleitte vooral voor een extra, voldoende brede bekendmakingscampagne.

Voor het hoger onderwijs liepen enkele pilootprojecten, aldus minister Weyts, die zich niet uitsprak over de verdere, concrete invoering van duaal leren in het hoger onderwijs. Hij lichtte voorts toe dat  elk van de onderwijsverstrekkers een professionaliseringstraject voor trajectbegeleiders had, waarin ook naar enige gemeenschappelijkheid gestreefd was. Voor een effectieve organisatie bleef vooral ook lokale afstemming cruciaal (concrete scholen en bedrijven). Beide vragenstellers beaamden dat laatste. Vragensteller Daniëls had wel geen antwoord gekregen op zijn heel specifieke vraag over begeleiding, maar paste daar diplomatisch zelf een mouw aan.

Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio