Er bestaan honderden definities van kwaliteitszorg en kwaliteitsontwikkeling. In lijn met de onderwijsinspectie zien wij kwaliteitsontwikkeling als het geheel van de visie, het beleid en de kwaliteitszorg van de school. Deze plaatsen we in de onderstaande visualisering op één lijn, waarbij de ene component voortvloeit uit de andere, en vice versa.
De visie bevat de kernwaarden die richting geven aan beleid en praktijk in jouw school. Daardoor is de visie ook de lijm tussen de verschillende beleidsdomeinen van de school. Hier vind je meer informatie over visie en missie van een school.
Het beleid van de school bevat het beleidsvoerend vermogen van de school en het onderwijskundig beleid. Het onderwijskundig beleid omvat onder meer:
Kwaliteitszorg wordt soms vereenzelvigd met ‘veel papierwerk’. Dat hoeft helemaal niet zo te zijn.
Interne kwaliteitszorg uit zich in de eerste plaats in kritische zelfreflectie: wat doen we goed, wat kan beter? Het gaat om het bewust sterktes verbreden, werkpunten aanpakken, kansen benutten en gepast met bedreigingen omgaan. Bij die kritische zelfreflectie maakt een school niet enkel gebruik van haar ervaring en intuïtie, maar probeert ze ook ‘objectieve’ data en externe gezichtspunten binnen te brengen. De kritische zelfreflectie leidt tot een professionele dialoog tussen collega’s, waardoor het professionele handelen van iedere professional in de school versterkt kan worden: dit kan wanneer collega’s elkaar kritisch maar respectvol en ondersteunend kunnen en durven benaderen.
Interne kwaliteitszorg gaat ook om het zich regelmatig afvragen of het onderwijs in de school op de juiste doelen gericht is: de schoolvisie, de realisatie van leerplannen, de realisatie van het referentiekader onderwijskwaliteit, de visie als katholieke dialoogschool … Een voorwaarde daarvoor is natuurlijk dat die visie en schoolspecifieke keuzes gedragen zijn door het schoolteam, zodat ze doorleven in het beleid en de praktijk. Iedereen draagt zorg voor het geheel.
Interne kwaliteitszorg omvat ook het onderzoek naar de mate waarin we deze doelen weten te realiseren. De effectiviteit van de eigen aanpak wordt nagegaan en waar nodig bijgesteld.
Interne kwaliteitszorg is een systematisch en cyclisch gegeven. Dat wil zeggen dat de hierboven beschreven reflectie niet enkel toevallig of ad hoc gebeurt, maar dat het schoolteam er bewust, planmatig, gecoördineerd mee bezig is.
Kwaliteitszorg is geen doel op zich. Het is een middel dat leidt op die manier tot beter onderwijs voor elke leerling en tot een kwaliteitsvolle en ondersteunende schoolwerking zoals omschreven in het Referentiekader Onderwijskwaliteit. Het toont zich in het beleid en de praktijk van de school. Kwaliteitszorg is dan ook niet enkel iets voor de directeur of het beleidsteam: de interne kwaliteitszorg is de verantwoordelijkheid van het hele schoolteam.
Het Referentiekader Onderwijskwaliteit (ROK) bevat een rubriek ‘kwaliteitsontwikkeling’ met drie kwaliteitsverwachtingen. Deze vinden we uiteraard terug in onze bovenstaande definitie. Daarnaast zijn ook uit de rubriek ‘Beleid’ zeven kwaliteitsverwachtingen terug te vinden in onze definitie: het gaat om kwaliteitsverwachtingen BL1 tot en met BL 6 (over de visie/pedagogisch project en het beleidsvoerend vermogen van de school) en BL7 over onderwijskundig beleid.
Het Toezichtskader Onderwijskwaliteit (TOK) van de inspectie bevat zes K-ontwikkelingsschalen rond kwaliteitsontwikkeling. Ook in deze K-ontwikkelingsschalen zien we dat zowel de rubriek ‘kwaliteitsontwikkeling’ als een deel van de rubriek ‘beleid’ is opgenomen in de invulling door de onderwijsinspectie. De K-ontwikkelingschalen van de onderwijsinspectie (TOK):
Let op: De K1-K2-K3 van het ROK komen niet overeen met K1-K2-K3 … van het TOK!