Het behalen van lascertificaten is GEEN vereiste voor het leerplan Lassen- constructie. Toch kan een eigen certificering een didactische meerwaarde bieden.
Een lascertificaat is een officieel document dat aantoont dat een lasser voldoet aan specifieke kwaliteitsnormen voor laswerkzaamheden. Deze normen zijn vastgelegd op nationaal en internationaal niveau. Het certificaat bewijst dat de lasser de juiste vaardigheden en kennis heeft om veilig en verantwoord te lassen.
Een lascertificaat is beperkt geldig in de tijd en is verbonden aan de instantie die het certificaat uitreikt. Dit betekent dat in principe een nieuwe lasproef moet worden afgelegd bij een nieuwe werkplek. Om die reden is het niet nuttig om leerlingen te laten certificeren door een externe instantie en hier kosten voor te maken.
Toch kan het simuleren van een lasproef op school nuttig zijn. Je kunt hierbij een eigen gemaakt certificaat uitreiken.
Om in een bepaalde proef te slagen zal de leerling voldoende moeten oefenen, de handeling automatiseren... Dit kan een motivatie zijn voor de leerling om toch de nodige "kilometers" te lassen.
Vooraleer de leerling een las aan een onderdeel van de opdracht mag uitvoeren moet hij kunnen aantonen in voldoende mate de handeling te beheersen. Hiertoe wordt gevraagd dat de leerling een lasproef aflegt voorafgaand aan het lassen aan de uiteindelijke opdracht. De lasproef wordt onderworpen aan de nodige controles (destructief onderzoek en niet- destructief onderzoek). Bij het slagen voor de proef kan een eigen certificaat worden opgemaakt volgens beschikbare modellen. In de opdracht zijn verschillende types lassen uit te voeren, voor elk type moet een proef worden afgelegd en wordt een bijgaand certificaat uitgereikt.