De leerlingen vullen per twee sudoku-puzzels in. De leerlingen leggen aan hun medeleerling uit waarom ze een bepaald cijfer ingevuld hebben. Enkel als de andere leerling akkoord gaat met de redenering, mag het cijfer ingevuld worden en mogen ze op zoek gaan naar een volgend cijfer.
Sudoku's worden toegelicht. Leerlingen leggen uit wat sudoku's zijn en hoe ze opgelost worden. Elke rij, kolom en vierkant moet de cijfers 1 tot en met 4 bevatten.
Ze werken per twee. Ze gebruiken de beschikbare cijfers om logisch te redeneren over wat in de andere hokjes moet komen. Die redenering is even belangrijk als het vinden van het correcte cijfer. De leerlingen gokken best niet naar de ontbrekende cijfers. De leerlingen leggen uit hoe ze tot de oplossing zijn gekomen. Reflecteer over de methode die de leerlingen gebruikt hebben.
Zorg voor voldoende sudoku's. De leerlingen werken per twee. Ze verwoorden goed waarom ze welk cijfer invullen in het rooster. De bedoeling hiervan is niet alleen om de redeneervaardigheden van de leerlingen verder te ontwikkelen, maar ook om hen nog meer aan te moedigen om hun redenering duidelijk over te brengen. Deze logische benadering is het tegengestelde van trial and error, waarbij de cijfers gegokt worden.
Zorg voor nog andere spelletjes waarbij de spelers logische voorspellingen maken. Ze spelen het spel OXO. Ze voorspellen de volgende zet van hun tegenspeler. Ze leggen uit hoe ze die voorspellingen maken. Welke informatie gebruiken ze daarvoor? Zijn er nog spelletjes, inclusief computerspelletjes, die gebruik maken van logische redeneringen?
Logisch denken
De leerlingen gebruiken bestaande kennis en de informatie die ze hebben gekregen om de ontbrekende cijfers te vinden. Ze kijken naar de getallen en zoeken naar onderlinge verbanden op basis van hun bestaande kennis.