1. Juf Lien toont foto's van verschillende dieren. 

• Welk dier zie je?
• Hoe beweegt dit dier? Kun je het voordoen?
• Hoe zie je dat het bewegingen van dit dier zijn?
• Zijn er nog dieren die zo bewegen?
• Welke bewegingen passen nog meer bij dat dier? 

2. Na het beschouwen van de foto's en de leerlingen hun voorkennis te activeren, toont juf Lien enkele filmpjes van de dieren. De leerlingen gaan gericht kijken of ze nog andere bewegingen zien die bij dit dier horen. Na grondig te kijken proberen ze de bewegingen uit.

3. Met een filmpje van cooking class sporen we de leerlingen aan om nog gerichter te gaan kijken en verbanden te leggen met de eerder doorlopen fases.

Pauzeer na elk dier en stel hen vragen die hen aanzetten om meer muzische kansen te ontdekken:

• Welke bewegingen heb je gezien? 
• Was het een beweging die wij gevonden hadden? 
• Welke lichaamsdelen heb je nodig om de beweging uit te voeren? 
• Welke houding past volgens jou het beste bij het uitgebeelde dier? 
• Hoe zou je één van de uitgebeelde bewegingen anders kunnen uitvoeren? 
• Welk geluid past er bij het dier? 
• Zou het dier blij, bang, boos … zijn?  
• Hoe zou dat dan klinken? 
• Kun je dat ook laten zien zonder geluid? 
• … 

1. De leerlingen leven zich in een bepaald dier in en doen de specifieke bewegingen van dit dier na. Juf Lien filmt en bekijkt daarna de beelden met de leerlingen. Wie deed welk dier na? Zag je soms dat een bepaald dier boos/blij/bang was?
2. Iedereen denkt na over zijn lievelingsdier en hoe het beweegt (ze kunnen ook een filmpje opzoeken en de bewegingen bekijken). Kies drie verschillende bewegingen uit en doe ze na. 
3. De leerlingen tonen de bewegingen van hun lievelingsdier aan elkaar en proberen te raden welk dier de andere leerlingen uitbeelden. Juf Lien kiest enkele dieren uit en doet met heel de klas de bewegingen na. 

Juf Lien gaat met de leerlingen in gesprek:

• Waarom is het belangrijk om de bewegingen goed te beschouwen? 
• Hoe heb je je tijdens deze activiteit gevoeld? 
• Wat deed je als er iets niet lukte? 
• Waarover heb je gefantaseerd vandaag? 
• Kun je nu iets wat je eerder niet kon? 

MUge2 De muzische  bouwstenen  beleven, herkennen, onderzoeken en hanteren 

•  Drama > Rol (inleving, transformatie, rolvastheid, oogcontact, présence en focus) 
  • 5-8j Bewust beleven en herkennen van:
    • inleving in een gekend of verzonnen personage
    • houdingen en bewegingen van een personage
    • typische kenmerken van een personage via lichaamstaal (met attributen, kledij) en stemgebruik
    • rolvastheid 

• Drama > Handeling en taal (mimisch uitbeelden) 
  • 5-8j Bewust beleven en herkennen van:
    • handeling horend bij een personage, ruimte of situatie
    • het gevarieerd weergeven van een eenvoudige handeling of situatie
    • taalspel 

MUva3 De technische en expressieve vaardigheden die nodig zijn om zich muzisch uit te drukken in beeld, muziek, dans en drama verfijnen 

•  Drama > Non-verbaal drama 
  • 6-8j Oefenen op het uitbeelden van personages en situaties die de leraar vertelt experimenteren met het aanpassen van lichaamshouding, beweging en -mimiek aan de spelsituatie of verhaal in non-verbaal spel (mime, pantomime).

•  Drama > Dramaspel 
  • 2.5-8j Spontaan spelen met doen alsof (individueel of in groep) - handelingen nabootsen - herkenbare situaties en rollen spelen - fantasierollen spelen - een dramaspel spelen onder begeleiding - spelen met stem, mimiek, lichaam, attributen en verkleedmateriaal