Het eerste dat ik dacht, toen ik de melding over de agendering van actuele vragen over dit onderwerp las, was: alle nodige informatie stond toch in de publiek beschikbare documenten ter zake na de principiële beslissing van de Vlaamse regering op 17 december 2021, niet? (cf. nota aan de Vlaamse regering, voorontwerp van decreet, memorie van toelichting). Maar goed, Koen Daniëls wilde toch nog weten hoe de verplichte remediëring in dezen vormgegeven zou worden. “Hoe anders dan door de hogeronderwijsinstellingen zelf”, dacht ik vervolgens, wat later door de minister bevestigd werd. En Brecht Warnez vroeg in eerste instantie ook enigszins vaag hoe de studiebegeleiding c.q. heroriëntering in diezelfde context er zou uitzien. Bij zijn herkansing in de tweede ronde maakte hij diezelfde vraag wel een stuk concreter door erop te wijzen dat opdat de verplichte remediëring van werkpunten van een student kwaliteitsvol zou zijn, studiebegeleiders dat er niet zomaar konden bijnemen. Zonder het met zoveel woorden te zeggen: toch een vraag naar middelen dus. Een vraag die overigens meerdere interveniërende oppositieleden graag herhaalden. Interveniënt Kristof Slagmulder vroeg nog of het bijkomende aantal, verplichte ijkingstoetsen (starttoetsen) niet wat sneller kon toenemen. En interveniënt Gwendolyn Rutten had wat positief communicatief advies voor minister Weyts, maar wilde vooral ook hoorzittingen over de materie. Interveniënt Jos D’Haese moest per se een argument ad hominem hanteren, maar dat terzijde.
Uit alles wat gezegd werd, waarvan het grootste deel allang bekend was, onthield ik dat in de op stapel staande regeling, die blijkbaar tot stand gekomen was na overleg tussen onderwijsadministratie, Vlir, Vlhora en VVS, de verplichte remediëring en het verplichte studieadvies in kwestie naast plichten ook rechten betroffen in hoofde van de betrokken studenten. De kwestie van de zgn. “knip”, excuus, “mijlpaal”, met het oog op de toegang tot het derde jaar van de bacheloropleiding was dan weer iets dat heel sterk geleek op wat al in voege was in de KU Leuven. En wat financiering betrof, antwoordde minister Weyts niet rechtstreeks op de gestelde vragen, maar wees hij wel op de voor het eerst correcte indexering van de werkingsmiddelen in het hoger onderwijs.
Lees de bespreking van de “Actuele vraag over de maatregelen om de studieduur te beperken van Koen Daniëls en over het begeleiden of heroriënteren van studenten bij een knipperlicht van Brecht Warnez” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen