Aanvankelijk was ik terminologisch ietwat in de war doordat vragensteller Kathleen Krekels sprak over het protocol dat de Vlaamse regering goedgekeurd had op 10 februari 2023 ter oprichting van de zgn. leersteuncentra. Vermoedelijk bedoelde ze het protocol dat traditioneel het product is van de onderhandelingen tussen de Vlaamse regering en de sociale partners in de onderhandelingscomités, maar uiteraard is de regelgevende tekst het voorontwerp van besluit van de Vlaamse regering in kwestie, dat toen naar de Raad van State gestuurd zou worden voor advies (nwvr: maar waarvan ik later in de vergadering begreep dat dat nog niet gebeurd was, net vanwege het voorlopig ontbreken van een decretale basis). Vragensteller Krekels wilde vooral weten van de minister of de verschillende onderwijsverstrekkers het netoverschrijdende karakter van een leersteuncentrum zouden promoten, hoe het zat met de personeelstransitie van de bestaande ondersteuningsnetwerken naar de nieuwe leersteuncentra en wanneer het advies van de Raad van State over de decretale basis van het bovenvermelde voorontwerp van besluit klaar zou zijn.
Na enige toelichting van die personeelsthematiek (met een beter statuut voor de ondersteuners dan in het huidige systeem en (tijdelijk) aantrekkelijke voorwaarden (inzake vaste benoeming en anciënniteit) voor wie overstapte) sprak ook de minister toch van een “voorlopig protocol”. Was er dan toch nog een andersoortige tekst dan het voorontwerp van besluit van de Vlaamse regering, die op 10 februari 2023 goedgekeurd zou zijn en waarvan ik geen weet heb? Indien ja, mea culpa, beste lezer. In ieder geval was voorzien in een eenvoudige procedure om de overstap van ondersteuners te faciliteren en kregen scholen tot 10 maart de tijd om een keuze te maken voor een leersteuncentrum via een digitaal formulier. In die communicatie van de overheid stond expliciet dat die keuze volledig vrij was (lees: niet-netgebonden). Nadien zou dan de omkadering berekend kunnen worden (nwvr: kort na de paasvakantie), waarna de multidisciplinaire teams van de leersteuncentra samengesteld zouden kunnen worden.
Vervolgens kwamen er nog heel wat bijkomende detailvragen: o.a. of scholen jaarlijks konden veranderen van leersteuncentrum, of er al scholen geweigerd waren door het leersteuncentrum van hun keuze (wegens te verafgelegen of van een ander net), of deze kwestie rechtszeker verliep (lees: er was nog geen decretale basis en toch moesten scholen al kiezen), of er al netoverschrijdende leersteuncentra waren, of er voor de ondersteuners geen testjaar ingelast kon worden, of samenwerking met een leersteuncentrum over provinciegrenzen heen mogelijk was, of de minister niet dwingender moest optreden met het oog op regionale (geen netgebonden) leersteuncentra (lees: een halszaak, zeker voor Groen, maar toch ook voor N-VA, hoewel dat bij de minister zelf wel heette “een keuze op basis van de kwaliteit van de dienstverlening”) en hoe de minister er ging voor zorgen dat de kennis en ondersteuning doorgegeven werd aan de leraren van de school.
De minister argumenteerde dat de tijdsdruk hem tot spoed met zijn uitvoeringsbesluit aangezet had, maar kon ook melden dat hij het advies van de Raad van State bij het voorontwerp van decreet Leersteun net binnengekregen had. Op het eerste gezicht leek dat advies niet problematisch. Dus wellicht iets voor de agenda van de Vlaamse regering van 10 maart 2023. De keuze voor een leersteuncentrum kon altijd veranderen (cf. supra: kwaliteit van de dienstverlening) en provinciegrenzen vormden geen beperking in die keuze.
Vragensteller Krekels besloot met een wijze tip aan haar partijgenote-commissievoorzitter Karolien Grosemans om “niet al te veel” vragen om uitleg te agenderen op het moment dat het vermelde ontwerpdecreet Leersteun behandeld zou worden. Ik zou durven voorstellen “geen enkele vraag om uitleg”, maar een hofnar heeft in deze uiteraard geen bevoegdheid. Voorzitter Grosemans’ reactie (op Krekels, niet op mij welteverstaan) was alleszins veelbelovend.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over de oprichting van leersteuncentra van Kathleen Krekels” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen