2 juni 2022 – Pedagogisch diploma behalen en lesgeven

Na het mentale welzijn van studenten weer terug naar de hr-problematiek in het onderwijs. Het deed inderdaad ook weer helemaal denken aan de LIO-baan twee vragen eerder in de vergadering. Heel specifiek vermeldde vragensteller Koen Daniëls het initiatief ‘Pas voor de klas’ van het Centrum Nascholing Onderwijs, een meerdaags professionaliseringstraject voor beginnende leraren die geen pedagogisch diploma hadden. Zag minister Weyts brood in zulke initiatieven? In vergelijking met zijn schriftelijk ingediende vraag om uitleg voegde Daniëls mondeling nog iets toe uit zijn persoonlijke loopbaan als leraar: namelijk, zijn leernoden i.v.m. toetsen, waarmee hij destijds blijkbaar geen gehoor vond bij een pedagogisch begeleider. Zou daar misschien de oorsprong liggen van Daniëls’ “bijzondere” houding t.a.v. de pedagogische begeleiding, die duidelijk ingang gevonden had in het onderwijsdiscours van zijn partij?

Kon het anders dan dat de minister ook hier weer heel wat moest herhalen, zelfs van deze vergadering en van eerdere vergaderingen? Tot en met zelfs zijn Brabants gekleurde metafoor van in het “pateeke laten bijten”. Het initiatief van het Centrum Nascholing Onderwijs vond hij zeer lovenswaardig. Voorts herhaalde hij de anciënniteitskwestie van zijinstromers en het hangende plan van een onderwijsvariant op het Vlaams opleidingsverlof. De korte ingroeitrajecten konden nooit een degelijke lerarenopleiding vervangen. Dat zag de minister heel juist, dacht ik, maar hij wilde een mogelijke uitbreiding van die ingroeitrajecten wel laten onderzoeken. Hij eindigde zijn eerste ronde met te herinneren aan onderwijscao XII. Heel logisch.

Vragensteller Daniëls trok nog de parallel met het “traject 600” in de zorgsector, dat inspiratie kon bieden voor het onderwijs, maar moest het blijkbaar ook nog even (als inhoud voor een lerarenopleiding) hebben over “wie wat bepaalt in onderwijs” (lees: wat moet en niet moet van wie?). Ook een grijs gedraaide plaat, me dunkt. Interveniënt Loes Vandromme herhaalde haar bekommernis rond de versterking van de link tussen de aanvangsbegeleiding en de lerarenopleidingen van universiteiten en hogescholen.

Het budget voor de aanvangsbegeleiding was verdubbeld, oké, maar de minister wilde ook ingrijpen in de lerarenopleidingen (wat we al wisten), maar nu blijkbaar met als concreet voorbeeld: “stage vroeger in de opleiding”. Toen moest ik toch even de wenkbrauwen fronsen: nu al vinden stages plaats in het eerste jaar van een educatieve bacheloropleiding; in een zeker opzicht is zoiets zelfs problematisch en dan nóg vervroegen? Ik schreef het al eerder: ik ben erg benieuwd…

Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio