Gelijklopend met de federale regelgeving werd het recht op ouderschapsverlof bij langdurige pleegzorg vanaf 1 juli 2025 ingeschreven.
De regelgeving en procedures rond ‘loopbaanonderbreking voor ouderschapsverlof’ zijn hier van toepassing. Hieronder geven we de principes weer, die specifiek zijn aan langdurige pleegzorg.
Deze regelgeving heeft een terugwerkende kracht vanaf 1 juli 2025. Personeelsleden die een ander verlofstelsel genomen hebben in afwachting van het in voege treden van deze nieuwe regelgeving, hebben het recht om dat verlofstelsel alsnog om te zetten. De overheid zal deze omzetting regulariseren.
In het kader van langdurige pleegzorg hebben personeelsleden het recht om hun beroepsloopbaan gedeeltelijk of volledig te onderbreken om ouderschapsverlof op te nemen.
We spreken over langdurige pleegzorg wanneer van bij de aanvang duidelijk is dat het pleegkind minstens zes maanden in hetzelfde pleeggezin bij dezelfde pleegouders zal verblijven.
Deze regelgeving geldt voor de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding.
De contractuele personeelsleden die buiten de onderwijsreglementering vallen, hebben ook recht op dit verlofstelsel. Die volgen echter de reglementering in de privésector conform de programmawet van 18 juli 2025.
volume onderbreking
periodes van
maximum duur
opmerking
volledig
één maand of veelvoud
4 maanden
halftijds
twee maanden of veelvoud
8 maanden
1/5
vijf maanden of veelvoud
20 maanden
1/10
tien maanden of veelvoud
40 maanden
na akkoord IM, indien weigering: schriftelijke motivering
De loopbaanonderbreking kan opgenomen worden vanaf de inschrijving van het pleegkind in het bevolkings- of vreemdelingenregister van de gemeente (verblijfplaats van het gezin) en aangeeft dat het pleegkind deel uitmaakt van het gezin.
Het ouderschapsverlof voor langdurige pleegzorg kan uiterlijk opgenomen worden tot op de vooravond waarop het pleegkind twaalf jaar wordt.
De stopzetting wordt gemeld aan de RVA.