Ter ondersteuning van het schoolteam vind je suggesties en mogelijke overwegingen in functie van de concretisering van de lessentabel en opdrachtenverdeling.
Kwaliteitsvol handelen Bij de uitwerking van de leerplandoelen: gelijkwaardige focus zowel voor de doelgroep van 0 tot 3 jaar als voor de doelgroep schoolgaande kinderen van 3 tot 12 jaar. Pedagogisch handelen De maatschappelijke context van het werkveld
Het leerplan geeft aan dat de leerplandoelen dienen te worden gerealiseerd in de context van kinderopvang baby’s en peuters en in de context kinderopvang schoolgaande kinderen.
Het leerplan geldt zowel voor de studierichting Kinderbegeleider als voor de studierichting Kinderbegeleider duaal.
De modellessentabel gaat uit van 28 lesuren per week waarvan 22 lesuren per week voorzien zijn voor het specifieke leerplan Kinderbegeleider.
Indien de school een 7de leerjaar via duaal leren aanbiedt, wordt er gewerkt met een Overeenkomst Alternerende Opleiding (OAO). Dat betekent dat de wekelijkse invulling moet overeenstemmen met de normale voltijdse wekelijkse arbeidsduur die van toepassing is in de onderneming overeenkomstig de CAO. In de meeste gevallen gaat het om 38 uren, maar dat kan afwijken afhankelijk van sector of bedrijf. Bij een OAO bedraagt de werkplekcomponent minstens 20 uren/week gemiddeld op jaarbasis.
Administratieve vakbenamingen: TV/PV Opvoedkunde; TV Toegepaste psychologie; PV Praktijk Toegepaste psychologie; AV Psychologie; AV Pedagogiek; AV Gedragswetenschappen; TV/PV Verzorging; TV/PV Verpleegkunde.
Voor de studierichting Kinderbegeleider gelden volgende specifieke toelatingsvoorwaarden:
Het leerplan geeft aan dat de leerplandoelen dienen te worden gerealiseerd in de context van kinderopvang baby’s en peuters en in de context kinderopvang schoolgaande kinderen. In de opleiding Kinderbegeleider is stage de meest aanbevolen vorm van werkplekleren, waarbij het sterk is aanbevolen dat beide contexten aan bod komen.
Vanuit overleg met de sector en met het agentschap Opgroeien komt het advies om in deze studierichting 12 weken stages in te richten (op lessentabel van 28 u). Een voorstel is om de stageperiode in te delen in 3 gelijkwaardige luiken, waarbij 1/3 voor schoolgaande kinderen, 1/3 voor baby’s en peuters en 1/3 vrij in te vullen door de school (baby’s en peuters of schoolgaande kinderen) in functie van regionaal aanbod, interesse van of leerkansen voor de leerling.
1 week stage = 1u/week op lessentabel. “Op de werkvloer moet de uurregeling van werknemers en van leerling-stagiairs zoveel als mogelijk gelijklopend zijn. Indien leerlingenstages zouden rekening houden met de begin- en einduren van de lessen op de school, dan wordt niet alleen de werkorganisatie en het mentorschap in het bedrijf of de onderneming ernstig gehypothekeerd maar neemt ongetwijfeld ook de bereidwilligheid van stagegevers af.” (SO 74, 5.2)
Stage-activiteitenlijsten en adviezen m.b.t. mogelijke settings: zie 'Adviezen stage'.
De werkplekcomponent in de opleiding Kinderbegeleider duaal omvat gemiddeld op jaarbasis minstens 20 opleidingsuren per week op de reële werkplek.
Gezien de verschillende contexten binnen de opleiding Kinderbegeleider duaal dient de leerling zijn opleidingstraject te vervullen volgende 2 context(en): binnen een context baby en peuters en binnen een context schoolgaande kinderen.
De leerlingen dienen te starten met een werkplek baby en peuters/voorschoolse opvang. Ten vroegste vanaf de herfstvakantie mag er worden gestart met een werkplek schoolgaande kinderen/buitenschoolse opvang. Bovendien gelden volgende afspraken:
Conform het ministerieel besluit tot goedkeuring van een afwijking op de schoolvakantieregeling voor de opleiding kinderbegeleider duaal geldt dus het volgende: de leerling wordt tijdens een schoolvakantie minstens vijf dagen aaneensluitend opgeleid in een instelling voor buitenschoolse opvang voor de leerdoelen inzake vakantiewerking buitenschoolse opvang;
Bemerking: vanuit overleg met de sector loopt de procedure om strikte volgtijdelijkheid los te laten. Het is onzeker dat de procedure vóór september 2025 is doorlopen. Waarschijnlijk kan die volgtijdelijkheid pas vanaf september 2026 worden losgelaten. Vanuit pedagogische overwegingen blijft het aangewezen om de leerling te laten starten in de opvang van baby’s en peuters (betere omkadering, meer kansen om alle competenties in te oefenen vanuit een kwaliteitsvolle visie op kinderopvang …).
Onderstaande overwegingen worden geformuleerd vanuit het perspectief van beleidskeuzes. De pedagogisch begeleiders duiden tijdens implementatiesessies de relatie tussen keuzes m.b.t. organisatie en leerplanrealisatie.