In een nieuwsbericht van 13 juni 2024 berichtten we over het attest medische geschiktheid voor stagiairs in de kinderopvang.
Er rijzen regelmatig vragen en onduidelijkheden, mede omdat Vlaamse en federale regelgeving (voorlopig) onvoldoende op elkaar zijn afgestemd.
Het beschikken over een attest medische geschiktheid is een voorwaarde om stage te lopen in de kinderopvang. Dit is het geval voor stagiairs van de studierichtingen:
Voor de attesten medische geschiktheid heb je als school de mogelijkheid om te werken met:
Specifieke aandoeningen die een risico kunnen vormen voor de veiligheid en gezondheid van kinderen zijn een aandoening van het zenuwstelsel of epilepsie, een hartziekte, een bloeddrukprobleem, diabetes, een besmettelijke ziekte, een alcohol- of drugsprobleem of een psychische aandoening. Wanneer de leerling een dergelijke aandoening heeft of antidepressiva of andere psychofarmaca neemt, wordt dit vermeld en is de leerling verplicht om naar een arts te gaan die een bijkomend attest opmaakt.
Een verklaring op eer volstaat echter niet indien de werkpostfiche, gebaseerd op de risicoanalyse, van de stagegever aangeeft dat een gezondheidsbeoordeling vereist is. Als op de werkpostfiche is aangegeven dat een gezondheidsbeoordeling vereist is, dan moet een arbeidsgeneeskundig onderzoek worden uitgevoerd door arbeidsarts van de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW) van de school.
Leerlingen die in de derde graad Verzorging (niet-gemoderniseerd) of Basiszorg en ondersteuning (gemoderniseerd) een arbeidsgeneeskundig onderzoek hebben ondergaan, hoeven geen nieuw arbeidsgeneeskundig onderzoek te krijgen als in de eerdere risicoanalyse de context van de kinderopvang werd meegenomen. In voorkomend geval is het attest van medische geschiktheid nog geldig voor het 7de leerjaar Kinderzorg (niet-gemoderniseerd) of Kinderbegeleider (gemoderniseerd).