Inspirerend voorbeeld bij het leerplandoel “De leerlingen ontwerpen een oplossing voor een probleem of een uitdaging door wetenschappen, wiskunde of technologie geïntegreerd aan te wenden.” in de studierichting Grootkeuken en catering (LPD 23)

Het leerplandoel “Een oplossing ontwerpen voor een probleem of uitdaging door wetenschappen, technologie of wiskunde geïntegreerd aan te wenden” komt zowel in de 1ste, 2de als 3de graad aan bod. In dit inspirerend voorbeeld vind je een situatieschets waarin we het doel hebben uitgewerkt.

Het voorbeeld bouwt verder op de algemene tekst over dit leerplandoel. Deze verheldert de volgende elementen:

  • de beginsituatie over de studierichtingen heen;
  • de eigenheid van het ontwerpproces;
  • de keuze van een probleem of uitdaging;
  • het geïntegreerd aanwenden van wiskunde, wetenschappen of technologie;
  • algemene suggesties voor een didactische aanpak.

Het is zinvol om met je collega’s in overleg te gaan over de wijze waarop leerinhouden van wiskunde, techniek en natuurwetenschappen aan bod zijn gekomen en hoe samenwerking tussen de vakken kan verlopen.

Opdracht en probleemstelling

sla link op in klembord

Kopieer

Situatieschets

sla link op in klembord

Kopieer

Bij de start van het nieuwe schooljaar krijg je informatie over de specifieke wensen/diëten van leerlingen die komen eten in het schoolrestaurant. Als grootkeukenhulpkok ben je verantwoordelijk voor het bereiden van het hoofdgerecht en moet je dus het gerecht aanpassen aan deze specifieke wensen. Het gerecht wordt bereid voor ongeveer 250 leerlingen. De maximale grondstoffenkost van 3 euro gemiddeld mag niet overschreden worden. Je wordt gevraagd om een voorstel uit te werken.

Mogelijke perspectieven bij verkenning van het probleem of uitdaging

sla link op in klembord

Kopieer

  • De leerlingen vertrekken vanuit een bepaald gerecht, technische fiche met aanduiding van grondstoffenkostprijs. Je kan het gerecht vooraf eens bereiden zodat de leerlingen hiermee vertrouwd zijn.

  • De leerlingen zijn vertrouwd met de aanwezige uitrusting en denken na over de impact van een wijziging in de bereidingswijze op de arbeidsflow. De leerlingen denken na over arbeidsefficiëntie en maken een inschatting van de nodige arbeidstijd, nodige bereidingsstappen en handelingen bij het serveren zodat dit effectief haalbaar is.

  • De leerlingen kunnen gebruik maken van duurdere grondstoffen ifv specifieke wensen maar moeten erover waken dat de gemiddelde grondstoffenkost niet overschreden wordt. Dit verplicht de leerlingen om na te denken over hoeveelheden (portiegrootte) en kostprijs. Je kan de leerlingen ondersteunen door voorbeelden van aangepaste recepten aan te reiken.

Informatie en opzoekingsbronnen

sla link op in klembord

Kopieer

  • Technische fiche van het gerecht met aanduiding van grondstoffenkostprijzen

  • Voorbeeldfiches van aangepaste gerechten (aanduiding van grondstoffenkostprijs van dieetgrondstoffen)

  • Overzicht van de verschillende specifieke wensen van leerlingen die komen eten naar het schoolrestaurant, dieetfiche met aanduiding waarop moet gelet worden per dieet / specifieke wens

  • Lijst met grondstoffen: kostprijzen excl. Btw

Leerplandoelen

sla link op in klembord

Kopieer

Centrale leerplandoelen

sla link op in klembord

Kopieer

De volgende leerplandoelen komen nadrukkelijk aan bod. Ze staan centraal bij de didactische evaluatie van de opdracht.

  • II-GrCa-a LPD 23 De leerlingen ontwerpen een oplossing voor een probleem of een uitdaging door wetenschappen, wiskunde of technologie geïntegreerd aan te wenden binnen de context van grootkeuken en catering.

  • I-II-III-GFL LPD 10 De leerlingen genereren creatieve ideeën om een probleem op te lossen en bespreken de uitvoerbaarheid ervan aan de hand van criteria.

Flankerende of optionele leerplandoelen

sla link op in klembord

Kopieer

De volgende leerplandoelen beschrijven kennis en vaardigheden die relevant kunnen zijn om de ontwerpopdracht uit te voeren. Een gerichte selectie uit deze doelen kan geheel of gedeeltelijk, vooraf of gelijktijdig aan bod komen bij de realisatie van de opdracht in de klaspraktijk.

Het is belangrijk dat de probleemstelling aansluiting kan vinden bij de beginsituatie van de leerlingen. Om de nadruk op het ontwerpen te leggen vertrek je van een zekere voorkennis en vaardigheden.

Als leraar zal je dus moeten inschatten wat de beginsituatie van de leerlingen is en bepaalde leerplandoelen nog eens moeten toelichten zodat je tot een kwaliteitsvol ontwerp komt.

In functie van integratie van technologie en het specifieke van de studierichting: leerplandoelen III-GrCa-a

  • III-GrCa-a LPD 4 De leerlingen ontleden menu’s en gerechten.

  • III-GrCa-a LPD 5+ De leerlingen ontwikkelen een nieuw of aangepast product of dienst op basis van verworven vaardigheden en kennis.

  • III-GrCa-a LPD 6 De leerlingen plannen, organiseren en bereiden eigen activiteiten voor.

  • III-GrCa-a LPD 7 De leerlingen selecteren grondstoffen en convenienceproducten.

  • III-GrCa-a LPD 8 De leerlingen selecteren en hanteren het belangrijkste grootkeukenmateriaal.

  • III-GrCa-a LPD 10 De leerlingen passen grootkeukentechnieken toe en motiveren de keuze ervan op het vlak van methode, toepassing en voedingswaarde.

  • III-GrCa-a LPD 12 De leerlingen maken gerechten klaar in functie van de doelgroep en beoordelen de kwaliteit van de bereiding en het eindproduct in verschillende kooksystemen.

  • III-GrCa-a LPD 17 De leerlingen berekenen de kostprijs van een gerecht of menu en verklaren hoe de verkoopprijs tot stand komt.

In functie van het geïntegreerd aanwenden van wetenschappen en wiskunde:

  • II-MaVo-a LPD 14 De leerlingen brengen informatie uit product- of materiaallabels in verband met bewust gebruik op vlak van gezondheid en leefmilieu.
    De leerlingen interpreteren de informatie op de labels en gebruiken deze bij het aanpassen van een gerecht in functie van de wensen van de consument.

  • III-Wis-a LPD 2 De leerlingen voeren met functioneel gebruik van ICT eenvoudige berekeningen uit met gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen in betekenisvolle contexten.
    De leerlingen berekenen de grondstoffenkost door eenheidsprijs te vermenigvuldigen met hoeveelheid, samen te tellen, te delen door aantal cts …

  • III-Wis-a LPD 3 De leerlingen ronden zinvol af en schatten resultaten van bewerkingen in betekenisvolle contexten.
    De leerlingen ronden bij bovenstaande berekeningen de getallen zinvol af.

In functie van het realiseren van het Gemeenschappelijk funderend leerplan:

  • I-II-III-GFL LPD 21 De leerlingen zoeken doelgericht informatie in diverse bronnen.
    De leerlingen gebruiken de aangeleverde informatie kritisch, zoeken bijkomende informatie.

Begeleiding van het ontwerpproces

sla link op in klembord

Kopieer

De nadruk ligt op het proces van het ontwerpen van een oplossing. Volgende onderliggende elementen zijn hierbij belangrijk:

  • verkennen, verhelderen en analyseren van probleem;

  • inventarisatie mogelijke (deel)oplossingen;

  • mogelijke ontwerpen van oplossingen en argumentatie adhv modellen, stappenplan, schema’s, schetsen, tekeningen, bronnen …;

  • realisatie (optioneel).

Afhankelijk van de beschikbare tijd kan je het probleem opsplitsen in deelproblemen. Dat biedt kansen om deeloplossingen onderling af te stemmen wat het samenwerkend leren bevordert.

Je kan op het einde van elke fase de leerlingen hun bevindingen laten toelichten zodat ze mekaar inspireren. Door medeleerlingen kritische vragen te laten formuleren, mekaar feedback te geven, keuzes te laten argumenteren benadruk je het belang van het onderzoekend leren.

De situatie verkennen …

sla link op in klembord

Kopieer

In een eerste fase introduceer je de uitdaging en stel je de opdracht voor als een realistische uitdaging. Vermeld ik ook de verwachte output (zie Welk doel heb je voor ogen?).

De kans is groot dat leerlingen snel en oplossingsgericht aan de slag gaan. Ontleed met de leerlingen de situatieschets en benadruk dat de klemtoon ligt op het uitwerken van een voorstel.

Je stimuleert de leerlingen om de uitdaging te verkennen. Door reflectievragen verplicht je de leerlingen het probleem of de uitdaging van verschillende perspectieven (zie hierboven) te bekijken en eventueel bijkomende vragen te noteren. Je kan door bijkomende info te geven (bv. bereidingstijd per gerecht) leerlingen sturen zodat ze meer gericht te werk gaan.

Je kan leerlingen individueel of in groepjes aan het werk zetten.

Enkele voorbeelden van reflectievragen:

  • Wat zijn de meest voorkomende wensen of diëten? Over hoeveel leerlingen gaat het?

  • Wat is de impact op de samenstelling en bereidingswijze van het gerecht?

  • Hoe gaan grootkeukenkoks hiermee om in de praktijk? Hoe kunnen we de productie zo organiseren dat we flexibel kunnen inspelen op deze wensen?

  • Welke invloed heeft het gebruik van specifieke grondstoffen op de gemiddelde grondstoffenkostprijs?

  • Wat zijn de kenmerken van Maine Anjou runderras? Welke delen van het rund kunnen gebruikt worden voor deze bereiding?

Welk doel heb je voor ogen?

sla link op in klembord

Kopieer

Natuurlijk wil je dat het probleem opgelost is of de uitdaging een antwoord heeft gekregen. In de situatieschets wordt verwacht dat de leerling een voorstel uitwerkt. Je kan denken aan volgende mogelijke outputvormen:

  • een schriftelijke uitwerking van een plan van aanpak;

  • een presentatie van een plan van aanpak, het toelichten van de werkwijze met argumentatie van de keuzes en met mogelijkheid tot vragen stellen door andere leerlingen;

  • het effectief realiseren van het menu voor de leerlingen (als een tussenstap in het ontwerpproces maar niet als einddoel).

Evaluatie

sla link op in klembord

Kopieer

De nadruk bij de evaluatie ligt op het LPD 23 “De leerlingen ontwerpen een oplossing …”. Volgende criteria kan je hanteren:

  • rekening houden met alle aspecten van de situatieschets;

  • open staan voor input van medeleerlingen;

  • uitvoerbaarheid van het ontwerp;

  • argumentatie van de verschillende ontwerpstappen;

Daarnaast kan je een aantal criteria bij de flankerende leerplandoelen opnemen (zonder deze de bovenhand te laten innemen):

  • aanpassing van het gerecht: Wordt er voldoende rekening gehouden met de specifieke wensen/diëten? Kan het gerecht bereid en geserveerd worden met de beschikbare uitrusting? Hoe overtuigend is de argumentatie?

  • kostprijs: Beantwoordt de totale bereiding aan de gemiddelde kostprijs?

  • worden alternatieve voedingsmiddelen gepast ingezet?

  • zijn de berekeningen en afrondingen correct uitgevoerd?

  • correcte interpretatie van data?

Je kan de evaluatie nog krachtiger maken door de leerlingen te betrekken bij het bepalen van de criteria en in de loop van het proces deze criteria te laten omschrijven en verfijnen.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio
Kan ik je helpen?