Geschiedenisonderwijs bekijken we maar al te vaak vanuit een eng Vlaams perspectief. Toch kan het ook interessant zijn om het vanuit een bredere context te bekijken. Hoe is het gesteld met geschiedenisonderwijs in andere (Europese) landen? Ervaren we dezelfde moeilijkheden? Zijn er parallellen te trekken? Delen we dezelfde noden?
De ‘Observatory on History teaching in Europe’ (OHTE), onder leiding van de Raad van Europa, werd opgericht in 2020 op initiatief van Frankrijk. De groep bestaat uit 16 lidstaten van de Europese Unie en 4 landen buiten de Europese Unie. Het doel van de OHTE is tweeledig: ze pleiten voor een kwaliteitsvolle geschiedenisopleiding, en voor de bewustmaking van de Europese democratie. Via die doelen proberen ze samen te werken en te lobbyen voor kwaliteitsvol geschiedenisonderwijs.
In november 2023 publiceerde de OHTE een eerste rapport en ondanks het feit dat België er geen deel van uitmaakt, stellen we toch parallellen vast met geschiedenisonderwijs bij ons. We zetten enkele bevindingen uit dat rapport op een rijtje.
Een eerste onderdeel betreft de plaats van het geschiedenisonderwijs in de onderwijssystemen. In het publiek basisonderwijs is het in op één na alle lidstaten aanwezig. Het beeld is echter meer gedifferentieerd op secundair niveau, waar geschiedenis verplicht of optioneel kan zijn, zowel als zelfstandig vak of als onderdeel van een multidisciplinaire cursus.
Er is ook een algemene verschuiving naar competentiegericht onderwijs vast te stellen. En ook een toenemend gebruik van digitale tools en technieken. Maar de lerarenkwalificaties hebben minder vaak veranderingen ondergaan en dat laatste leidt tot een spanningsveld. Ook bij ons is dat het geval: de digitale evolutie dreigt ons in te halen en we hebben al eens moeite om voldoende tijd te voorzien voor het redeneren met en over bronnen.
Het onderdeel over geschiedeniscurricula toont aan dat burgerparticipatie opgenomen is bij de leden van de OHTE. Ook dat is bij ons het geval met drie burgerschapsdoelen per leerplan. Multiperspectiviteit en inclusie zijn aanwezig, zo stelt de OHTE en dat ligt ook in de lijn met onze ‘nieuwe’ leerplannen waar de interculturele contacten en de niet-westerse samenlevingen expliciet opgenomen zijn. Toch komen er ook gedeelde bezorgdheden bovendrijven: het vak krijgt slechts enkele lesuren toebedeeld in het totale curriculum en inhoudelijk dient er ook veel gezien te worden. De tijdsdruk wordt ervaren door alle landen van het OTHE. Herkenbaar?
Wat betreft de leermiddelen, daar zijn leerboeken veruit het meest gebruikt, gevolgd door een eigen cursus van de leraren, websites en databases. Toch uiten leraren zich in veel gevallen erg kritisch ten aanzien leer(werk)boeken, zeker wanneer het gaat over de bevordering van multiperspectiviteit en kritisch denken. Ook dat klinkt erg herkenbaar in ons Vlaams geschiedenisonderwijs.
Wanneer het leerrendement bekeken wordt, dan zijn leraren het meest waarderend tegenover het historisch denken en hechten ze de minste waarde aan reproductie van feiten. Dat klopt ook volledig met de visie van onze leerplannen.
Wil je een grondiger inzicht in het huidige landschap van geschiedenisonderwijs in Europa, lees dan het volledige rapport in de volgende link .