15 oktober 2020 – Regionale technologische centra en STEM-actieplan

En nog over STEM, maar dan nog een andere actor ter zake, de (provinciale) regionale technologische centra (RTC’s) (cf. ook de STEM-vragen om uitleg op 17 september 2020). Jo Brouns schetste hun werking en vroeg naar de visie van minister Weyts op de toekomst van de RTC’s? Zag hij een rol voor hen bij de uitvoering van het nieuwe STEM-actieplan 2020-2030?

De minister verwees naar een positieve evaluatie van de RTC’s, maar de nieuwe beheersovereenkomsten werden wel beperkt tot twee jaar om een snellere actualisering mogelijk te maken. Ook gold er een aanpassing wegens de coronacrisis. Hij had de RTC’s gevraagd om werk te maken van visievorming, op basis van een hele reeks vragen, over de eigen werking op langere termijn (meer onderlinge samenwerking, samenwerking met en afstemming op andere initiatieven en beleidsinstrumenten op het brede snijvlak onderwijs-arbeidsmarkt moesten de doelen worden). Bij die denkoefening waren zowel de RTC’s zelf als de verschillende actoren op dat snijvlak betrokken, zoals de pedagogische begeleidingsdiensten, de beleidsdomeinen Werk en Innovatie en vertegenwoordigers van de Vlaamse werkgevers en betrokken sectoren. Voor de antwoorden was het nu dus nog te vroeg, maar er was alvast wel de conceptnota STEM-kompas van juli 2020 met het oog op het ook toekomstige STEM-actieplan. Onnodige versnippering van de middelen tegengaan was daarbij alleszins het devies.

Vragensteller Brouns had gehoord van de oprichting van een Vlaams STEM-centrum. Hoe zou zich dat verhouden tot de huidige RTC’s, waarvan hij de nabijheid beklemtoonde? Hoe zag de minister de verhouding tussen Onderwijs en Werk in de toekomst? Interveniënt Loes Vandromme suggereerde het inspirerende voorbeeld van het project Mastermind 2.0 in Roeselare en vroeg of er voor de RTC’s ook een opdracht kon liggen in het zgn. duale lesgeven.

RTC’s konden volgens de minister inderdaad een rol spelen bij dat laatste. Het Vlaamse STEM-centrum was een element in de denkoefening van de RTC’s. Tegen medio volgend jaar moesten de lijnen daarvan duidelijk zijn, zodat nadien het legistieke proces voor eventueel nodige decretale wijzigingen aangevat zou kunnen worden. Vragensteller Brouns herhaalde nogmaals de cruciale bottom-upwerking van de RTC’s en benadrukte dat ook de kleine sectoren betrokken moesten zijn in dit hele verhaal.

Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio