Jezelf evalueren als schoolteam: waarom, wat en hoe?
Als onderwijsinstelling ben je verantwoordelijk voor het ontwikkelen en het garanderen van je onderwijskwaliteit. Dit betekent dat je zicht moeten hebben op het huidige functioneren als vertrekpunt voor een plan of visie voor de toekomst. Een zelfevaluatie helpt je als school of onderwijsinstelling om zicht te krijgen op het functioneren en helpt teamleden om de sterktes en zwaktes van je school/onderwijsinstelling in kaart te brengen.
Zelfevaluatie heeft dus alles te maken met zelfkennis die het mogelijk maakt om beleidsbeslissingen te funderen, waardoor je school verder kan ontwikkelen.
Er bestaan heel wat definities. We beperken ons tot de definitie van Peter van Petegem die zelfevaluatie ziet als: “Een proces, in hoofdzaak geïnitieerd door de school zelf, waarbij welgekozen participanten op een systematische wijze het functioneren van de school beschrijven en beoordelen met het oog op het nemen van beslissingen c.q. initiatieven in het kader van (aspecten van) de algehele school(beleids)-ontwikkeling”.
Hieronder geven we je een overzicht van verschillende zelfevaluatieintrumenten. Een zelfevaluatie-instrument is echter maar een fractie van wat zelfevaluatie voor een school moet betekenen. Zelfevaluatie moet meer een houding worden. Ook Aristoteles (Grieks filosoof, 384 v. C. – 322 v.C.) verwees er in zijn tijd al naar: “Kwaliteit is geen daad, het is een gewoonte.” Een school moet op ieder moment een kritische en zelfevaluerende houding aannemen. Zelfevaluatie moet deel gaan uitmaken van de cultuur.
Een zelfevaluatie-instrument kan ook heel nuttig zijn: het kan een school, met medewerking van verschillende belanghebbenden, aanzetten om te gaan nadenken en om de zaken eens vanuit een ander perspectief te zien en evidenties in vraag te stellen.
Er bestaan heel wat zelfevaluatie-instrumenten op verschillende niveaus. De kritisch-zelfevaluerende houding moet immers aangenomen worden door iedereen die dit onderwijs mee vorm geeft: de leidinggevende, het schoolbestuur, de vak-en werkgroepen, de individuele leraar…
Hier vind je een overzicht van instrumenten die bij een (zelf)evaluatie van de klaspraktijk of van de school kunnen gebruikt worden. De instrumenten zijn onderverdeeld op basis van twee vragen: ‘Wie evalueert’? en ‘Wat wordt geëvalueerd?’. Deze lijst is niet exhaustief en zal in de toekomst nog verder aangroeien.