Het uitgangspunt hier was een onderzoek van De Tijd over de inschrijvingscijfers in STEM-opleidingen. Daarin was een dalende trend te merken, waarmee uiteraard alweer diverse eerdere STEM-vragen en dito antwoorden van minister Weyts om de hoek loerden want dan is doorgaans de overkoepelende vraag wat de minister daaraan zou gaan doen. Vragensteller Jan Laeremans ging wel erg diep, toegegeven met allemaal relevante deelaspecten, op de zaak in. Ik vond het wel grappig dat hij zei zijn inleiding te kunnen schrappen (omdat vragensteller Coel die al verteld had) en meteen naar zijn vragen te kunnen gaan. Prima, zou een buitenstaander dan denken, maar die weet uiteraard niet dat Laeremans’ vragen zelf ook vaak nog eens stuk voor stuk een verhaal op zich vormen. Soit. Hoe zat dat?
Minister Weyts wilde ook hier positief blijven en zeker de keuzes voor STEM-opleidingen in bso en tso ‘omvormen’ tot positieve keuzes, wat ze nu vaak niet echt waren (cf. het hele verhaal van de modernisering secundair onderwijs, zeg maar, een al oude kwestie). Vervolgens belandde hij snel bij een oplijsting van initiatieven en maatregelen, die hij al meermaals gemaakt had:
Inzake het lerarentekort, met name ook m.b.t. STEM, voegde hij nog toe dat voor praktijkvakken wel tot 20 jaar anciënniteit verrekend kon worden en dat recente plannen (gastleraar, enz.) nu zo ongeveer het sociale overleg doorstaan hadden.
Vragensteller Laeremans beklaagde er zich nog over dat de minister meerdere van zijn talrijke vragen onbeantwoord gelaten had (en dus probeerde hij het nog met enkele vragen opnieuw). Vragensteller Coel legde nog de link naar de gevolgen van de situatie in het secundair onderwijs voor de latere STEM-instroom in het hoger onderwijs, maar ook daar antwoordde de minister niet op. Interveniënt Hilâl Yalçin koppelde het thema nog aan de monitoring van de modernisering secundair onderwijs. Daarop zei de minister dat de screening van de onderwijsloopbaan/het studieaanbod volop bezig was en dat hij voor de evaluatie van de modernisering so in gesprek was met zijn administratie.
Finaal bevreemdde het vragensteller Laeremans dat de minister het voorstel van de Commissie Beter Onderwijs over een (grote) Staten-Generaal tso-bso zo snel tot de status parcheggio gedegradeerd had. Het was toch één van de 13 prioriteiten geweest… ja, geweest dus blijkbaar, maar ik begreep de uitleg van de minister wel. Het had best iets grappigs.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen