23 juni 2022 – Hoorzitting over het ontwerp van decreet over de instroom en het optimaliseren van de studie-efficiëntie in het hoger onderwijs en overige organisatorische aspecten van het hoger onderwijs: een bondig commentaar

Over dit thema was het al ettelijke keren gegaan in het Vlaams Parlement, zoals ik liet zien in mijn commentaar bij actuele vragen op 15 juni 2022. Voor een belangrijk stuk van de inhoudelijke discussie (de “knip”) verwijs ik trouwens graag dat commentaar. Nu was de decretale regeling in aantocht, waarvoor op deze dag een hoorzitting georganiseerd werd. De behandeling zelf van het ontwerpdecreet (memorie van toelichting) zou dan een week later volgen. Maar eerlijk gezegd, gelet op de vele, niet malse kritieken op de voorliggende regeling die tijdens de hoorzitting te noteren vielen, vroeg ik me wel af hoe dat nog ging goedkomen in dat korte tijdbestek. Die timing was nodig om het ontwerpdecreet nog vóór het zomerreces in de plenaire vergadering aangenomen te krijgen.

De aangekondigde sprekers, die niet allemaal daadwerkelijk gesproken hebben, waren: Eric Vermeylen (secretaris-generaal VLHORA), Marc Vandewalle (ondervoorzitter VLHORA, voorzitter werkgroep lerarenopleiding), Pascale De Groote (voorzitter werkgroepen studentenvoorzieningen VLHORA), Veerle Hendrickx (voorzitter werkgroep onderwijsbeleid VLHORA), Koen Goethals (voorzitter VLHORA), Julien De Wit (bestuurder Sociale Zaken en Diversiteit bij de Vlaamse Vereniging van Studenten), Dylan Couck (VVS) en Lynn De Palmenaer (beleidsmedewerker Hoger Onderwijs VVS).

Ondanks de liberalen, die ’s namiddags de commissiezaal al heel wat later binnengekomen waren en die maar luidop bleven praten (N.B. Nadat Jean-Jacques De Gucht de zaal verlaten had, klampte Gwendolyn Rutten zelfs Brecht Warnez aan bij wie zij op hetzelfde elan voortging.), was dit een verhelderende hoorzitting, mét de nodige dynamiek dankzij gedreven en duidelijke sprekers en met luisterbereidheid aan de kant van de parlementsleden, die ook wel inzagen dat hierover nog niet het laatste woord gezegd was.

Ik laat de twee hierboven vermelde powerpointpresentaties voor zich spreken en haal nog kort enkele zaken uit de bespreking. Eén. Er bestond wat verwarring over de vraag of hogescholen en universiteiten op dezelfde kritische golflengte zaten of niet. Sommige parlementsleden hadden opgevangen dat (bepaalde) universiteiten hiermee wel konden leven in tegenstelling tot hogescholen. In ieder geval hadden VLHORA én VLIR beide het kritische VLOR-advies goedgekeurd… Ook de studenten vertelden vanuit hun perspectief hetzelfde verhaal.

Twee. Inzake de timing werd de vraag gesteld wat wél mogelijk zou zijn voor de hogescholen. Eigenlijk een overbodige vraag want hun voorstel ter zake stond al in de gebruikte slides, namelijk: één jaar uitstel, dus in voege pas voor het academiejaar 2024-2025.

Drie. Niet ongebruikelijk voor parlementsleden was de vraag naar wat de instellingen al samen konden afspreken, dus uniform, maar zonder decreet. Daarvoor was de appetijt bij de hogescholen niet bijster groot.

Vier. Meermaals viel ook (alweer) het woord planlast, wanneer heel de regeling rond het recht op studiebegeleiding operationeel zou worden. En nog te zwijgen van de extra financiële middelen die daarvoor vereist waren (N.B. Nu had minister Weyts 2 miljoen euro beschikbaar.).

Vijf ten slotte. VLHORA zou zijn ruimere nota met bezwaren overmaken aan de parlementsleden. Afwachten maar wat de commissievergadering van 30 juni in petto zal hebben.

Je kunt de video [vanaf 2:00:21] van de bespreking bekijken op de website van het Vlaams Parlement.

Reageren op dit commentaar kan bij Wilfried Van Rompaey wifried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen.

Verwante artikels

OVER DEZE BLOG

Deze blog is niet bedoeld als formeel standpunt van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, evenmin als een puur verslag, maar wel als een niet-neutraal, persoonlijk commentaar op vooral ook politieke aspecten van de parlementaire onderwijsactiviteiten, zowel in de Commissie Onderwijs en de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement als uitzonderlijk ook in een andere vakcommissie die occasioneel relevant kan zijn voor het beleidsdomein Onderwijs.

×
Kijkt als...
Niveau
Regio